Correspondentie van de redactie met de abonnés
Herman. De heer Veen zond mij Uw schrijven. Gij doet altijd het best U direct tot mij te wenden, daar hij zich niet bemoeit met deze dingen. Uw bijdrage wordt geplaatst. Als ik een stuk aanneem, beteekent dat plaatsing. Wanneer hangt af van allerlei omstandigheden. Dat er dus anderen voorgaan, die na U inzonden, beteekent niets bijzonders, omdat ik volstrekt niet plaats naar volgorde van inzending. - Overigens is het volstrekt niets bijzonders, dat gij eenige maanden hebt moeten wachten. Ik kreeg onlangs bij toeval een oude Lelie in handen, waarin de toenmalige waarnemende redactrice Mevrouw Therese Hoven vertelt aan een ongeduldige, dat zij zelve voor een bekend maandschrift op verzoek een novelle schreef, en er zelfs nog een extra-reis voor maakte. - Nadat zij haar manuscript had ingezonden, liet de redactie het nog twee jaar wachten. Als dat nu geschiedt met zulke bekende schrijfsters als mevrouw Th: Hoven, dan diene U dit tot bewijs, dat eerstbeginnenden als gij nog in het geheel geen reden tot klagen hebben wanneer ze moeten wachten. Ik ontving intusschen Uw schrijven aan mij persoonlijk. Het bovenstaande is ook daarop mijn antwoord.
A.N. Ik wil Uw aanbod gaarne aannemen, mits gij zekerheid hebt dat er nog geen vertaling elders is verschenen. - Ja zeker, gij ontvangt honorarium. Hoeveel deel ik U particulier mee, na ontvangst der eerste copie.
J.W.E. Uw stukje is reeds naar de drukkerij. - Ik was 't er zoo geheel mee eens dat ik het dadelijk een plaatsje wil geven. Het vorige wordt zeer zeker ook geplaatst. Als ik zeg, dat ik iets aanneem, beteekent dat plaatsing! Maar, evenals aan Herman, moet ik ook U antwoorden dat gij soms geduld moet oefenen. Als ik alleen ‘supérieur’ werk wou plaatsen in de Lelie, dan zou ik, vrees ik, niet veel copie aannemen, want ik vind niet heel gauw dat iets - ‘supérieur’ is. Maar zoo hooge eischen kan men niet stellen. Zooals gij echter ziet, vind ik uw werk in dit geval geheel naar mijn zin, wat den inhoud betreft. Woont gij thans in den Haag? Uw vorige brief was uit L.?
Julevria. Nog een beetje geduld. Ik krijg zóóveel copie, dat ik niet zóó spoedig op alles kan antwoorden.
Mej: B. van B. Indien U mij Uw abonnementsquitantie zendt, wil ik het stuk gaarne plaatsen. De ingz: stukken-rubriek is zeer zeker óók voor niet-abonné's, maar slechts voor zoover de ruimte het toelaat; ik moet dien regel hoe langer hoe meer toepassen, door plaatsgebrek. - Dat ik een bewijs vraag van abonnement is door plaatsgrijpende knoeierijen. In het buitenland is deze wijze van contrôle sinds een aantal jaren reeds gebruikelijk.
T. van B. De uitgever heeft de opgaven van het U toekomende bedrag. Gij hebt hem slechts de nommers op te geven.
ANNA DE SAVORNIN LOHMAN.