ganschen paperassenwinkel voor den burgerlijken stand in orde, hetgeen hij doet voor ‘des prix raisonnables’. Aangezien, vanwege de omslachtigheid der Fransche bureaucratie, die bezigheid zeer ingewikkeld is en een onnoemelijk aantal stappen vereischt, is het werk van madame Céline's echtgenoot geen sinécure en betalen de betrokken huwelijkskandidaten hem volgaarne den gevraagden redelijken prijs.
Een der artikelen van de ongeschreven statuten van madame Céline's ‘agence matrimoniale’ is, dat elk huwelijk te haren huize moet worden gesloten. Dat komt het wijnzaakje ten goede.
Ik kom even terug op het artikel van Paul Margueritte.
‘Men heeft de toestemming der ouders afgeschaft, terwijl men ze toch vereischt: zeer goed, maar men verlangt het bewijs van hun niet-toestemming tot aan het dertigste jaar. Met welk doel? Waartoe dient het bewijs? Uw ouders stemmen toe, uitstekend: gij hebt het papier. All right! Zij stemmen niet toe, uitstekend: gij hebt het papier. All right!
Alleen, in het eerste geval, kost het niets. In het tweede geval kost de notarieele akte een vijftigtal francs. Vijftig francs om te constateeren, dat uw ouders hun toestemming niet geven en gij er u buiten stelt. Maar daarmede steekt de regeering den draak met de menschen, en met de arme menschen, hetgeen slecht is.’
Doet het geval zich voor, dat huwelijkskandidaten beneden de dertig jaar de toestemming hunner ouders niet kunnen verkrijgen, dan stelt madame Céline alle pogingen in het werk om de ouders te vermurwen of tot betere inzichten te brengen. Algemeen wordt te dien opzichte heur overredingskracht geroemd. In de meeste gevallen worden dan ook die vijftig francs der regeering ‘door den neus geboord’, zoû een Groot-Mokumer zeggen.
Wee dengene, die met de ‘agence matrimoniale’ van madame Céline grapjes tracht uit te halen, bijvoorbeeld een ‘flirtation’ beoogt! Want haar wederhelft heeft sterke knuisten, benevens een paar vrienden, die eveneens soliede handen hebben. En had ik mij, bij mijn persoonlijk onderzoek in loco, niet op tijd kunnen legitimeeren als een journalist ‘de bonne foi’, ongetwijfeld zouden eenige paren armen mij zonder vorm van proces de deur hebben uitgegooid.
Merkwaardig is, dat de bemoeiingen van madame Céline niet ophouden bij het sluiten van het huwelijk. Velen raadplegen haar bij echtelijke twisten, waarbij zij dan meer vertrouwen schijnt in te boezemen dan de meeste officicele vrederechters.
‘Qu'est-ce qu'il nous faut? Des enfants!’ En: ‘Donc facilitons le mariage.’
Eilieve, ik geloof, dat het huwelijksbureautje van madame Céline reden van bestaan heeft in het zich langzamerhand ontvolkende Frankrijk.
‘Vae soli’, zegt de ecclesiast.
‘Gaat paarsgewijze!’ roept meergenoemde ‘dame’, met meer kijk op de nooden der menschheid en op - wie kan het haar euvel duiden? - haar beurs.
Ik herinner me een uiting van niemand minder dan Balzac, die toch wel de menschen en de maatschappij kende:
‘Ik heb echtgenooten gekend, die zich elken dag gelukwenschten, zich tot huwelijksbureaux gewend te hebben.’
Wel, ik heb een schuchteren vriend, die door tusschenkomst van een huwelijksmakelaar aan een echtgenoote is gekomen. Het echtpaar gevoelt zich gelukkig, reeds jaren lang.
Het kan dus, het kàn.
* * *
Dat alles neemt niet weg, dat de meeste huwelijksbureaux, vooral die, welke zoogenaamde ‘mariages riches’ bewerkstelligen, groote afzetterstroepen zijn. Hier te Parijs loopt het aantal dier inrichtingen in de honderden.
Het spreekt vanzelf, dat de huwelijkskandidaat, die voor het eerst een dergelijk bureau binnentreedt, niet geheel op zijn gemak is. Een zekere ontroering overmant hem. Te drommel! het huwelijk is toch een ernstige zaak, wat? En dan die geforceerde tusschenkomst van een onbekenden meneer...
De cliënt wordt gewoonlijk ontvangen in een min of meer weelderig ingericht salon. Sapristi! hij moet toch een goeden dunk van die inrichting krijgen.
De huwelijksmakelaar is uitteraard een menschenkenner, die gauw genoeg weet uit te maken, van welken stand en welk karakter de bezoeker is. Zoodra deze het doel van zijn bezoek heeft medegedeeld, wordt hij, of hij wil of niet, onderworpen aan een reeks van vragen, die hem noodzaken, zijn staat van zaken te onthullen, vooral wat zijn fortuin betreft - want voor den huwelijks-