Correspondentie van de redactie met de abonnés
De redactrice van de Holl: Lelie brengt ter kennis van de lezers van dit Blad, dat zij géén manuscripten, of brieven, haar naar aanleiding der redactie-aangelegenheden toegezonden door niet-abonnés, kan beantwoorden langs particulieren weg. De correspondentie in dit Blad dient zoowel tot de beantwoording van brieven, als tot de mededeelingen betreffende aangenomen en geweigerde bijdragen, en zij, die zelve geen abonné of abonnée zijn, kunnen dus met verwachten langs een anderen dan den correspondentie-weg te worden beantwoord. Wanneer zij door leesgezelschapkring, of samen-lezen, of op welke wijze dan ook, gelegenheid kunnen vinden de correspondentie-rubriek te volgen, dan is de redactrice bereid hen dáárin te beantwoorden.
Op dezen regel wordt voortaan géén uitzondering meer gemaakt, en afzonderlijke nommers, correspondentie-antwoorden aan niet-abonné's behelzend, worden niet meer toegezonden.
Alle Brieven moeten, om in de d.a.v. week omgaand te kunnen worden beantwoord, uiterlijk Zaterdag-ochtend in mijn bezit zijn.
Redactrice.
P.S. Het spreekt van zelf, dat deze regel alleen geldt voor eerstbeginnenden, èn voor briefschrijvers die in de corr: rubriek thuishooren.
Esperanza. - Ja, inderdaad de badkuur grijpt mij zeer aan. Ik moet, schijnt het, voortaan altijd zeer voorzichtig leven. Uw artikel nam ik aan. - Hoe typisch ouderwetsch van de Hollanders is dat nu weer om, bij zulk zeldzaam mooi zomerweer als dit jaar in Scheveningen en den Haag schijnt te hebben geheerscht, de zeebaden niet een béétje vroeger te openen dan anders. Echt met de trekschuit! Van het Kurhaus-zelf houd ik niet, vooral niet sinds zij er een volslagen winter-concertzaal van maakten; maar onder de rotonde zit ik 's avonds gaarne, en ook onder de Oranje-galerij op den hoek, waar het altijd zoo vol is. Natuurlijk hebt gij onze woning niet gezien, omdat zij niet vlak aan den weg staat. Wij hebben echter van uit de serre een heerlijk kijkje op den Gevers Deynootweg. Wij verheugen ons er voortdurend op in die nieuwe grootere villa te trekken als wij terug zijn. Marie gaat een paar dagen vroeger naar huis om ons af te wachten. De villa is verdoopt naar onzen lieveling in ‘Benjamin’. - Toch wil ik nog even zeggen dat we 't hier uitstekend hebben, en echt genieten van de kalme vredige buitenrust in deze allerliefst-gelegen badplaats.
Zooeven krijg ik van U een briefkaart, waarvan ik niets begrijp. Ik bedoel dat kiekje. Ik kan er niet uit wijs worden wat er achter steekt. In elk geval hartelijk dank.
Odillon. - Hartelijk dank voor de ‘Kassian’-briefkaart. Ja, 't is wel een tegenvaller dat ik weer zoo in 't geheel niet mag loopen. Maar ik denk altijd maar aan de massa's menschen die het heel wat erger nog hebben.
Mevr. A.J. van de W. - Hartelijk dank voor Uw lieve kaart en goede wenschen.
Nel. - Uw artikel nam ik aan. - Ja, wij hebben hier in Nauheim prachtig weer gehad, bijna te warm, maar, nu ik zoo volstrekt niet mag loopen, en steeds in dat wagentje zit, is dit voor mij niet erg. Nu is het weer echter ongelukkig omgeslagen in koude. - Ik dank U hartelijk voor uw instemming met mijn artikel over Karin Michaëlis.
Hebt gij gelezen hoe zij-zelve óók is gescheiden van haren man, en zich in New York gaat vestigen, evenals hare heldin Elsie het doet in het vervolg op Das Gefährliche Alter? Zoo jammer, dat een vrouw, die aan den eenen kant zoo véél waars zegt aan den anderen kant alles zoo eenzijdig opneemt, alsof de heele vrouwenquestie 'm alléén zit in die paar overgangsjaren alleen.
Cenina. - Uw post-anweisung heb ik ontvangen, maar ik zal met de terugzending van het stukje maar wachten tot ik terug ben. - Ja, in Genève zal het stellig onuitstaanbaar heet zijn geweest. Ik was er ook eens in zulk weer, en ik vond het om dood te vallen zoo zonnig. Mij dunkt dat gij toch wel heerlijk moet zijn aangesterkt, dat gij zelfs in zulk een hitte gaat roeien, want dat is altijd een verbazend inspannende beweging! Maar het is heerlijk op het meer. - Ook ik geloof wel met U, dat de ervaring niet alleen zit in den leeftijd maar ook veel in den blik dien men heeft op de dingen. Zooals gij van U zelf zegt, zoo gaat het velen: 't eene oogenblik is men verstandig, 't andere heel onverstandig. Echter, denk er aan, dat vooral wilde ik U zeggen, dat een jong meisje, met een knap gezichtje en wat fortuin, op reis dikwijls heel leelijk er kan inloopen, als zij niet bijzonder voorzichtig is op het punt kennismakingen, óók met vrouwen! De laatsten namelijk zijn dikwijls handlangers van mannen.