II.
Zeer Geachte Redactrice!
Het zij mij vergund, door middel van ons blad, eenige woorden neer te schrijven tegen hetgeen vorige week in de correspondentie-rubriek te lezen was onder de naam ‘Maris Stella’ n.l. het volgende:
‘Een vrouw, die voor emancipatie is, is geen ‘waarlijk’ vrouw, dezulken wringt en knaagt het tot in hunne ziel, dat zij niet hunne bestemming hebben kunnen vinden, en om nu den mannen hare haat te toonen, willen zij op een lijn met de mannen staan!
Dat ben ik beslist met de geachte schrijfster oneens, en wel omdat het volgens mij, berust, op het onware van haar gezegde! Uit bovenstaande regelen zou men haast kunnen zeggen, dat M.S. bijna geheel niet op de hoogte is van de ware strijd der hedendaagsche vrouwen. Hoe zou een strijd zoovele vurige aanhangers onder alle standen der maatschappij kunnen gevonden hebben, indien deze allen uit principe van haat - bewust of onbewust - gevoerd werd, en niet zonder een groote kiem van waarheid in zich meedragende?
Dit is mijn eerste vraag!
Hoe zou een strijd zonder die kiem levensvatbaarheid hebben! En gelooft M.S. daar niet aan? Denkt zij, dat hij uit zal sterven!
Wie met die groote strijd eenigszins op de hoogte is, weet dat hij gericht is tegen de talloos vele misstanden, welke er helaas heerschen in de rechten der vrouw in betrekking tot de maatschappij!
Mijn doel van dit schrijven is niet, om in te gaan op 't doel en de vraagstukken der betreffende beweging, die ik, met recht, onderstel, dat iemand, die hierover een oordeel heeft, hare grondstellingen wel kennen zal! Hoevele getrouwde, ware liefhebbende, ‘waarlijke’ vrouwen zijn er niet die toch strijden, voor hunne volgens hunne meening toekomende rechten!
Uit dit feit reeds zou ik, naar mijn bescheiden meening, de conclusie kunnen trekken, dat de betooging van M.S. niet opgaat!
Geachte Redactrice, het is mij niet te doen, om het speciaal voor die beweging op te nemen, ofschoon zij mij in vele dingen sympathiek is, daardoor toonende, dat de vrouw ook wel in iets anders belangstelt dan in liefde en huwelijk (ofschoon ik zeer gaarne toestem, dat zij hiermede haar doel bereikt) -, het is mij slechts te doen om door deze regelen te protesteeren tegen de door M.S. geuite meening!
U dankend voor de plaatsing.
Hoogachtend
CH. HIJMANS.