II.
Algemeene indruk:
trotsch, onbuigzaam, hartstochtelijk karakter.
groote wilskracht. - hooge ontwikkeling. - zinnelijke neiging, (in sterke mate). - diep zieleleven. - diplomatisch. - groote goedheid, medelijdend. - kracht-trotseerende gezondheid. - roekeloos, despotisch, geweldig. - brutaal, hardnekkig, strijdlustig. - idealistisch, rijke fantasie, minachting voor de koude, naakte werkelijkheid. - aanleg tot grootheidswaanzin. - stout, ondernemend, dapper, vastberaden. - getallenzin sterk-ontwikkeld. - melancholisch. - coquet (in sterke mate). - vrijgevig. - voornaamheid in voorkomen en manieren (in groote mate.) - geschiktheid tot onderwijzen. - goede smaak, schoonheidsgevoel, kunstzin. - genotzucht, en vreugde bij stoffelijk bezit. - groote werkzaamheid des geestes. - zucht tot gezellig onderhoud. - terughoudend, gesloten. - oprecht. - trouw. - trotsch (in sterke mate.)