Alle Brieven moeten, om in de d.a.v. week omgaand te kunnen worden beantwoord, uiterlijk Zaterdag-ochtend in mijn bezit zijn.
Redactrice.
P.S. Het spreekt van zelf, dat deze regel alleen geldt voor eerstbeginnenden, èn voor briefschrijvers die in de corr: rubriek thuishooren.
Cenina. - Om even de zaken af te handelen, vindt gij het maar niet het best, dat ik U het stukje terugstuur als gij en ik beiden weer thuis zijn? Dat lijkt mij 't gemakkelijkst. Wilt gij perse liever dat ik 't U dadelijk zend, dan kunt gij wel zoo'n postbewijs zenden.
Van de vier jonge-dames (over wier knap uiterlijk ik niet anders dan mijn eigene bewondering kan uitspreken) heb ik uitgemaakt, dat gij zijt degene op den hoek rechts, maar het is voor mij nog al moeielijk te vermoeden, enkel uit een paar brieven van U, hoe gij er uitziet, dus, als ik mij vergis, dan hoop ik op uw vergiffenis. Als gij mij weer schrijft, doe het dan s.v.p. niet op dit mail papier want het is een beetje doorgevloeid, en daardoor is uw brief, ondanks uw goed handschrift, niet heel leesbaar. - Gij vraagt mij alle probeersels te mogen zenden; doe dat, ik ben overtuigd dat gij heel goed een aardigen reisbrief kunt maken.
Ja, dat doen wij ook veel - als wij uit zijn - zoo samen op den grond, bij wijze van pic nic, thee drinken. Wij hebben een Engelschen theemand, direct uit Londen gekomen indertijd, en die ons heel wat diensten reeds bewees in de tien jaren waarin wij hem hebben. Ik ken niets gezelliger dan zoo'n theeuurtje buiten. 't Eerst heb ik dat geleerd in Schotland, als we Vrijdag- en Zaterdag-middag (het week-end in Engeland) vrijaf hadden, en dan groote wandelingen gingen maken. De een droeg de theepot, de andere de koekjes, nummer drie de kopjes, etc. En er zijn in Schotland b.v. (en in Zwitserland trouwens ook) overal van die heerlijke beekjes, die je gelegenheid geven dadelijk water bij de hand te hebben. In onzen theemand nemen we 't mee in ons keteltje.
Ja, dat begrijp ik, dat gij, hoe verrukkelijk uw leventje nu ook is, toch op den duur een geregeld bestaan wilt gaan leiden Nu, dat zal zich van zelf wel vinden, denk ik, door de omstandigheden.
Wat schrijft gij allerliefst over uw eigen vroegere dienstbode, of liever gezegd die uwer ouders, in verband met onze Marie. Ja, zulk een huiszorg is een niet genoeg te waardeeren schat. Ik ben thuis echter goddank opgevoed in een geest van liefde en vriendschap met het dienstpersoneel, want mijne moeder had drie dienstboden, een vaste werkvrouw, een vaste naaister, en een tijdlang een huisknecht ook nog, maar met dat gehééle dienstpersoneel ging zij steeds even hartelijk en belangstellend om. Natuurlijk, de een was haar sympathieker dan de ander, en ‘gesukkeld’ met 'n meid heeft ze ook wel eens, maar ze verstond zoo echt de kunst zich in de gedachten van hare ondergeschikten te verplaatsen, in al hunne zorgen en vreugden te deelen, alles voor hen gezellig te maken met feestdagen enz. In dat opzicht dank ik aan het voorbeeld en den invloed mijner beide ouders oneindig veel. En ik zou met Marie niet anders willen of kunnen omgaan dan als met een wezenlijk mij zelve liefgeworden huisgenoote. Zoo gaat het mijn vriendin ook. - Onze Marie gaat, als het om de onkosten eenigzins mogelijk is, steeds mede, want wij nemen onze hondenjongens ook zoo graag mee, en dan is Marie eenvoudig absoluut-noodzakelijk om op hen te passen. Ditmaal is zij ons nagereisd na een paar dagen (daar wij verhuisd zijn moest zij eerst achterblijven om alles in orde te brengen) met de hondenjongens. In Frankfort is zij toen door den bezitter van villa Esperanza afgehaald, want ik had er mij zoo op verheugd dat zelf te doen maar het mocht niet van den professor. - Maar het was zoo aardig dat wij, diens ondanks, bij aankomst hier, reeds weer twee leuke briefkaarten vonden, die zij, gauw, gauw, van hen had laten maken, de een met hun winterjasjes aan, welke zij steeds dragen in de koude.
't Is wáár, visites maken en ontvangen vind ik zoo stijf, als je elkaar niet kent, maar wij zullen elkaar wel eens op Scheveningen zien, denk ik! Zou het niet? Desnoods geeft ge mij dan dus maar ergens rendez-vous. - En nu, hartelijk gegroet.
Marienbad. - Gij geeft geen pseudoniem op. Ik kies daarom voor U dit. Hoe ik het maak? Ik heb, zooals ik in mijn vorige correspondentie schreef reeds, de kuur moeten onderbreken, daar zij mij zoo sterk aangreep, en ik, schijnt het, te veel had gedaan in het begin. Nu ben ik weder gedoemd tot dezelfde voorzichtigheid van twee jaar geleden, van niet mogen loopen, enz.; ik zal altijd heel voorzichtig moeten blijven leven, maar toch ondervind ik nu reeds hoezeer ook nu Bad-Nauheim mijn behoud is voor de toekomst. Het weer is hier eenvoudig prachtig, dag in dag uit, en het plaatsje is mij, als steeds, heel sympathiek, en reeds nu overvol van vreemdelingen. - Hoe jammer dat gij zelve door kouvatten Uw kuur moest onderbreken. Van harte hoop ik dat alles nu weer in orde is. -
Ja, Marie en onze hondenjongens zijn ook bij ons. Daar wij bij onze terugkomst thuis overgaan in ons nieuwe huis kwam dit nu het best uit haar mede te nemen. En het is inderdaad heerlijk mijn lievelingen bij mij te hebben, terwijl ik bovendien van Marie, al zijn wij ook in pension, toch veel dienst heb, nu ik thans mij zoo weinig mag bewegen. En, wat mijn vriendin aangaat, ja zonder haar zou ik mij geheel en al verlaten voelen; zij zorgt zoo lief voor mij, en wij beiden hebben elkaar zoo noodig. Heel alleen, zooals gij, is, als men jong is, nog niet zoo erg, maar gij ook ondervindt reeds hoe voorzichtig men moet zijn in zoo'n geval met niet te veel van zijn krachten te vergen, indien men kennis maakt met menschen die sterk zijn. Lang geleden is het mij-zelve in Bad-Nauheim ook zoo gegaan, met het gevolg dat ik zieker thuiskwam dan ik was gekomen, daar ik veel te veel had gewandeld en was uitgeweest. Pas dus maar op wat die vrienden betreft. 't Geen gij mij schrijft van dat nog niets gehoord hebben is wèl bitter hard; dat is zeker! Hoe is het toch mogelijk! - Uw stukje nam ik aan, en 't geen gij belooft te zullen vertellen in een volgenden brief, van die exploitatie, die nog na koning Edwards dood met Zijn naam wordt gemaakt, lijkt mij heel interessant. Hartelijk wensch ik U toe dat de kuur bij U een goede uitwerking