Hans Michel Goedbloed zingt de voornaamste en nieuwste liederen
(1805)–Anoniem Hans Michel Goedbloed zingt de voornaamste en nieuwste liederen. Nooit te voren gedrukt.– Auteursrechtvrij
[pagina 8]
| |
Op een [aa]ngenaame wys.Wat een vreugd is ons geboren,
In ons [dier]baar Vaderland,
Nu men de Vrede komt [na] horen
Tusschen ons en Engeland,
Die ons de vryheid [reeds] bep[alen],
Te zyn verlost van ’t oorlogs vuur,
Roepen my vivat Colon[ialen],
Wy zyn Jagers van plaisier.
2.
Men is reeds [nu] ingenomen,
Met gedagten van vertrek,
Om [ons oogmerk] te bekomen,
Van te gaan na Oost en West,
Na het yland van Surnam[e],
Of na de Kaap de goe[de] Hoop,
En dan naa het Dimmerarie,
En de Es[…]quebo oock.
3.
o! Hoe zal men daar floreeren,
In het land waar de Su[iker] groeit,
Appelon Zina daar beneven,
d’Adels en Vygen in overvloed,
Coffy, Thee al wat heeft namen,
En Catoen voor Kleeren fyn,
| |
[pagina 9]
| |
Roepen wy vivat Surnamen,
Als wy daar maar eens in zyn.
4.
Hoe zullen zy ons geriefen.
De zwarte Meisjes van dat Land,
Zy zyn dartel en vol van liefde,
Voor een blanke uit Holland;
Zy zyn fraai van Ledemaaten,
Fyn van haar en zagt van vel,
En van onder wel geschapen,
Haar Borsjes hebben de groote wel.
5.
Men zal daar geen kou gevoelen,
Dan de winter daar niet schaad,
Het is altyd volle zomer,
Lieffelyk en delikaat,
Wat zal men daar een vreugd beleeven,
In dat warm en dierbaar Land,
Daar den Hemel geeft de zegen,
Ook vergunt aan alle kant.
6.
Laat ons dan met blydschap scheiden,
Van ons Ouders en Vaderland,
En van alle lieve Meisjes,
Die wy laaten in Holland,
Adju dan Vaderland en vrinden,
Adju Meisjes veel geagt,
Wy hoopen u weer te vinden,
Misschien over een jaar of agt.
|
|