[De Gulden Passer 2003]
Vooraf
Het nummer van De Gulden Passer dat u in handen hebt, wijkt duidelijk af van de vorige jaargangen. Niet dat er iets gewijzigd is aan het inhoudelijke profiel van ons jaarboek. Zoals in het verleden neemt het artikelen op over de geschiedenis van het gedrukte boek in al zijn aspecten (met inbegrip van bibliofilie) en over de humanistische wereld rond Plantin en de Moretussen. Het wil ook aandacht schenken aan belangrijke boekhistorische instrumenten, en staat open voor documentaire bijdragen over de bibliotheek en het archief van het Museum Plantin-Moretus, dat onlangs door de Unesco als werelderfgoed werd erkend. Geografisch gaat de aandacht vooral uit naar Antwerpen. Maar zoals ook dit nummer weer aantoont, wordt daar om voor de hand liggende redenen wel eens van afgeweken - het gedrukte boek was steeds geroepen om stedelijke grenzen te overschrijden.
Geen fundamentele inhoudelijke verschuivingen dus - hoogstens een meer uitgesproken ambitie om de chronologische reikwijdte uit te breiden tot de negentiende en twintigste eeuw - wel een opmerkelijke wijziging van de vormgeving. Een nieuw ontwerp van omslag en binnenwerk drong zich om verschillende redenen op. Als het enige boekhistorische tijdschrift in Vlaanderen wil De Gulden Passer een forum zijn voor de vernieuwde belangstelling voor de geschiedenis van het gedrukte boek. Die frisse wind, die ook door het bestuur van de Vereniging der Antwerpse Bibliofielen waait, wilden we vertaald zien in een moderner typografisch ontwerp, zonder afbreuk te doen aan de respectabele traditie van het tijdschrift en aan de hoge verwachtingen die de abonnees koesteren. Meer prozaïsch was de overweging dat het de laatste jaren nooit aan kopij ontbrak; het grotere aanbod aan kwaliteitsvolle bijdragen dwong ons om spaarzamer met het papier om te gaan.
Deze dubbele bekommernis heeft geleid tot een nieuwe vormgeving, waarvoor we een beroep hebben kunnen doen op Louis Van den Eede, die één van de leidende typografen van ons land is en bovendien het Museum Plantin-Moretus een warm hart toedraagt. Dat laatste bewijst hij trouwens niet alleen door zijn medewerking aan De Gulden Passer, maar ook door zijn onafgebroken inzet voor het Plantin Genootschap en door de voorbereiding van de tentoonstelling ‘Letters proeven - Prenten smaken’, die het museum in het najaar van 2004 organiseert in het kader van het evenement ‘Antwerpen Wereldboekenstad’.
Zonder de nieuwe vormgeving te reduceren tot een letterkwestie, willen we u toch niet onthouden dat de tekst die u leest gezet is uit de Minion van Robert Slimbach (Adobe); de titels, voetregels en voetnoten zijn dan weer gezet uit de schreefloze Caspari van Gerard Daniëls (Dutch Type Library). De redactie van het tijdschrift en het bestuur van de vereniging danken Louis Van den Eede zeer hartelijk voor zijn royale medewerking. Het zal ons benieuwen, beste lezer, te vernemen wat uw gevoelens bij dit vernieuwde tijdschrift zijn. U kent ons adres.
de redactie