Varia.
De opinie van een jong meisje.
(met haar toestemming afgedrukt uit een brief aan de redactrice).
Het is heerlijk, dat Jhr. Rappard erover geschreven heeft en zulke dingen afkeurt. 't Is toch maar een feit, dat jonge meisjes over 't algemeen veel waarde hechten aan de opinie van de jongelui, en 't zal haar goed doen, als ze hooren dat ernstige jonge mannen met verontwaardiging over haar spreken, als ze doen als ‘Jeanne Van Doorn.’
Ik kan dus niet anders doen, dan Jhr. Rappard toejuichen, en hopen, dat er meer ernstige jongelui zijn, die als hij denken. Het is hóóg noodig, dat er eens afkeurende stemmen opgaan over dit alles. En 't zijn vooral jongelui, die daarin een verandering ten goede kunnen brengen. Jongelui, die dat aardig vinden, en jonge dingen als ‘Jeanne Van Doorn’ nog verdedigen op den koop toe, doen meer kwaad dan goed. Dat is mijn opinie.
En nu een woordje over Uwe inleiding bij 't stuk van Jhr. R. - Freule, ik wilde, dat U dezen zin in vette letters hadt laten drukken: De ouders moeten 't vertrouwen van de kinderen leeren winnen in de eerste levensjaren reeds.Ga naar voetnoot*)
Een ander jong-meisje schrijft hierover:
‘Het is juist, dat de meeste ouders hunne kinderen te veel aan zichzelf overlaten. Als ze zorgen voor kleeren en eten en schoolgeld, meenen ze al heel wat te doen. Maar het komt niet bij hen op, eens na te gaan welken invloed de vriendinnen en vrienden kunnen hebben, en eens te onderzoeken wat hun kinderen doen als ze Zondags gaan wandelen, of wat er besproken wordt op weg van en naar school. De meeste ouders staan vreemd tegenover hunne kinderen en dat is de schuld van de ouders. De vertrouwelijkheid moet van hun kant komen, zij moeten van 't begin af aan zich probeeren in te leven in 't zieleleven van hun kinderen. De kinderen zouden wel vervrouwelijk willen zijn, als zij maar niet bang waren uitgelachen of verkeerd begrepen te worden. Ik heb wel eens een jongmeisje hooren zeggen: ‘Ik zou Mama wel graag alles willen vragen en vertellen, maar dat gaat toch niet. Zoo'n moeder, als in “Onder Moeders Vleugels” van Louise Alcott, bestaat alleen maar in boeken’. - Vindt U niet, dat dat diep-treurig klinkt, bijna als eene beschuldiging?