Het Haagsche Bosch, waarin te vinden zyn de allernieuwste liederen, die hedendaags gezongen worden
(1818)–Anoniem Haagsche Bosch, waarin te vinden zyn de allernieuwste liederen, die hedendaags gezongen worden, Het– AuteursrechtvrijOp een bekende Wys.1.
O Schoonste Rozette,
Myn dierbaarste Kind,
Kom schenkt myn een kusje,
Aan die U bemind,
U spreeken, uw zingen,
U danssen zoo schoon,
Ag schoonste Godinne,
Schenkt myn u hart tot loon.
| |
[pagina 49]
| |
2.
Ach Damon wat grillen,
Vevoeren uwe zin,
Gaat vry op een ander,
Die U wat beter bemind,
Ik ben nog jonk van jaaren,
Wat steld gy U dan voor,
Dat myn is wedervaren,
Ik lach en geef geen gehoor.
3.
Ach Schoonste Rozette,
Gy bent niet te klein,
Hoe kleinder dat de Meisjes,
Hoe liever dat ze zyn,
Wat maakt ons de groote,
ô Neen ik blyf in myne lust,
Hoe prooperder de Meisjes,
Hoe liever dat ik ze kus.
4.
Met U myn lieve Damon,
Ben ik wel te vree,
Ik zal U verzellen,
Waar ik zal gaan tree,
Ik U myn hartje,
En vrees geen berouw,
Voor eeuwig, voor eeuwig,
Zoo blyf ik U getrouw.
5.
Kom laat ons maar wandelen,
Verheugd zyn met malkaar,
Door Boomgaart en Lommer,
De Bloemjes die zyn daar,
| |
[pagina 50]
| |
De schoonste van de kleuren,
Die pluk ik voor u af,
Om u te vereeren,
Tot in 't duister Graf.
6.
Met een zoo klein Meisje,
Ben ik vergenoegt,
Dan bent gy alleenig,
Myn uitverkooren zoet,
Kom zet myn naast u zyde,
En schenkt my u Hand,
Ach Schatje voor al u Lyden,
Gy zyt myn onderpant.
|
|