Spoed-Correspondentie.
Myrrha. - Ik zal U eens spoedig trachten teschrijven. Op dit oogenblik is mij dat onmogelijk. - Uw stukje komt. Hartelijk gegroet.
No. 10. - Hartelijk dank voor Uw begeleidend schrijven. Alle mogelijke succes toegewenscht.
Witte Sering. - Hartelijk dank voor Uw kaart. Gij deedt er mij zooveel plezier mee, maar het spijt mij, dat gij-zelve in zulk een weinig opgewekte stemming nog zijt. Ik denk dat de omgeving daartoe óók bijdraagt want velen krijgen juist daar heimwee in den beginne. Houdt U maar goed, dat is juist in zulke omstandigheden van een kuur doormaken zoo heel noodzakelijk.
Mevr. A.M.B. (inzendster van een stuk naar aanleiding van H. van Holk's ‘Feest’) (zie Lelie van 1 Juni l.l.). - Lieve mevrouw, Uw stuk is, wegens den àl te persoonlijken toon, voor plaatsing onvatbaar. Ik verwijs U naar het in het vorig nommer opgenomen stuk van Huisvrouw, als bewijs dat ik gaarne óók tegenspraak en óók van tamelijk scherpen aard plaats verleen. Bij U echter is Uw aanval in een zoo beleedigenden toon voor den heer van H. gesteld, dat ik U tot mijn leedwezen de plaatsing moet weigeren.
Hans. - Dank voor de allerliefst gekleurde briefkaart, en ook voor de andere zendingen. -
J.S. (Paramaribo - Amsterdam). - Wendt U s.v.p. tot den uitgever der Holl: Lelie met Uw verzoek; niet tot mij.
ANNA DE SAVORNIN LOHMAN.
Sluiting red: ged: