't Amsterdamsch hoerdom

[p. *3r]

Aan den leezer,

DE menigvuldige rampen en ongelukken, die dagelijks komen t' ontstaan uyt den ommegang met Hoeren, en uyt de verkeering, zoo in de Huyzen daar men Muzikanten, als in die daar men slegts herberg houd, of welke de naam van Stille Huyzen voeren, hebben my de pen in de hand doen nemen, om aan een ieder te toonen, met wat listen en godlooze practijcken men gewoon is op dusdanige plaatsen d'onnozelen van hun penninge te berooven; want alles wat men uitterlik ziet, is maar een schijn, die aanlokkend is en waer van men't vergift gemeenlik niet eer ontdekt, als wanneer men niet meer in staat is van den voet uyt deze gevaarlyke strikken te rug konnen trekken, Een ondervinding van ettelijke jaeren heeft my alle d' ongeregeldheden van dit onkristelyk leven, en alle liste welke dagelyks onder deze lieden in swang gaan, zo wel doen kennen, hoewel niet tot myn voordeel, dat ik gehouden gelooft zyn de domme en onbedagte Jeugd d' oogen t' openen en te doen zien maar de klippen leggen, daar so veel kinde-

[p. *3v]

ren van eerlike luiden schipbreuk op geleden hebben, inzonderheyt sedert dat de Speelhuyzen zoo diep ingeworteld zyn, en sedert dat men door de vingeren gezien heeft, dat 'er alle avonden zoo veel Hoeren komen, dat ik 'er op een tyd in een huys een en-twintig geteld heb. Dezen zyn zeekerlyk 't bederf van d' Amsterdamsche Ieugt; want daar de jonge Borsjes voor deesen schroomden in Hoer-huizen te gaan, dewyl men gehouden was, te veel te verteeren, kunnen z'er nu met een kleyntje te recht raaken; vermits de menigte der Gasten d' oorzaak is dat ze met een pint wyn een uur of drie 't geluyt van Bas en Fiool, en 't gesigt van zoo veel Vrouwlui kunnen genieten die zich ieder op 't best palleeren, om in d' oogen der Aanschouwers behaagelijk te zyn, Door dit gezigt nu word de begeerte ontsteeken, en deeze drijft hen aan tot alle middelen aan te wenden, die bekwaam zyu om hen tot hun wit te doen geraken. Hoe menig heeft men'er gesien, vvelke om deze oorzaak hun Meesters kassen verkrachten, hun ouders tusschen neus en lippe alles ontroofden, vvat ze maar krygen konden, en die eindelijk daar se kinderen van fraje luiden vvaren, voor Schebbejacken den oorlog volgen, of naar Oost-Indien moesten trekken; soo veel vermogen de bedriegelyke lonken van

[p. *4r]

een geblanket beeld, dat men naauwelijks, ontbloot zijnde van alle die geleende Sieraden, zoude willen aanzien. Zelfs is het zo ver gekomen, dat men al stoutelijk, in deze Huizen gaat, als of het eerlyke Herbergen waren, onder voorwending, dat 'er niets oneerlijks geschied, en dat men 'er met alsoo weinig kosten te recht kan komen, als op een ander plaats. 't Is waar, dat 'er in 't den Gemeenen haard de grootste onkuysheyd niet gepleegd word: maar wat 'er elders geschied, dat weten se best, die hun bederf in deeze bordelen gevonden hebben. Ten anderen zoet dit verkeeren allenskens zoo geweldig aan, selfs in de geenen die in 't eerst maar om een kijkje kwamen, dat het hen eindelyk onmogelik word een avond van daar te blyven; en gelyk de gelegentheid genegtnthtid doet ontstaan, mist het zeer zelden, of men laat het oog op 't een of 't ander Juffertje vallen, 't geen zoo lang liefde draagt, als 't 'er voordeel by ziet; maar de penningen ontbreekende, sterft ook de liefde van stonden aan.

'k Zal hier eindelik dit noch maar by voegen, Leezer, dat gy aan de waarheid van alles, wat gy in deze bladeren beschreven zult vinden, geensins hehoefd te twijfelen; en, hoewel'er dingen onder loopen, die ongelooflijk schijnen, versekere ik u echter

[p. *4v]

dat ze in der daad zoo gebeuren, en noch veel ongeloofelyker, raakende de bygeloovigheden der Hoeren en Hoere-Waardinnen, die nochtans waaragtig zyn, zou ik hier hebben konnen byvoegen, zoo 't my gelust had een grooter bestek te nemen; maar vreesende de kuisheid van tedere ooren te kwetsen, heb ik 't beter geoordeeld die dingen achter weege te laaten, te meer, dewylze tot geen nuttigheid konnen dienen. Zoo u deezen arbeid nu niet en mishaagd, Leezer, zo verwagt eerlang weer iets van de selve pen, en gebruykt dit onderwyl tot u voordeel.