Hemelschen Parnassus-bergh, met verscheyde sang-dichten betuynt
(1676)–Anoniem Hemelschen Parnassus-bergh, met verscheyde sang-dichten betuynt– Auteursrechtvrij
[pagina 199]
| |
[pagina 200]
| |
Heel aerdigh, en waerdigh gepresen.
Tot u moeten wy ons keeren,
Om ootmoedigheyt te leeren.
Door u wy, in u wy Godt eeren.
O Jesu vol vreughden,
Een voorbeeldt der deughden,
Uw komste de Wereldt verheughden:
Als ghy Herder uwe Schapen
Verr', en wijdt by een quamt rapen,
En wecken, en wecken, die slapen.
Maria Godts throone
In glorie ten toone,
Van Goudt en Gesteent' is uw kroone.
| |
[pagina 201]
| |
Laet uw oogen op ons stralen,
En uw gunste nederdalen,
En wilt ons in vreughden onthalen.
Siet uw onderdane
Schoon Son, en reyn' Mane,
Verlicht ons, verlicht ons de bane:
Om u Jesu te aenschouwen,
En u Moeder blom der Vrouwen:
Op u wy, in u wy betrouwen.
|
|