den modernen naam theosophie! - Voor de Christian Science geldt hetzelfde. Dit is een up to date Amerikaansche uitvinding eener Mrs. Eddy, waarmede - omdat het uit Engeland-Amerika komt en dus chique is er aan mede te doen - vooral Haagsch high-life coquetteert, en, natuurlijk, in den meesleep dáárvan, die groote meerderheid van menschen, die alles wat het high-life doet nádoen, opdat althans iets van 't kroontjes-geschitter afstraalt op hun ongetitelde namen - Ik heb nu reeds in twee gevallen in mijne onmiddelijke nabijheid gezien, hoe in zulke fanatieke christian-science kringen een patiënt stierf zonder eenigen geneeskundigen bijstand, omdat het Mrs. Eddy-geloof meebrengt, dat men alleen door gebed (van dikwijls daarvoor betaalde mede-geloovigen) mag behandeld worden, en niet door een arts. - Ieder moet zelf weten wat hij wil doen met de aan hem of haar toevertrouwde patiënten als het geloofsquesties geldt, ik onthoud mij dus van een oordeel over de zaak als zoodanig, ik wil alleen herinneren aan den smaad en de minachting, waarmede ‘verlichte’ menschen plachten neer te zien op die ultraeenzijdige afgescheidenen en orthodoxen, die van meening zijn, dat de Bijbel verbiedt een ongeloovigen dokter te hulp te roepen, of zich tegen brand en ongevallen te assureeren, en die dus ziekte, dood en rampen zonder eenige voorbehoedmiddelen afwachten, omdat ‘als het God blieft, het gevaar af te wenden dat in Zijn macht staat’. - Alweder, deze menschen gronden in elk geval hun meening op een de eeuwen getrotseerd hebbend geloof; terwijl de Christian-science Mrs. Eddy-aanbidders slechts van den allernieuwsten tijd dateeren. Toch worden niet zij uitgelachen, maar alleen de laatstgenoemden, de orthodoxen. Waarom? Omdat de mensch altijd veel meer wegloopt met al wat nieuw is, en in de mode daardoor, dan met het oude en welbeproefde.
- - En, juist dáárom, omdat we in een tijd leven waarin, wat zoo heel natuurlijk is, de jonge man en de jonge vrouw, te midden den van al de levensmoeilijkheden om hem of haar heen, meer en meer in zich voelt, dat hij of zij niet genoeg heeft aan eigen-ik, waarin zijn of haar hart uitgaat naar het onzienlijke, en naar den onwaardeerbaren steun van een wezenlijk geloof, juist daarom moet gij, ook in Uw tegenwoordige stemming, vóórzichtig zijn, en met U-zelve te rade gaan, eer gij zulk een ingrijpenden en over Uw leven beslissenden stap neemt, als dien welken gij mij voorstelt. - Gij zijt nog jong; daarom drukt U het leven en zijn op U aanstormende strijd; gij moet, en ik ben overtuigd, gegeven Uw karakter, gij zult het leeren onder de knie krijgen. Gij zult over eenige jaren neerzien op deze. Uw moeilijkheden van thans, als op overwonnen dingen. Wij allen - als wij denken, (maar de groote meerderheid denkt niet, wat voor haar zelve het gemakkelijkst is) maken in onze jonge jaren die periode door, die gij mij beschrijft, waarin gij niet vermoogt al Uw eigen aandoeningen te verwerken, waarin zij op U aanstormen als onbekende machten, waarin gij het eene oogenblik U geheel onzeker voelt van U-zelve, het andere waant Uw eigen-ik door en door te begrijpen, waarin gij U het eene moment verwondert over Uw de dingen zoo zwaar opnemen, het andere U bijna schaamt, dat gij over het leed dat U trof U zoo spoedig wist te troosten.
Er is geen andere, ook geen betere leermeesteres, dan het leven-alleen. Maar, evenals er kinderen zijn, die op de school nooit verder komen, evenzoo heeft óók het leven niet veel plezier van vele zijner leerlingen, die in hun graf gaan zonder iets te hebben begrepen van de les, die hun was te leeren gegeven, door zooveel ervaringen heen van lief en leed en schade en schande en blijschap en verdriet.
Ik gelóóf echter niet, dat gij tot die onbevredigende categorie van leerlingen zult behooren; als ik dat dacht zou ik niet zooveel moeite doen U te beantwoorden; maar ik roep U toe, bedenk dat gij een leerlinge zijt nog, dat wij allen eigenlijk dat blijven, leerlingen, tot aan onzen dood toe. En wil daarom niet overhaasten, niet dwingen de toestanden, niet overijld vluchten in een haven van gewaande veiligheid, waarvan gij nu nog niet weten kunt of gij er werkelijk altijd zult willen blijven. Ook zulk een oogenblikkelijke moedeloosheid, als die waarin gij nu verkeert, waarin gij bang zijt voor het leven, gaat weer over dikwijls, op uw leeftijd. Gij zijt nu nog te jong om reeds zeker te weten wat gij wilt; en júist daarom is het zoo gevaarlijk, dat gij U hals over kop wilt overgeven aan de eerste de beste extase-stemming.
Ik heb U op deze plaats beantwoord, omdat het door U aangeroerde onderwerp er een is, dat zoovele gemoederen bezighoudt, en omdat gij zulk een écht kind zijt van Uw zoekenden, en het niet-vindenden, moeilijken tijd. Wat