Hans Michel Goedbloed zingt de voornaamste en nieuwste liederen
(1805)–Anoniem Hans Michel Goedbloed zingt de voornaamste en nieuwste liederen. Nooit te voren gedrukt.– Auteursrechtvrij
[pagina 10]
| |
Stem: Van de Witkleppen.1.
De Coloniale Kannonnieren vol moed,
Die hebben ook nog volk van noden,
Komt knaapjes met een groot plaisier,
Het handgeld wordt u aangeboden met plaisier,
Neemt maar dienst voor Coloniale Kannonnier.
2.
Wat staat ons die montering net,
Een kasket met een rood pluimpje,
Daar by een rood lind omgezet,
Meisjes kunt gy krygen een stuk drie of vier,
Als het is een Colonie Kannonnier.
3.
Als wy leggen in ’t guarnisoen,
Dan zyn de meisjes wel te vreden,
Een Kannonnier die kan haar voldoen,
En dan schenken zy haar hart en haar hand,
En haar eer geven zy tot pand.
4.
Onze brave Officieren vol moed,
Die wagen ook haar leven,
Als wy na de Oost toe gaan,
En heb wy gebrek of groote nood,
Zy geven ons genever, kruit en lood.
| |
[pagina 11]
| |
5.
Daarndegeen grooter plaisier,
Als o sir de Coloniaale Kannonniere,
Daar kunt gy leeven in groot plaisier,
Za jonge knaapen komt maar van rondom,
Neemt maar dienst voor ons braaf Battaillon.
6.
Kloeke helden houd u constand,
Want ick schei ‘er uit met schryven,
Stryd voor u dierbaar Vaderland,
Een Kannonnier staat in myn hert geplant,
Zo lang als daar een is in ons land.
7.
Al die dit liedje heeft gedigt,
Het zyn twee Amsterdamsche meisjes,
En haar hertje dat was ligt,
En zy houden graag van een plaisier,
Met een Coloniaale Kannonnier.
|
|