Helikon. Jaargang 1(1931)– [tijdschrift] Helikon– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 136] [p. 136] Afscheid De luide droomen rusten nu getemd, als koningsadelaren neergestreken; en het doorstormde rijk van wild en schitterend licht dat de oogen heeft geslagen en verward moet voor een ander parelmoeren wijken - winden stroomen naar een gulden middag; in morgenkreken ligt nog het schip van avontuur gemeerd, maar zoekend trilt de steven naar de open waatren van kalm geluk; aan de overzijde ligt een stiller wereld, een hooger hemel en een grooter licht; het vaartuig danst niet roekloos meer als eens, wij varen zwevend en wuiven afscheid aan het land der jeugd. - Theun de Vries Vorige Volgende