Handschrift Hattem C 5
(2017)–Anoniem Hattemse handschrift– Auteursrechtelijk beschermd
Regelnummers proza verbergen
| |
[pagina 141]
| |
1¶ Die tafel van latenGa naar voetnoot548
| |
[pagina 142]
| |
1ende dat in goeden wijn ofte maleuezei 2ghedoopt ¶ Item is hij naden eten cranck 3soe sal hij gaen ligghen sitten ende bocken 4ouer sijn herte / mer gheen cruyt en 5sal hij eten ¶ Item soe wie dat die 6luyden laten wil en sal niet te out wezen / 7ooc niet beuende van handen Niet doncker 8van ghesichte mer zeer claer ¶ Item 9het lit datmen laten wil dat salmen 10wriuen off wermen / off mit warmen 11water wasschen ¶ Alsmen anderwerf laten 12moet in een gat soe salmen dat doen 13eer dat gat volcomelic toe is ¶ Wanneer 14die ader wel gheopent is ende daer noch- 15tans gheen bloet wt en gaet soe sal- 16men herde hoesten ende heemen ende laten hem 17gheuen enen slach achter die schouderen 18¶ Ende ist zake dat een die ghelaten is 19bezwijmt die salmen wriuen die holen 20vanden handen ende vanden voeten Ende dat 21aensicht salmen bestriken ende natmaken 22met roeswater / ende men sal die mensche 23noemen bij sijnen name ende men sal hem 24den mont open doen ende open houden met 25een stoc / ende gheuen hem zuker rasarum 26¶ Ende ist sake dat van dat laten die aderen 27op heffen ende zwellen soe neemt wormen 28ende pyren vter eerden ende wriuetse met 29hoenich ende doetse op die ader die ghezwol- 30len is Of neemt een doier van een ey 31ende water ghesoden ende legghet daer op 32¶ Alsmen ghelaten is soe salmen gaen 33ligghen ende rusten op een bedde in een 34duyster camer ende houden die oghen toe / 35mer men sal dies daghes niet slapen / 36noch vrouwen bekennen / noch baden / ende 37sachte spise eten / ende soberliken drincken 38ende met goet gheselscap vrolic wezen 39HGa naar voetnoot554Oemen laten sal in pestulencie tijdenGa naar voetnoot555 | |
[pagina 143]
| |
1Als die pestulencie regneert ende een 2mensche gheuoelt dat hij gheraect is 3metter pestulencien soe sal hij oft we- 4sen mach inder seluer vren laten ofte 5te lancxste binnen xij hueren / ende tus- 6schen der tijt en sal hij eten noch drinc- 7ken ter tijt toe dat hij ghelaten is ¶ 8Nv es te weeten in wat manieren ende 9steden datmen laten sal / want gheuoelt 10een mensche weede of is die aposteem 11onder den arm soe salmen die mediaen 12laten inden seluen arm Mer gheuoeltmen 13weede off prekelinghe an die rechter 14sijde soe salmen te hande laten die leuer 15ader inden rechter arm / off op die rechter 16hant Ende ist sake dat die aposteem es 17bijder manlicheit meerder soe salmen 18laten in die voete vander seluer sijde tus- 19schen die groote tee ende den anderen daer 20bij Mer is die aposteem omtrent die 21dyen soe salmen laten in die voete an die 22selue sijde tusschen die enkelen ende die 23hielen Of men mach coppen setten bijder 24zwellinghe Item is die aposteem inden 25hals of onder die ooren soe salmen laten 26die hooft ader inden arm vander seluer 27sijde / of die hooft ader op die hant tus- 28schen den dwm ende den naesten vingher 29ende altoos an die selue sijde daer die weede 30of aposteme is Of men mach coppen 31setten tusschen die schouderen ¶ Hier is 32te weeten dat die gheene die de pestulen- 33cie heeft sal alsoe veel bloets laten 34als hij sonder bezwijmen verdraghen mach 35Of ter tijt toe dat hij siet dattet bloet 36verwandelt ¶ Een groot meister raet 37datmen als die pestulencie regneert alle 38manenschijn een weynich laten sal drie 39of vier daghen voer dat die maene vol | |
[pagina 144]
| |
1is Oec mede salmen weeten datmen den 2ghenen die ouermits die pestulencie ghe- 3laten is salmen gheuen te drincken v le- 4pel vol fay water dat ghedistuleert is 5van diptan / van pimpenel / ende van tormen- 6til te samen ghemenghet Ende en hebben 7sij niet alzoe veel / soe salmer gheuen al- 8soe veel alsmer heeft / of te minsten een 9lepel vol Ende hier om soe waert groot 10orbaer dat die ghene daer dese luyden 11laten dit water bij hem hadden om die lieden 12daer af te gheuen als sij ghelaten waren 13VGa naar voetnoot556An die aderen des hooftsGa naar voetnoot557 ¶ Ende eerst 14van die hooft ader ¶ Die hooft ader 15diemen heet cephalica in beiden armen die 16heeft haer beghinsel vanden hoofde ende si 17is gheleghen op een muys Ende si is goet 18ghelaten teghen alle wee offte pinen ofte 19ghebreken des hoofts ende des hals ende des 20keels / ende teghen alle zwellinghen lopen ende 21ander ghebreken der ooren ende der oghen / der 22tanden ende der kinnenbacken Ende mede teghens 23dat vallende euel Ende deze ader salmen son- 24derlinghe laten in die april / mer men 25salse wachten datmen die muys daer dese 26ader op leecht niet en raect Het is te 27weeten soe wanneer sommighe luyden dese 28ader laten soe worden sij seer cranck daer 29van inden hoofde / ende daer om soe ist beter 30datmen zulke lieden latet die mediaen / want 31sij is een ghemeen ader die dient ten hoof- 32de ende tot allen den leden des lichaems VGa naar voetnoot558an- 33der mediaenGa naar voetnoot559 Die mediaen in beiden armen 34die ooc gheheten is kardiaca die heeft 35haer beghinsel vander longhen ende nieren / 36ende sij en leit op gheen muys / ende si is 37goet ghelaten teghen pijnen ende weede alle 38des helen lichaems / ende sonderlinghe teghen 39ghebreken der herten / der borsten / der gallen / 40der milten / der ribben / der sijden / ende teghen | |
[pagina 145]
| |
1amborsticheit / ende teghens veel ander ghe- 2breken des lijfs / mer sonderlinghe des 3longhens Ende men sal deser ader sonder- 4linghe laten in die september / mer men 5sal wachten datmense niet en steeket 6ouerdwers / want daer van soude heffen 7een zweeringhe VGa naar voetnoot560ander leuer aderGa naar voetnoot561 Die 8leuer ader in beiden armen heeft haer be- 9ghinsel van therte / ende vander maghe / 10ende sij leit onder die mediaen / ende daer 11is een zeen onder / ende een muys daer bij 12Ende sij is goet ghelaten teghen den cramp 13in die beenen / handen / ende vingheren / ende 14teghen alle veruullinghe / zwellinghe 15ende ghebreke des leuers der borsten der 16ribben vanden rugghe ende alle des inghe- 17wants / ende teghens het bloet vander naazen 18Ende men salse sonderlinghe jn die mey 19laten Nochtans machmense altijt laten tegen 20alrehande koerse / ende men salse laten be- 21hendelic ende wachtense ouerdwars te 22steeken VGa naar voetnoot562anden aderen der handenGa naar voetnoot563 Die adere 23op beiden dumen is goet ghelaten teghens 24hooft zweeringhe / ende teghens roode ende 25lopende oghen VGa naar voetnoot564an saluatellaGa naar voetnoot565 Die ader 26tusschen den cleynsten vingher ende den 27naesten daer bij is goet ghelaten teghen 28alrehande coertse / ende sonderlinge tegens 29die quarteyn / daer nae soe dientse den 30hoofde / den oghen / der milten / ende den longhen 31Ende sij is goet ghelaten teghens amborsticheit 32VGa naar voetnoot566anden aderen des voetsGa naar voetnoot567 Die ader op bei- 33den voeten buten bijder hielen / ende die ader 34tusschen den grooten tee ende den naesten daer 35bij sijn goet ghelaten teghen der vrouwen 36natuerlicheit vloet / ende teghen zweeren 37der manlicheit / teghen weede oft gebre- 38ke / of passie der lenden / der dyen / der bla- 39sen / ende teghen die ghicht Ooc tegen caelheit 40ende puusten ende oplopinghe des aensichts | |
[pagina 146]
| |
1Teghen ioecte / fastieden / cankeren / ende 2teghen alle onghemac dat een mensche 3mach lijden an sijn lijff VGa naar voetnoot568an aderen 4diemen heet saphenaGa naar voetnoot569 Die twee aderen 5binnen anden hielen in beiden voeten sijn 6goet ghelaten teghen alle weetheit des 7vroulicheit / ende teghen den steen Ooc sijn 8dese aderen goet ghelaten die vrouwen die 9niet wel ghereynicht en sijn naer dat 10sij ghebaert hebben / ende om te ontfangen 11ende om natuerlike vloet te hebben 12AGa naar voetnoot570riesGa naar voetnoot571 Caue ab incisione in capite 13vel in facie / et ne inscindas venam 14capitalem TGa naar voetnoot572aurusGa naar voetnoot573 Caue ab inscisione 15in collo vel in gutture et ne inscindas 16in illis locis GGa naar voetnoot574eminiGa naar voetnoot575 Caue ab insci- 17sione in humeris vel in brachijs siue 18manibus / nec aperias venam in hijs locis 19CGa naar voetnoot576ancerGa naar voetnoot577 Caue ab inscisione in pectore 20vel in costis / et a lesione stomachi / pul- 21monis / nec scindas arceriamGa naar voetnoot578 vel venam 22que ad splen dirigitur LGa naar voetnoot579eoGa naar voetnoot580 / caue ab insci- 23sione neruorum et a lesione laterum et 24ossium / nec in dorso te inscindas pro aperi- 25cione vene / nec per eentisam VGa naar voetnoot581irgoGa naar voetnoot582 26Caue niGa naar voetnoot583 inscindas vulnus in ventre / nec 27in locis occultis interioribus LGa naar voetnoot584ibraGa naar voetnoot585 Ca- 28ue ne inscindatur vulnus in vmblico / vel 29in inferiori parte ventris / nec aperias ve- 30nam / in dorso / nec ponas ibi ventosam 31SGa naar voetnoot586corpioGa naar voetnoot587 Caue ab inscisione testiculorum 32et ani et vesice et a lesione medulle 33nec inscindas verenda in viro vel in 34muliere SGa naar voetnoot588agittariusGa naar voetnoot589 Caue ab insci- 35sione femorum et digitorum / nec inscindas 36maculas vel superfluitates excrescentes 37CGa naar voetnoot590apricornusGa naar voetnoot591 Caue ne inscindas in genibus 38et ab inscisione neruorum et venarum in 39hijs locis AGa naar voetnoot592quariusGa naar voetnoot593 Caue ne inscindaris 40in cruribus vel in viribus eorum usque ad 41inferiora mamillarum PGa naar voetnoot594iscisGa naar voetnoot595 Caue ne 42inscindas in pedibus etcetera |
|