III.
Het socialisme nu is een secte van Haat! Of wordt men ooit getroffen in de hetzij geschreven of gesproken sermoenen hunner apostelen door één woord van teederheid, door één accent van echt, innig meegevoel met hen die achterbleven of werden verdrukt en vertrapt in het koortsig begeerlijkheidsgedrang naar den tempel der fortuin! En is hun ten berde komen telkens en telkens weer met het enumereeren van de nooden des volks, iets anders dan grijpen het meest voor de hand-liggend wapen om te lijf te gaan de gehate bevoorrechten?
Het socialisme is een secte van Haat!
Indien dát Liefde moest heeten, wat ons toekomt uit de woorden en daden, uit de prediking der socialisten, dan zou ik in staat zijn te vervloeken niet alleen de Liefde, maar ook het Leven! Het Leven, dat, zónder de Liefde inderdaad zou zijn om te vertrappen, zóó droef als het dàn zou wezen van dorre leelijkheid! Maar het Leven is mooi, het leven is mooi als een glorieuse morgenzon; het leven is mooi in zijn frissche blijheid en hooge kracht en warme heerlijkheid! Het Leven is heerlijk mooi als het bezield wordt door den goddelijken adem der waarachtige Liefde, der Liefde, die is het Kind des Geloofs en de Moeder der Hoop!
Wànt de Liefde, is het Kind des Geloofs! In het Geloof, in den Gosddienst dan ook, is alléén en uitsluitend het Heil. Er is géén alternatief! En indien het er ware, dit alternatief, dan nòg zou de tweede keuze niet liggen bij het Socialisme. Neen, dan veeleer nog zou zij te vinden zijn in het Anarchisme, dat, doorgevoerd tot zijn uiterste consequentie, verre van te leiden, zooals het eerste, tot benepen kleinburgerlijkheid, noodzakelijk uitloopen moet op het recht van den sterkste; dat van hieruit wederom niet anders zou kunnen, dan eindigen in het absolute despotisme: het anarchisme, dat niet is het klerksch geschreven reglement, maar de groote, zelfbewuste kracht, en dat de poëzie is ten minste van het geweldige bergland, in stede van het sarrend-eentonige der zandige hei!
Indien er ware een alternatief!
Maar ze bestaat niet deze wisselkeuze. Ook de kracht is levenloos, zonder den bezielenden adem der Liefde, ook de Kracht brengt niet anders voort dan zaadlooze vrucht, ook de Kracht vereeuwigt niet het verworvene, is in hare uitwerking slechts tijdelijk, zooals alles wat niet komt of is uit God!
In den Godsdienst is alleen en uitsluitend het heil! En van alle Godsdiensten, in de eerste plaats in die der Christenen, in de Godsdienst der Liefde! En een met overvloed van redenen te staven feit is het dat deze Godsdienst der Liefde nergens zuiverder belichaamd is dan in het Katholicisme!
Want al blijven ook de Roomschen ‘menschen’, zijn de belijders van den katholieken Godsdienst bij lange niet allen heiligen, gebruiken ze hun katholicisme niet steeds als richtsnoer bij al hun daden en bezitten ze verre van allen de zedelijke volmaaktheid die de leer hunner kerk hun predikt, toch is het een waarheid boven alles, dat het katholicisme in zijne grondregels nageleefd,