Gedachtenwisselingen.
Mevrouw van W., ‘voormalig pleegzuster’, schrijft mij het volgende:
U schrijft over uithuizige moeders, welke hunne kinderen aan kindermeisjes of pleegzusters overlaten. Ik voor mij vind dat geen vergelijk. Een pleegzuster in dit geval kan niet anders dan een gediplomeerd persoon zijn, en wordt in elk gezin gaarne als hulp ontvangen, terwijl een kindermeisje tot een heel andere klasse gerangschikt wordt. Waar de moeder dus hare plichten niet na kan of wil komen, zou het althans zoo verre voor haar pleiten, als ze een pleegzuster als hare plaatsvervangster koos. Mogelijk heeft het niet in Uwe bedoeling gelegen de pleegzuster te geringschatten, maar zooals het daar is uitgedrukt, is het voor mij voor geen andere uitlegging vatbaar.
Ik ben gaarne bereid, deze voormalige pleegzuster de oprechte verzekering te geven, dat het geenzins in mijn bedoeling lag ‘de pleegzuster te geringschatten’. En ik voeg erbij, dat het m.i. voortkomt uit overgevoeligheid, wanneer zij het zoo opvatte, want de bedoelde correspondentie luidt woordelijk:
Terwijl de uithuizige mama - of zij uithuizig is uit wereldschheid of uit zucht om in de maatschappij het rolletje der nuttigheid te spelen, komt voor haar kinderen op hetzelfde neer - die hare kinderen overlaat aan kindermeisjes en pleegzusters, en, als zij grooter zijn, aan hun eigen genoegens, daarmee zich onttrekt aan haar naaste plicht, en natuurlijk niet weet wat die jonge onervaren kinderharten in zich opnemen. -
Hieruit blijkt dus zonneklaar, dat ik het geenzins heb over de gevallen, waarin de moeder hare plichten niet kan nakomen, maar wel over die, waarin zij uithuizig is uit genotzucht of begeerte een rolletje in de maatschappij te spelen. Dat het, op-zich-zelf beschouwd, per-se zulk een waarborg is voor hoogere zedelijke waarde, wanneer iemand ‘gediplomeerd’ is, kan ik mevrouw van W. niet zoo grif toegeven. - Het is bekend, dat heden ten dage heel veel meisjes uit den meidenmeisjes-stand of nog minder, verpleegster worden, om daardoor ‘dames’ te lijken, en het is ook bekend, dat menigeen, die in haar eigen vak niet slaagde, ten slotte bij gebrek aan beter overgaat tot het studeeren voor verpleegster. Daarenboven, ook kinderjuffrouwen worden tegenwoordig ‘gediplomeerd’, o.a. door de vereeniging Tesselschade. Maar toch wil ik, al heb ik dus niet zulk een onbepaald geloof in de beschwende beteekenis van een diploma als mevrouw van W., haar in 't algemeen graag toegeven, dat het nog beter is, wanneer men de kinderen aan hun eigen, lot verkiest over te laten, hen te stellen onder het opzicht van een verpleegster, dan onder dat van een kindermeisje. - Nergens heb ik immers ook gezegd in de bedoelde correspondentie, dat kindermeisjes en pleegzusters gelijk staan in onbetrouwbaarheid. - Ik heb het gehad tegen Bernarda over het onverantwoordelijke der uithuizige moeders, en geenzins over de meerdere of mindere waarde van haar, aan wie zij hun gezin overlaten. - Van een willen geringschatten der pleegzusters, omdat ze hier toevallig in één adem werden genoemd met kindermeisjes, is dus geen sprake.
ANNA DE SAVORNIN LOHMAN.