‘La restitution du Christianisme’ laten drukken. Calvijn, vernemende dat Servet er de auteur van was, laat in 1553 door een zekeren de Frie, met wien hij nauw in aanraking was, een brief schrijven aan de Inquisitie te Lyon, waarin hij, onder overlegging van het boek, dat de schrijver hem in goed vertrouwen zelf had toegezonden, Servet bekend maakt als de auteur.
Veertien dagen later, doet hij denzelfden strooman meer dan twintig latijnsche brieven, die hij (Calvijn) van Servet ontvangen had, aan het zelfde adres zenden!!
Terecht schreef ‘le pasteur’ Gabarel: ‘Calvijn toont zich hier zoodanig door fanatisme
Jonannes Calvin.
Feb. 11. Juli 1509; gest. 27. Mat 1564.
beheerscht, dat hij er toe komt: ‘à n'avoir plus la notion du bien et du mal.’
Ds. Nicolas Weiss, vlg-secretaris v.d. Vereenig. v.d. geschiedenis van het fransche protestantisme zegt dat: inlichtingen en documenten van niemand anders dan Calvijn kunnen ontvangen zijn.
Dominé M. de la Roche vermeldt: ‘Het is zeker, dat Servet te Vienne is gevangen genomen op aanwijzing van Calvijn. Servet verweet het hem in den vollen raad en uit niets blijkt, dat Calvijn zulks ooit ontkend heeft.
Voltaire noemt het toezenden van die brieven een ‘action qui suffirait pour le déshonorer à jamais.’
De toeleg lukte: Servet werd te Vienne gevangen genomen en wegens ketterij ter dood veroordeeld; in het doodvonnis werd melding gemaakt van de geschriften en brieven van de hand van Servet en gericht tot: ‘maître Jehan Calvin, prêcheur, à Genève, et par le dit sieur reconnu’.
Ondertusschen, de inquisitie mocht dan dezen vogel, haar aangebracht door den ketter der ketters, al geknipt hebben, gebraden hebben zij hem toch niet, want hij ontsnapte uit de kooi, en de inquisitie moest zich tevreden stellen met het verbranden van Servet in effigie.
Maar, 't was hier óók: uitstel is geen afstel, en als de Katholieken dan het wild lieten ontsnappen, Calvijn was er ook nog, en die vergat niet, wat hij zeven jaren geleden aan Farel had geschreven! Belofte maakt immers schuld!
En dan, noemden de Katholieken de Hervormden ‘ketters’, Calvijn gaf denzelfden naam aan diegenen zijner kudde, die maar eenigszins van meening met hem verschilden, en dat men te Gevève, de stad der Reformatie, evengoed brandstapeltje kon spelen als in de landen der inquisitie, zou hij toonen. De inquisitie kon gerust zijn!
Servet heeft de ongeloofelijke maar wel begrijpelijke onvoorzichtigheid om, vluchtende, zijn route over Genève te nemen; Calvijn, van zijn aanwezigheid onderricht, laat hem daar gevangen nemen, nadat hem eerst zijn geld en kostbaarheden afgenomen zijn!
Voltaire noemt dit laatste in zijn: ‘Essai sur les moeurs’ een ‘brigandage’.
Daarna wordt hij bijna zonder kleeren in den kerker geworpen, zoodat hij verkleumt van koude; enfin ‘warmte’ zou men hem later wel geven, en dan overvloedig!
Bijstand van een rechtsgeleerde wordt hem geweigerd; ziek en ongeloofelijk vervuild (zie verder: ‘Les poux me mangent tout vif’) noodzaakt men hem zich gansch alléén te verdedigen tegen een troep (bande) dominé's en Calvijn zelf.
De lust tot zingen zal den ongelukkige in zijn kerker wel vergaan zijn; maar, zooniet, dan had hij terecht kunnen zingen:
Ce n'est pas la peine assurément
De changer de gouvernement.
want op 26 October werd hij ‘en présence des Saint-Livres’ (wat deden die daarbij) ver-