Over Toilet en wat ermede in verband staat.
Gezonde Zenuwen
door Dr. Frode Sadolin.
(Vervolg van No. 4.)
V. Onthoud u van treurige beschouwingen.
De aarde telt ellende genoeg waarin we ons van den morgen tot den avond kalm in zouden kunnen verdiepen. Maar in die bodemlooze diepte van menschelijke akeligheid, waar de sterke vergeefsch zijn gedachten over laat gaan, heeft iemand met zwakke zenuwen niets te maken. Daarmee bedoel ik niet, dat hij zijn oogen voor 't ongeluk van anderen moet sluiten en er alleen maar op bedacht moet zijn hoe hij zich zelf 't best beschermen zal. Iemand met zwakke zenuwen is bizonder geneigd egoïst te worden, geheel op te gaan in zijn verschillende zenuwaandoeningen en die als verontschuldiging aan te wenden. Dit moet hij tegenwerken. In het onvruchtbaar, zelfzuchtig gemoed ontspringt geen bron die de zenuwen kracht verleent. En hij moet die neiging tot egoïsme tegenwerken door vriendelijk en behulpzaam te zijn, door in theorie en in de praktijk medegevoel te toonen. Maar hij moet zich bepalen tot wat voor de hand ligt en uitvoerbaar is. En hij moet de ‘weltschmerz’ schuwen, die met zijn al te veel omvattende algemeenheid inactief wordt en door zijn gevoelssterkte iemand het aangename gevoel geeft een soort martelaar te zijn en die ten slotte toch zijn voedsel trekt juist uit de eigenliefde.
Nog gevaarlijker, nog machtroovender is medelijden met zichzelf, als het zich niet uit in daad, in 't streven om zichzelf er weer bovenop te helpen. Dit zich eindeloos verdiepen in treurig eigen lot wordt ten slotte een soort bitterzoet genot. Het wordt een zekere lijdens-roes, gedurende welke men evenals een opiumschuiver stil op de rustbank ligt en éen voor éen de beelden van eigen raadselachtige diepten voor zich laat opstijgen. Waar de werkelijke gebeurtenissen en dingen slechts dienst doen als coulissen op het tooneel, waar de verwarde gedachten hun eindelooze tragedie opvoeren. Deze tragedie is niet meer dan een vlucht uit de werkelijkheid. Zulk een bestaan is niets anders dan een schijnleven, waarin men de gedachten vervormt tot een karikatuur van de werkelijkheid en waarin de zenuwkrachten tot haar laatste droppels in de ziel verdrogen.
Dwingen de zenuwen een patiënt zich eenigszins op den achtergrond te houden in het maatschappelijk leven, of zich gedeeltelijk terug te trekken, dan zegt hij in wanhoop dat het bestaan zoodoende alle vreugde verloren heeft. ‘Dan is 't leven niets meer waard,’ klinkt het voortdurend met 't oog op de toekomst. Dit zijn weer zorgen voor morgen en de voorspelling komt dikwijls verkeerd uit. Hoe vaak zien wij niet dat het kalme leven waartoe een patiënt gedwongen werd hem liever wordt dan het actieve leven van voorheen. Hij heeft tijd voor lief hebberijen en gelegenheid tot nadenken, terwijl beide hem vroeger ontbraken. Ons oppervlakkig en beperkt begrip, doet ons gelooven dat 't bestaan alleen onder zekere omstandigheden waarde kan hebben. Maar de levens schatkamer is onmetelijk rijk, het kleinste hoekje er van kunnen we zelfs niet uitputten. Niet volgens de grootte, maar volgens de kracht moeten we het leven meten; of ons leven ons arm of rijk voorkomt, hangt af van de wijze waarop we 't leven aanpakken.
Men moet treurige beschouwingen vermijden, omdat men altijd vindt wat men zoekt. Alles is tegelijkertijd aanwezig in de wereld; waarheen we ons begeven, waar we ons bevinden, is er rondom ons en in ons een wereld van schoonheid en een wereld van leelijkheid, een wereld van moed, kracht en hoop, en een wereld van onmacht en hopeloosheid, een wereld gelijk een rozenhof en een wereld gelijk een rupsennest. Maar we zien alleen dat waarvoor onze oogen zich openen. En wie zich verdiept in treurige beschouwingen, ziet alleen het droeve. Het staart hem overal aan, waarheen hij zich ook wendt. Van alle kanten stroomt het naar hem toe. Het drukt en het knelt, het omringt hem als een ondoordringbare duisternis. Men moet er zich niet vrijwillig heen begeven. Men moet treurige beschouwingen vermijden, en energie gedachten, oogen en ooren wenden naar dat wat licht verspreidt, wat vooruitgang belooft, en een overwinnende kracht in zich omdraagt.