Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Colloquium Neerlandicum 9 (1985) (1986)

Informatie terzijde

Titelpagina van Colloquium Neerlandicum 9 (1985)
Afbeelding van Colloquium Neerlandicum 9 (1985)Toon afbeelding van titelpagina van Colloquium Neerlandicum 9 (1985)

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

sec - letterkunde
sec - taalkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek
lezing / voordracht


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Colloquium Neerlandicum 9 (1985)

(1986)– [tijdschrift] Handelingen Colloquium Neerlandicum–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Verslag van het negende colloquium van docenten in de neerlandistiek aan buitenlandse universiteiten


Vorige Volgende
[pagina 277]
[p. 277]

2. Philadelphia
Hoe integreer ik taal en cultuur?
mw. M.J.G. Reichenbach M.A.

Uit ervaring weet ik dat de studenten het prettiger vinden taal en cultuur als één geheel te beschouwen en niet als twee aparte eenheden. Het maakt bovendien de lessen levendiger als er zo af en toe iets over land en gewoonten kan worden toegevoegd.

Meestal begin ik in de eerste les met de vraag: ‘Waar spreekt men Nederlands?’. Het antwoord daarop brengt al direct een levendige discussie met zich mee. Dit geeft mij de gelegenheid iets te vertellen over Vlaanderen en over het verschil in uitspraak en intonatie: ik vergelijk het altijd met Amerikaans Engels en Brits Engels. Het verschil in aard tussen Noordnederlanders, Zuidnederlanders en Vlamingen kan dan besproken worden, alsook het verschil in godsdienst.

Indonesië, de Westindische eilanden en Zuid-Afrika komen dan vanzelf aan de beurt. Ik geef dan een voorbeeld van Afrikaans en Nederlands, en vertel waarom in Indonesië weer meer belangstelling is voor het Nederlands: studie en beoefening van kunstgeschiedenis, rechten, geschiedenis vereisen er allemaal kennis van de Nederlandse taal.

We bekijken dan de kaart van Nederland en België. Ik wijs de provincies aan met hun hoofdsteden en de hoofdsteden van de beide landen en bespreek het vreemde fenomeen dat Den Haag de zetel van de regering is maar Amsterdam de hoofdstad van het land. Ik wijs de grote rivieren aan en vertel hoe men in het kleine Nederland praat van het Noorden, het Zuiden en het Westen, boven en beneden de rivieren etc. In de volgende lessen laat ik de studenten steeds de plaatsen die genoemd worden opzoeken.

 

Leesonderricht gaat heel goed samen met het onderwijs van kennis van Land en Volk. Als een schrijver de P.C. Hooftprijs heeft

[pagina 278]
[p. 278]

ontvangen is dit een gelegenheid te praten over de Muiderkring, de Gouden Eeuw, de Oost- en Westindische Compagnie etc. Als het te pas komt praat ik over Nederlandse feesten, Koninginnedag en Sint Nicolaas; dit laatste feest vieren we meestal bij mij thuis en de studenten moeten rijmpjes en surprises maken voor elkaar. We hebben dan ook een ‘echte’ Sint Nicolaas en Zwarte Piet.

Ik gebruik het boek The Pillars of Society als een soort handleiding om over verschillende tijperken te praten.

 

Ik laat altijd de film ‘De stem van het Water’ zien; dit geeft de studenten een goed beeld van de rol die het water in de Nederlandse samenleving speelt. Ook laat ik documentaire films zien over de Deltawerken, de polders, Rembrandt en andere schilders, en films zoals ‘De installatie van de koningin’. Ik leg dan uit dat in Nederland de vorst of vorstin niet gekroond wordt zoals in Engeland. Het veel-partijensysteem komt ook ter sprake.

 

Op het wekelijkse koffieuurtje komen ook Nederlandse studenten die hier studeren op grond van een uitwisselingsprogramma met de Erasmus Universiteit; we krijgen ook veel Nederlandse en Vlaamse bezoekers die altijd bereid zijn met de studenten te praten. Bovendien hebben we elk semester enkele lezingen gevolgd door een receptie. Voor deze lezingen worden de leden van de twee Nederlandse verenigingen in Philadelphia uitgenodigd. Daar krijgen de studenten dus ook weer de gelegenheid Nederlands te spreken.

Ik moedig ze altijd aan het examen ‘Certificaat Nederlands als vreemde taal’ te doen, dit als aansporing geen der vier onderdelen van de taal te verwaarlozen. Met de gevorderden, tweedeen derdejaars lezen we stukjes uit Elsevier of andere Nederlandse kranten of tijdschriften. Op deze manier leren de studenten heel wat over Nederland zonder dat het nodig is een aparte cursus Nederlandse cultuur te geven.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

datums

  • 31 augustus 1985

  • 30 augustus 1985

  • 28 augustus 1985

  • 29 augustus 1985

  • 27 augustus 1985

  • 26 augustus 1985


Over dit hoofdstuk/artikel

auteurs

  • M.J.G. Reichenbach-Consten


landen

  • over Verenigde Staten