De Gulden Passer. Jaargang 84
(2006)– [tijdschrift] Gulden Passer, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 295]
| |
Kasper van Ommen
| |
[pagina 296]
| |
Museum, waar ze de afgelopen decennia een slapend bestaan hebben geleid. Het is niet verwonderlijk dat bij deze prenten ook een grote hoeveelheid portretten is te vinden van de vermaarde geleerde, hoogleraar en rector Justus Lipsius.Ga naar voetnoot3 Al tijdens het leven, maar vooral daarna, is een grote hoeveelheid portretten van de geleerde Justus Lipsius gemaakt. Anne-Marie Berryer heeft in haar artikel ‘Essai d'une iconographie de Juste Lipse’Ga naar voetnoot4 als eerste de toen bekende afbeeldingen van Lipsius op een rijtje gezet, beginnend bij de portretten van Lipsius op 36-jarige leeftijd en eindigend bij de fantasieportretten. Berryer beschrijft in haar artikel ongeveer 100 verschillende types, van schilderijen tot penningen en bustes. Ook bij de tentoonstelling en in de catalogus Lipsius en LeuvenGa naar voetnoot5 in de Centrale Bibliotheek te Leuven werd aandacht besteed aan de iconografie van Lipsius, waarbij voornamelijk werd geput uit het bezit van de Universiteit Leuven zelf. Meer recentelijk werden acht van de meer bekende portretten (Crispijn De Passe, Bartolomeus Dolendo, Cornelis Galle, Schelte Adamsz. Bolswert, Adolf van der Laan en Ferdinando Gregori) uit het bezit van de Universiteit Leiden getoond op de tentoonstelling Lieveling van de Latijnse taal. Justus Lipsius te Leiden herdacht bij zijn vierhonderdste sterfdag.Ga naar voetnoot6 Natuurlijk heeft Berryer niet gepretendeerd volledig te zijn met deze lijst en dat is ze ook niet. In de portrettencollectie van Bodel Nijenhuis is een aantal prenten te vinden, die ontbreken in haar lijst. Het gaat hier niet om grote namen, maar ze bieden niettemin een aardige aanvulling op het beeld dat we ons van Justus Lipsius kunnen vormen.
In de portretten wordt Lipsius over het algemeen bejubeld en geprezen, maar - gezien de controverse om zijn persoon, die zeker na zijn dood nog sterk is toegenomen - ook beschimpt. Het ons eerst bekende portret, dat ook tot de collectie Bodel Nijenhuis behoort, geeft Lipsius weer op 36-jarige leeftijd. De gravure door Lucas Vorsterman uit 1583 beeldt de humanist af getooid met een hoed en reeds gekleed in de toga met bontkraag, een geleerde waardig. Dit kledingstuk, samen met het hemd en de gepijpte kraag, zou het ‘handelsmerk’ van Lipsius in zijn portretten worden. Lipsius verbleef ten tijde waarin het portret van Vorsterman tot stand kwam, te Leiden. Het type hoed dat hij draagt, is vrij algemeen in de Hollandse dracht van de zestiende eeuw. Het portret is gemaakt naar een schilderij dat mogelijk in Leiden is ontstaan. Zowel het schilderij als de schilder is ons niet bekend. Bijna alle prenten na deze datum volgen de kleding van Lipsius in toga en gepijpte kraag, met variaties in attributen: boeken, honden en heraldische of symbolische toevoegingen. Tot in de negentiende eeuw worden portretten met deze beeldconventie van Lipsius gemaakt, zij het dit keer als uiting voor de trotsheid van de eigen Belgische geschiedenis. Gravures als Une leçon de Juste Lipse devant Albert et Isabelle uit Les Belges illustres (1845) van Jean Jacques Altmeyer geeft | |
[pagina 297]
| |
uiting aan een dergelijk gevoel. Er zijn prenten van Lipsius bekend op verschillende leeftijden: 36 jaar, 38 jaar, 40 jaar, 43 jaar, 50 jaar, 52 jaar en 58 jaar. Lipius was, gezien het grote aantal portretten dat ons is overgeleverd, een dankbaar onderwerp voor prentenmakers en uitgevers. Het is niet onmogelijk dat de faam van Lipsius in het toenmalige Europa niet alleen aan zijn geschriften is te danken, maar ook aan de afbeeldingen van hem die de ronde deden. De opvolger van Lipsius als hoogleraar in Leiden, Josephus Justus Scaliger, moet de kracht van het beeld goed hebben begrepen toen hij eiste dat er eerst een beeltenis van hemzelf en zijn vader in prent zou worden gemaakt en verspreid onder de humanistenwereld in Holland en daarbuiten, voordat hij ook maar zou peinzen om naar Leiden af te reizen. Het portret werd in 1593 door niemand minder dan Henricus Goltzius gegraveerd, wellicht niet zonder toeval want Goltzius had 6 jaar daarvoor ook een portret van Lipsius bezorgd. De propaganda in beeld heeft voor Lipsius gedurende zijn leven onophoudelijk bestaan en niet de minste kunstenaars bemoeiden zich met deze beeldvorming: naast Goltzius onder andere ook Theodoor en Cornelis Galle, Bartolomeus Dolendo en de virtuoze Peter Paul Rubens, wiens broer Filips een van Lipsius' lievelingsleerlingen was geweest en door de humanist als zijn opvolger werd gezien.
Het beeld van de humanist Lipsius in de met bont afgezette toga en gepijpte kraag heeft ook heden ten dage nog niet aan kracht ingeboet: de postzegel met het portret van Lipsius (ontworpen door Guillaume Broux naar het schilderij van Anthony van Dyck uit ca. 1626-1640) die ter viering van de vierhonderdste verjaardag van het overlijden door de Belgische posterijen werd uitgegeven, toont ons Lipsius zoals het zestiende-eeuwse publiek hem ook heeft kunnen zien. | |
[pagina 298]
| |
Beschrijvingen prenten | |
[pagina 299]
| |
3. Anoniem, Portret van Lipsius in een ovale omlijsting
Gravure, 16de eeuw Portret van Lipsius naar het portret van Lucas Vorsterman uit 1583 (cf. Berryer, 1), maar dit keer zonder hoed weergegeven. In de lijst de tekst Iustus Lipsius. Moribus AntiquisGa naar voetnoot7 AE 43. Ao 1591. met daaronder vier dactylische hexameters: Musarum Genius, prisci stirps aurea saecli, //
Romam orbi, Romae1 ludos,
ludisq[ue]2 Theatra, //
3Verbaq[ue] restituit Latio,
verbisq[ue]4 sonorem, //
Et 5 Regno Sophiam, & 6Sophiae sua pristina regna. //
1 SaturnaliaGa naar voetnoot8 2. De amphitheatroGa naar voetnoot9 3. CriticaGa naar voetnoot10 4. De pronuntiat[ione]Ga naar voetnoot11 5. PoliticaGa naar voetnoot12 6. ConstantiaGa naar voetnoot13 Vertaling:Ga naar voetnoot14 Als Genius van de Muzen, gouden telg van de antieke tijd,
Gaf hij Rome aan de wereld, de spelen aan Rome, aan de spelen de theaters,
Aan Latium de woorden, aan de woorden de uitspraak,
Aan het Rijk de Wijsheid, en aan de Wijsheid haar voormalige rijken terug.
1 Saturnalia 2. De amphitheatro 3. Critica 4. De pronuntiat[ione] 5. Politica 6. Constantia
Collectie Academisch Historisch Museum, Leiden inv.nr bn 852 | |
[pagina 300]
| |
4. Anoniem, Portret van Lipsius
Gravure, 17de eeuw Portret van Lipsius op 38-jarige leeftijd naar de gravure van Theodoor Galle (cf. Berryer, 12) maar dan in spiegelbeeld. Het portret in een ovaal medaillon. In de rand de naam Justus Lipsius. Bovenaan, tussen de figuren van Fama en Gloria, is de spreuk Moribus antiquis door een lauwerkrans omgeven. Fama, met loftrompet, houdt Lipsius een lauwerkrans boven het hoofd, terwijl Gloria hem een kroon aanreikt. Aan weerszijden van Lipsius zijn Doctrina en Virtus afgebeeld. Onder het portret ziet men Modestia, gezeten op Invidia (Afgunst), een verwijzing naar een van de deugden die Lipsius het meest op prijs stelde, zoals herhaaldelijk ter sprake komt in zijn correspondentie, en naar de vele aantijgingen, verdachtmakingen en kritiek waarmee hij voortdurend af te rekenen kreeg en die na zijn dood nog toenamen. Daaronder vier elegische disticha: Cum peteret Virtus, Doctrina, Modestia sculpi, //
Mente, animo, vultu Lipsius instar erat:
Lipsi animum, mentem, vultum dum coela laborant //
Exprimere, in coelum se Trias ista dedit //
Quid faceret sculptor, quem ludit amabilis error? //
Sedula, ne erraret, sculpsit vtrumque manus. //
Plectite secure nunc, Gloria, Fama, coronas, //
Invidiam pedibus Virgo Modesta premit
Ondertekend met H.R.
Vertaling:
Toen Deugd, Geleerdheid, Bescheidenheid
verzochten in beeld te worden weergegeven,
was Lipsius ze door zijn geest, gemoed en gelaat alledrie gelijk.
Toen de beitels zwoegden om gemoed, geest en gelaat van Lipsius
vorm te geven, legde dat drietal zichzelf in de beitel.
Wat moest de beeldhouwer, door deze
beminnelijke vergissing bedrogen, nu maken?
Om zich niet te vergissen, beeldde zijn naarstige hand beide.
Vlecht nu, Roem en Reputatie, zorgeloos kransen,
De bescheiden maagd zal de afgunst met voeten treden.
Collectie Academisch Historisch Museum, Leiden inv.nr bn 872Ga naar voetnoot15 | |
[pagina 301]
| |
5. Anoniem, Portret van Lipsius
Stippelets, Italië, 18de eeuw Portret van Lipsius naar de prent van Cornelis Galle met het onderschrift: Giusto Lipsiuo
Tedesco infaticabile erudito
Molto scrisse e dettò con legge e rito.
Forse in sua nazion non ebbe eguale:
Istorico, politico, morale.
Vertaling:
Justus Lipsius
Onvermoeibare en erudiete Duitser
Heeft veel geschreven met autoriteit volgens wet en traditie
waarschijnlijk had hij in zijn land geen gelijke:
als historicus, politicus en ethicus.Ga naar voetnoot16
Collectie Academisch Historisch Museum, Leiden inv.nr bn 853
6. Anoniem, Portret van Lipsius
Gravure, 18de eeuw Portret van Lipsius in een ovale omlijsting met aan weerszijden putti met bazuinen die hem een lauwerkrans boven het hoofd houden; festoenen en een schelp aan de onderzijde van de omlijsting. In de omlijsting is de naam Justus Lipsius aangebracht. Collectie Academisch Historisch Museum, Leiden inv.nr bn 882 | |
[pagina 302]
| |
7. Anoniem, Portret van I.ipsius op 58-jarige leeftijd
Mezzotint Portret van Lipsius (?) staande met schrijfgerei aan een tafel met de tekst ann lviii Collectie Academisch Historisch Museum, Leiden inv.nr bn 868
8. Portret van Lipsius op de titelpagina van de Catalogus librorum tam impressorum quam manuscriptorum Bibliothecae Publicae Universitatis Lugduno- Batavae (Leiden: Pieter van der Aa, 1716) Gravure, 1716
Op de allegorische titelpagina is op de sokkel van het beeld van Minerva centraal het portret van de stichter van de Leidse universiteit, Willem van Oranje, voorgesteld. Links en rechts daarvan zijn in kleine ovaaltjes vier portretten afgebeeld van hoogleraren uit de beginjaren van de Leidse Universiteit: Bonaventura Vulcanius en Lipsius (links), Willebrordus Snellius en Rembertus Dodonaeus (rechts). In de achtergrond zijn de portretten te zien van de professoren Franciscus Raphelengius, Daniel Heinsius, Johannes Meursius, Petrus Scriverius, Claudius Salmasius, Johannes Fredericus Gronovius, Johannes Coccejus, Friedrich Spanheim, Petrus Cunaeus, Gerardus Johannes Vossius, Paulus Merula en Petrus Bertius. Deze laatste was ook de samensteller van de Nomenclator, de eerste catalogus van de universiteitsbibliotheek die in 1595 verscheen. Op de voorgrond de verpersoonlijkingen van Religio (links) en Prudentia. Leiden, ub, 988 a 7 | |
[pagina 303]
| |
9. Anoniem, Portret van Lipsius
Gravure,1720 Klein portret van Lipsius in een ovaal. Rechts het cijfer 15 en onder het portret de naam Iustus Lipsius. Uit: Constance de La Rivière, Portraits des plus illustres papes, empereurs, rois, princes, grands capitaines [...] (Leiden: Pieter van der Aa, [ca. 1720]) Leiden, ub, 191 a 13
10. Lipsius achter een schrijftafel en een beeld van Vrouwe Constantia met haar attributen
Gravure, 1640 Gravure ter vervanging van het drukkersvignet op de titelpagina van J. Lipsius, Twee edele en trefflijcke philosophische boecken vande stantvastigheyd. Waer in de mensch, t'samensprekenderwijse, geleerdelijck wordt onderwesen, hoe hy [...] sijne hertztochten moet breydelen (Amsterdam: D.P. Pers, 1640), een late heruitgave van de Nederlandse vertaling die Jan Moretus in 1584 bezorgde van Lipsius' De constantia.Ga naar voetnoot17 Leiden, ub, 731 f 12 | |
[pagina 304]
| |
10. Student P.C.A. Sichterman verkleed als Justus Lipsius, Professor in de Historiën in de Maskerade van 1875
Kleurenlitho, 1875 Uit: Gerardus Johannes Bos, Maskerade gehouden door de leden van het Leidsche Studenten-corps den 15den Juni 1875, ter viering van den 300sten verjaardag der Leidsche Hoogeschool (Leiden, 1875) [1225 a 3].
11. Ferdinando Gregori, De vier filosofen Gravure naar een schilderij van Rubens. Gravure, ca, 1750, 433 × 327 mm.
Het schilderij De vier filosofen, tegenwoordig in het Palazzo Pitti te Florence, werd in 1611-1612 door Peter Paul Rubens geschilderd, naar men algemeen aanneemt ter nagedachtenis aan zijn op 28 augustus 1611 gestorven broer Filips en de op 23 maart 1606 gestorven Justus Lipsius. Filips werd door Lipsius als zijn meest geliefde leerling en toekomstige opvolger beschouwd. Lipsius is gezeten aan een tafel met boeken en schrijfgerei en wordt geflankeerd door Filips aan de linkerzijde (met de pen in de aanslag) en door zijn vriend en leerling, de Antwerpse koopmanszoon Johannes Woverius (Jan van de Wouwer), bladerend in een boek, aan zijn rechterzijde. Uiterst links heeft de schilder zichzelf geportretteerd met als pendant ter rechterzijde de marmeren buste van Seneca. Deze buste is geïnspireerd op een kopie van de sculptuur uit het bezit van kardinaal Farnese die Rubens in Rome had gekocht en in zijn kunstenkamer bewaarde. Rubens had een kopie van deze buste laten aanbrengen in de voorgevel van zijn huis en | |
[pagina 305]
| |
zou ze ook gebruiken als model voor een illustratie in Lipsius' editie van Seneca vanaf 1615. Niet geheel onbelangrijk is het zesde portret in het schilderij van de hond Mopsus, een van Lipsius' trouwe viervoeters. Met Mopsus worden de vier deugden waakzaamheid (vigilantia), kracht (robur), intelligentie (integinum) en trouw (fides) uitgebeeld die Lipsius als wetenschapper en mens kenmerkten. In de achtergrond van het schilderij is een klassiek landschap te zien, waarop de Palatijnse heuvel in Rome is te herkennen. De twee zuilen ter weerszijde van het landschap vormen een klassieke portico of Stoa en symboliseren dus de stoïcijnse filosofie.
De uit Florence afkomstige graveur, Ferdinando Gregori (1743-ca. 1804) vervaardigde de prent met een Franstalige opdracht aan Theodoor Orlow, luitenant-generaal en kamerheer in dienst van de Russische tsaar. Daarbij werd ook het wapen van de graaf d'Orlow afgebeeld. Het onderschrift Ugo Grozio (Hugo de Groot), bij Woverius rechts op deze prent, is uiteraard foutief. Collectie Prentenkabinet inv. nr. pk-p-i 174 Gre/1
12. Guillaume Broux, Postzegel met het portret van Lipsius, 2006
Deze postzegel, met het portret van Lipsius naar het schilderij van Anthony van Dyck uit ca. 1626-1640 en de daarvan afgeleide gravure van Schelte Adamsz. a Bolswert uit ca. 1640 (cf. Berryer, 52) werd ter viering van de 400ste verjaardag van het. overlijden door de Belgische posterijen uitgegeven. | |
[pagina 306]
| |
SamenvattingIn de tentoonstelling Lieveling van de Latijnse taal. Justus Lipsius te Leiden herdacht bij zijn vierhonderdste sterfdag in het voorjaar van 2006 werd o.a. aandacht besteed aan portretten van Lipsius uit het bezit van de Universiteit Leiden. Het merendeel hiervan is afkomstig uit de collectie die in de 19de eeuw werd bijeengebracht door Johannes Tiberius Bodel Nijenhuis (1797-1872). Deze firmant van uitgeverij Luchtmans (later EJ. Brill) legateerde zijn verzameling van Leidse hoogleraren en curatoren aan de universiteit en de collectie Nederlandse schrijversportretten aan respectievelijk de Universiteitsbibliotheek en de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde. Vandaag de dag bevindt de verzameling geleerdenportretten zich in het Academisch Historisch Museum. In 1940 verscheen in de Annales de la Société Royale d'Archéologie de Bruxelles een bijdrage van Anne-Marie Berryer, over de iconografie van Lipsius met de titel ‘Essai d'une iconographie de Juste Lipse’. In dit artikel geeft zij een overzicht van de toen haar bekende portretten, geordend naar de leeftijd waarop Lipsius op de prenten, schilderijen en sculpturen is afgebeeld. Een dergelijk overzicht is natuurlijk nooit compleet en Berryer pretendeerde dat ook niet te zijn. In de bijdrage Met in bont afgezette toga en gepijpte kraag worden enkele minder bekende en bij Berryer ontbrekende portretten van Lipsius afgebeeld en besproken. | |
SummaryIn the exhibiton Lieveling van de Latijnse taal. Justus Lipsius te Leiden herdacht bij zijn vierhonderdste sterfdag [Darling of the Latin Language. Justus Lipsius' 400st day of death commemorated at Leiden] held at Leiden University Library in the spring of 2006 attention was given, among other subjects, to the portraits of Lipsius in the collections of Leiden University. Most of the engraved portraits in Leiden were brought together in the nineteenth century by the collector Johannes Tiberius Bodel Nijenhuis (1797-1872). This former director of the publishing firm Luchtmans (predecessor of the present E.J. Brill) bequeathed his collection of portraits of Leiden professors to the curators of the University, while donating his collection of writer's portraits to the University Library and the Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde. The collection of professorial portraits today is kept in the Academisch Historisch Museum. In 1940 Anne-Marie Berryer published an article in the Annales de la Société Royale d'Archéologie de Bruxelles on the iconography of Lipsius, entitled ‘Essai d'une iconographie de Juste Lipse’. In this contribution she presents an overview of the portraits - engravings, paintings and sculptures - known to her at that time, classified according to Lipsius's age. In this contribution Met in bont afgezette toga en gepijpte kraag [‘With a fur lined gown and piped collar’] Kasper van Ommen adds some lesser known portraits of Lipsius, lacking in Berryer's article. Photos of all portraits discussed are included. |
|