Verklaaring van de neegende plaat.
Dog eind'lyk waagt hy 't, om zyn Leevensdraad te rekken,
Betreed de derde Trap; Maar eêr men 't kon ontdekken,
Draaid Bonte-Muts zig om en slaat, op 't zelfde pas,
De Lamp aan stukken, zoo dat alles duister was.
DE Misdaadiger dan, als gezegd is, door die van 't Geregt aangespoord en hebbende by zig zelve overwoogen, dat hy tog een Man des Doods was, grypt nieuwen Moed en betreed de derde Trap, waar op hy zoo haast zynen Voet niet gezet had, of Bonte-Muts draaide zig ylings met zyn Stoel en Tafel om en sloeg in dien omzwaai teffens de Lamp aan stukken; Zoo dat de gantsche Onderaardsche Wooning duister was. Hier op liep men inderyl om Fakkelen en Flambouwen te haalen en te zien wat 'er verder zou volgen. Hier ziet men de Man omgedraaid met den Knuppel om hoog geheeven en de Lamp aan stukken geslaagen, terwyl de Misdaadiger zoo lang blyft staan, tot dat men met de Fakkels komt; Gelyk deeze Plaat aantoont.