moeten verwijten wanneer gij uit Uw goed-vertrouwen minder aangename gevolgen ondervondt. Zoo als gij weet schreef de persoon-in-questie alleen pseudoniem. Zijn naam is dus alleen aan mij-persoonlijk bekend.
N.v.d.F. Ik zal de schets lezen. Uw vroegeren brief beantwoord ik in de volgende corr:
L.E. Uw Ingez: stuk kan ik niet plaatsen, daar gij te persoonlijk zijt in het noemen van al die familienamen. Bovendien vergist gij U hier en daar.
Veritas te Sneek. Hartelijk dank voor Uw vriendelijke woorden over: Een onbeduidende vrouw. Uw bijdrage plaats ik.
Z.O.H. De vertaling kan eerst na langen tijd geplaatst worden, daar er reeds zooveel copie ligt op dit gebied. Onder dat voorbehoud neem ik haar aan. Vriendelijk dank voor Uw briefje.
Iomana. Uw stukjes komen te zijner tijd, en nog vóór gij tot de ‘antieken’ behoort, wil ik hopen. Een er van is reeds onder de ter perse liggende stukken. Natuurlijk kan 't mij wel ‘iets schelen’ als de lezers mijn werk met sympathie lezen. Ik dank U dus zeer voor de genomen moeite Uw sympathie voor Een onbeduidende vrouw te willen uitspreken.
Mevr: E.L.T. geb. G. - Zooals U uit het vorig berichtje zult hebben gezien, behoud ik mij voor niet meer particulier te antwoorden. Het versje is niet doorgezonden. Ik plaats het thans onmiddellijk. Dank voor Uw vriendelijk schrijven.
Een Abonné op de Hollandsche Lelie. Gij schrijft:
‘Op pag. 287 en de daaropvolgende pagina's van Vragensmoede komt eene beschrijving voor hoe van Uitweerde op het oogenbiik dat hij den dood voelt naderen noch eenmaal aan het avondmaal deelneemt, waarbij zijne vrouw en een pleegzuster tegenwoordig zijn en waarbij een predikant der Hervormde kerk optreedt. Het is bekend dat de Roomsche geestelijkheid dergelijke ceremoniën aan het sterfbed houdt, en dat in Duitschland de Lutherschen ook op verzoek aan het bed van een stervende het brood breken, maar in art. 13, 21 en 22 van het kerkelijk reglement is het aan de predikanten der hervormden ten strengste verboden dergelijke ceremoniën aan huis te volbrengen. Gebeurt dit bij de Afgescheidenen?’
In antwoord hierop kan ik U meedeelen, dat mij uit persoonlijke ervaring in mijn ouderlijk huis bekend is, dat de Afgescheidenen en de Herrnhutters in geval van ernstige ziekte het Avondmaal thuis toedienen. Wat de Hervormde Kerk betreft, ik-zelve ben daarvan geen lid daar ik werd aangenomen in de Duitsche Gemeente in den Haag, en ik ben niet voldoende op de hoogte van de reglementen dier Kerk, om U tegen te spreken. Toch lijkt het mij vreemd dat welk Kerkgenootschap ook den predikant zou verbieden, een stervende die daaraan behoefte gevoelt het Avondmaal aan zijn huis toe te dienen. Zulk een maatregel lijkt mij strijdig met alle werkelijk godsdienstig gevoel. Misschien kan de een of ander predikant hierin inlichting geven.
Incognito. Ik ben zeer blijde dat gij Uw naam hebt meegedeeld daar Uw anonyme brieven mij zeer sympathiek waren. Ik vernietig echter zonder uitzondering alle anonyme brieven van welken aard ook, en kan U dus tot mijn spijt nu niet meer beantwoorden op die vorige brieven. Gaarne hoor ik eens opnieuw van U.
Mevr. L. Ik hoop dat U mij omgaand even wilt berichten of U dezen hebt ontvangen. Zeker wil ik U gaarne helpen. Ik ben heel blij dat gij mij alles hebt verteld, en ik heb van gauscher harte medelijden met U. Welneen, al was ik ook geen redactrice, dan zou ik U even gaarne van dienst willen zijn. In de plaats door U bedoeld weet ik misschien wel een paar geschikte adressen voor U, die ik U particulier zal toezenden. Uw portret zie ik met veel genoegen tegemoet.
E.R. Ik heb veel friesche familieleden, en ken dus wel wat van het friesch. - Maar in L. ben ik alleen als kind geweest. Stijl en dialect hebben echter niet veel met elkaar te maken, vindt gij zelf ook niet? Dat Uw hollandsch niet zuiver was, heb ik niet opgemerkt in Uw stukje, maar Uw stijl was wat onbeholpen. - Een ‘lesje’ is volstrekt niet op mijn programma voor U. Maar zooals gij ziet wil ik U gaarne antwoorden, en is het niets ‘lastig’ daarvoor de letters E.R. te kiezen. Denk er echter aan dat gij bij een nieuw schrijven die voorletters herhaalt, want anders zou ik vergeten zijn welk pseudoniem gij hadt gekozen. Beantwoorde brieven worden namelijk terstond vernietigd.
Mevr L.H. Uw vriendelijk briefje is juist te laat gekomen, even na mijn vertrek. Ik vond het dus eerst nu bij mijn terugkomst, en dank U hartelijk voor Uw goede reiswenschen. Ook voor Uw sympathie met dat stukje.
Gerrie. Hartelijk gefeliciteerd met den goeden afloop van het proces. Zoo ziet gij, dat er toch ook recht te verkrijgen is, gelukkig, al duurt het soms wat lang. Ja-zeker, de Betuwe ken ik heel goed. En ik zie wel uit Uw gloedvolle beschrijving, dat gij een echt buiten-mensch zijt, die Uw streek lief hebt. Uw portret wil ik heel graag ontvangen. Ik vind het prettig mijn correspondenten te zien te krijgen en om mij heen te hebben in mijn kamer. Het doet mij genoegen dat gij over dat stukje van Jhr. Rappard, dat U zoo beviel, aan hemzelf hebt geschreven. Uw eigen bijdrage erover wacht ik met belangstelling.
D.U. te Londen. Ik hoop dat ‘een rijke moeder’ U mijn vriendelijken dank zal willen overbrengen voor de Ansichts-karte. Ja, Londen biedt veel, nietwaar?
Veritas te Amsterdam. Het versje plaats ik gaarne. Ik voeg hierbij dat ik-zelve precies zulk een vrouw ken als gij daarmee bedoelt. 't Mensch is steeds uit, nooit bij haar kleine kinderen. Ik kon niet 't langer aanzien, en zei haar de vriendschap op. Haar huichelachtig beweren dat zij ‘toch zooveel hield van haar kinderen’ walgde mij bij elk bezoek zoo zeer, dat ik mij terugtrok.
Salve. Den door U gewenschten naam mag ik niet verraden daar het redactie-geheim is, en ik mij ten strengste houd aan den regel, nooit een naam of pseudoniem, om welke reden ook, te verraden. Gij zult echter wel een ander adres kunnen krijgen, b.v. bij ‘de Telegraaf’.
Th.U. Gij zijt zeker de zuster van D.U. Ook aan U veel dank, die ‘de rijke moeder’ wel eveneens zal willen overbrengen? - Hoe gezellig dat gij beiden daar te samen zijt.
Ongeduld. Uw brief wordt nog beantwoord. Kwalijknemen deed ik Uw brief geenszins. Daartoe was niets geen reden. Als gij U overwerkt hebt, wees dan maar voorzichtig en lees niet te veel; ook niet tot Uw uitspanning. Beterschap.
Mevr: de wed: van den B. - Hartelijk dank voor Uw schrijven. Ja zeker, het leven heeft veel goeds. En we hebben het dikwijls in onze eigen hand het aangenamer en lieflijker te maken voor ons zelven en anderen, door wat inschikkelijkheid en toegevendheid en wat minder tobben over kleinigheden, in het dagelijksche leven. 't Valt mij zoo dikwijls op, dat menschen, die nooit een groot leed ondervonden, zichzelf zoo kunnen plagen door over alle gewone levenszorgen te zuchten, en door te kribben met hun omgeving of hun ondergeschikten over de meest futiele dingen. - U hebt zooveel ondervonden en U schrijft zoo berustend. - Dank voor Uw vriendelijke woorden. Als ik ooit in Uw buurt kom, zal ik er gaarne aan denken. Uw bijdrage is zooals U ziet aangekomen.
Der inzendster van het Ingez: stuk over een vertaling (uit Scheveningen), deel ik mede dat haar stuk te lang is voor plaatsing, en óók te scherp m.i.
ANNA DE SAVORNIN LOHMAN.
Sluiting red: ged: