De Haagsche diligens. Zynde bevragt met de liederen die thans gezongen worden
(1829)–Anoniem De Haagsche diligens. Zynde bevragt met de liederen die thans gezongen worden.– AuteursrechtvrijOp een aangename wys.Wat hoord men niet in onze tyd,
Van Koolbakkery en grappigheid,
't Was om de Menschen te vermaken,
Men dacht daar zou iets wonders naken,
Al wat men dan geschieden ziet,
't Is Koolbakkery en anders niet.
2. Op Zaturdag wilt my verstaan,
Een Luchtbal die daar op zou gaan;
Veel Menschen stonden daar te kyken;
Men scheen van de warmte te bezwyken;
| |
[pagina 11]
| |
Al wat men daar geschieden zag,
Daar kwam geen Luchtbal voor den dag,
3. Vier Zwynen met een Jagers hond;
Die zoude spoedig daar terstond,
Met een Jager in de hoogte ryzen;
Een elk Mensch die ging dit pryzen,
Al wat men dus geschieden ziet,
't Is Koolbakkery en anders niet.
4. 't Was in den Hout wilt my verstaan,
Alwaar de Luchtbal op zou gaan,
Veel menschen kwamen daar met hopen,
De Houtpoort uit zeer spoedig lopen!
Al wat men dus geschieden ziet,
't Is Koolbakkery en anders niet.
5. Zoo vlyt den een nog steeds den aar,
Maar ziet de Luchtbal was niet klaar;
Belang is ieder mensch gegeven;
De Kasteleins woude daar ook leven
Al wat men dus geschieden ziet,
't Is Koolbakkery en anders niet,
6. Gelooft my vry ik weet hoe 't gaat,
Ofschoon ik van de Luchtbal praat,
Ik weet myn zaken schoon te draaijen,
My dunkt ik zie de Luchtbal zwaaijen;
Al wat men dus geschieden ziet,
't Is Koolbakkery en anders niet.
|
|