Aan W.T. Stead.
Vrij naar Gerald Massey.
W.T. Stead, redacteur der Fortnightly Review, werd in de gevangenis gezet, omdat hij ergerlijke mishandeling van jonge meisjes aan het licht had gebracht.
‘Stead slaagde niet en viel,’ zegt gij?
Zóó vielen zij, die vroom en vrij,
Voor waarheid hebben pal gestaan,
Een wreeden dood zijn ingegaan.
Opdat ook andren, eens misschien,
Den weg der waarheid zouden zien.
Zij, die zóó voorgaan, wáár en vrij.
Zijn helden steeds, - dát zeggen wij.
Alle eer aan hem, die zocht te redden
En hulp en hoop aan meisjes gaf,
Die uit de goten onzer steden
Gesleurd zijn naar een eenzaam graf.
Al zijn wij ook geen heilsoldaten,
Geen leden van een strenge kerk,
Toch kunnen wij, zelfs wij bewond'ren:
Een dapper man, en heilig werk.
J. VAN REES-VAN NAUTA LEMKE.