Resoluties
1. | Het Zevende Colloquium Neerlandicum (27.8.1979-31.8.1979 te Amsterdam)
betreurt het feit dat ondanks de inspanningen die werden ondernomen om de
officiële talen van de Europese gemeenschappen aan de drie instituten voor
Vertalers en Tolken in de Bondsrepubliek adequaat te vertegenwoordigen, het
Nederlands aan deze instituten nog steeds een relatief geringe betekenis wordt
toegekend.
Zo kan Nederlands aan het ‘Fachbereich Angewandte Sprachwissenschaft’ te
Germersheim en aan het ‘Institut für Übersetzen und Dolmetschen’ te Heidelberg
slechts als tweede vreemde taal worden gestudeerd, terwijl het sinds kort niet
meer mogelijk is Nederlands aan het ‘Fachbereich für Angewandte
Sprachwissenschaft sowie Übersetzen und Dolmetschen’ te Saarbrücken in het kader
van de ‘Diplomprüfung’ te studeren.
Met het oog op de zeer duidelijke vraag naar absolventen met een zo breed
mogelijke kennis van verschillende talen, ook en vooral van de zogenaamde
‘kleine’ talen - een vraag die vooral door de talendienst van de Europese
Gemeenschappen steeds weer tot uitdrukking wordt gebracht-, lijkt de uitbreiding
van het vak Nederlands aan deze instituten zeer wenselijk. Zo zou bijvoorbeeld
de tolkenopleiding behalve aan het ‘Fachbereich Angewandte Sprachwissenschaft’
te Germersheim ook aan de twee andere instituten weer moeten worden aangeboden. |
2. | Het Zevende Colloquium Neerlandicum drukt zijn grote verontrusting uit over
het door de Staatssecretaris van Nationaal Onderwijs van Frankrijk op 17 april
1979 meegedeelde voornemen van de Franse regering in de nabije toekomst het
vreemde-talenonderwijs in de eerste cyclus van het Middelbaar Onderwijs te
beperken tot één enkele vreemde taal, tengevolge waarvan het pakket van vreemde
talen dat binnen het kader van het verplichte onderwijs wordt aangeboden
aanzienlijk zou worden beperkt ten voordele van een monopoliepositie. |
| |