Helikon. Jaargang 1(1931)– [tijdschrift] Helikon– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 133] [p. 133] Zeventienjarig meisje Het is de ruimte, het is de lucht Die vloeit in uw verrukt gemoed. Ge zijt zoo open, onbeducht Voor 't zwellend rijpen van uw bloed! Hoe brandt het zoele rood der bloemen In de palmen van uw hand - Ge zijt een zien, een speelsch benoemen Van de dingen. T'allen kant Zijt gij omgeven door de beelden Van uw hart. En uw gedacht Is voor de blindend schoone weelde, Die te gretig gij verwacht. En ach, dat wellust, dat de pijn - Zoo onherroep'lijk ook uw deel - Gelijk bedwelmend, gift'gen wijn Uw hart zal schroeien en uw keel! F.J.H. Lousberg Vorige Volgende