De Gulden Passer. Jaargang 69
(1991)– [tijdschrift] Gulden Passer, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 5]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[De Gulden Passer 1991]Die peregrinatie van Iherusalem: pelgrimsverslagen van nederlandse Jerusalemgangers in de 15e, 16e en 17e eeuw: ontstaan en ontwikkeling
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 6]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
vermeld stonden zoals in de lijst van Van Adrichem (1584) of in de Bibliotheca Neerlandica Manuscripta (BNM) te Leiden, moeten intussen als verloren worden beschouwd. De bibliografische aantekeningen aan het eind van deze verhandeling geven daarover onder meer uitsluitsel. In het verleden is er ten onzent een reeks incidentele studies op dit gebied verschenen, evenals een aantal min of meer becommentarieerde heredities. Dit alles hoofdzakelijk in de negentiende eeuw, hoewel er op dit moment toch kan worden vastgesteld dat er zeker vanaf 1980 een opleving van de belangstelling voor de Jerusalembedevaarten en de pelgrimage in het algemeen heeft plaatsgevonden. De pelgrimsverslagen zijn daarbij echter - ondanks hun respectabel aantal en onderlinge verwantschap - vanuit literair-historisch oogpunt nog nooit als een genre onderkend of als geheel in samenhang behandeld.Ga naar voetnoot2 Dat heeft nogal eens geleid tot overwaardering van incidentele beschrijvingen en zeker tot foutieve plaatsbepaling daarvan binnen het geheel van dit genre. In het onderstaande geef ik een verslag van mijn bevindingen op grond van de tekstanalyse van de pelgrimsverslagen en aanverwante literatuur en beschrijf ik het ontstaan en de ontwikkeling van het genre zoals ik die op het spoor ben gekomen. Wat ik meen te mogen onderkennen als de pelgrimsgids van het klooster Sion te Jerusalem is daarbij als ‘oertekst’ centraal komen te staan. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1. Hernieuwde pelgrimageDe val van Akko in 1291 waarmee het laatste steunpunt van de Kruisvaarders verloren ging, betekende tevens een voorlopig | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 7]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
einde van de pelgrimage naar het H. Land. Er volgde zelfs een kerkelijk verbod op de bedevaart naar Jerusalem op straffe van excommunicatie. Zonder speciale toestemming van de Paus te Rome mocht geen christen de H. Plaatsen bezoeken. Het duurde dan ook meer dan honderd jaar voor deze pelgrimage weer enigszins op gang kwam. Pas vanaf 1450 vindt er een opleving plaats die in het eerste kwart van de 16e eeuw zijn hoogtepunt bereikt. De pauselijke bepalingen zijn dan in de praktijk aanzienlijk versoepeld. In Venetië kon de toestemming intussen gemakkelijk worden verkregen en - als ook hier onachtzaamheid in de naleving der bepalingen in het spel geweest was - kon de kerkelijke ban die volgens de letter van kracht bleef, op de rede van Jaffa door een enkele acte van berouw worden afgebeden. Slechts een paar al te scrupuleuze pelgrims zouden er de tijdrovende omweg via Rome nog voor over hebben om zich aangaande de toestemming absolute zekerheid te verwerven, zoals hier en daar uit de reisverslagen valt op te maken. Van de andere kant wijzigde zich ook de houding van de Arabische en later de Turkse Overheid. Naarmate de tijd verstreek, de krachtsverhoudingen zich consolideerden en de expansionele agressie van de Westerse Christenheid, die in de Kruistochten tot uiting kwam, definitief tot het verleden ging behoren, verbeterden de relaties. Er kwamen afspraken tot stand die betrekking hadden op de bescherming en het beheer van de H. Plaatsen en die dienden om de veiligheid en de bewegingsvrijheid van de pelgrims te garanderen. In tijden van oplevende schermutselingen, ook tengevolge van interne spanningen, werd de controle vaak weer verscherpt en dan konden de pelgrims wel eens extra moeilijkheden in de weg worden gelegd, zoals Jan van Cotwijck nog in 1598 zou ondervinden. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
2. De mystificerende pelgrimsverslagen uit de 14e eeuwIn overeenstemming met de hierboven beschreven ontwikkelingsgang treffen we in de 14e eeuw slechts een drietal Nederlandse pelgrimsverslagen aan. Het zijn boeken waarin bovendien mystificatie de overhand heeft en waarvan de inhoud | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 8]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
bijna geheel uit ontleningen aan oudere grotendeels mystificerende boeken bestaat. Tekenend voor het fictief karakter is het ontbreken van nauwkeurige data en opgave van de afstand in mijlen, waarvoor het veel vagere begrip ‘dagmarsen’ in de plaats staat. De routes verliezen zich in deze reisbeschrijvingen maar al te vaak in onbestemde verten en zelfs dichter bij huis raken we het spoor herhaaldelijk bijster. Het H. Land zelf krijgt in deze beschrijvingen slechts een ondergeschikte plaats, zo er al systematisch enige aandacht aan wordt besteed. Het gaat hier in de eerste plaats om de Reis van Jan van Mandeville. Mandeville was een Engelsman van afkomst die zich na zijn omzwervingen in Luik vestigde en aldaar zijn belevenissen in het Frans te boek stelde. De oudste Middelnederlandse tekst is bewaard gebleven in een Brussels handschrift uit de 14e eeuw. Vervolgens heeft dit als boek wel de meeste herdrukken beleefd van alle in deze studie behandelde werken.Ga naar voetnoot3 N.A. Cramer gaf hiervan een moderne, becommentarieerde editie met het Haagse handschrift als grondslag in zijn Leidse dissertatie van 1908 waarin hij het werkelijkheidsgehalte en de ontleningen naging.Ga naar voetnoot4 Daarbij kwam hij tot de bevinding dat Mandeville met name voor zijn beschrijvingen van het Verre Oosten nogal druk ontleend had aan een tweetal eveneens veertiende-eeuwse, erg vermaard geworden reisbeschrijvingen en wel het Hodoeporicon ad Terram Sanctam van Wilhelm van Boldensele uit 1332 en het Liber de Terra Sancta, de Mirabilibus, Itinerarius Orientalis uit 1320 van Odoricus de Pordenone.Ga naar voetnoot5 De studie van Mandeville heeft met name in Engeland en in de VS gedurende de laatste decennia een grote vlucht genomen. Men zij hiervoor verwezen naar Howard | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 9]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1980, chapter 3. Mandeville geeft in zijn beschrijving verschillende reisroutes. Hij behandelt voorts achtereenvolgens Egypte met het leven van de Sultan aan het hof te Caïro, het H. Land, Het Mohamedanisme, Perzië, de kusten van India en tenslotte China als het land van de grote khan Johannes volgens de gebruikelijke verdichtselen die hij behalve uit bovengenoemde bronnen ook overnam uit o.a. Vincentius van Beauvais. Niet minder mystificerend van inhoud is het Libellus van Ludolf van Suchem over diens beweerde reis in 1335. Ook dit pelgrimsverslag heeft blijkens de zeven achtereenvolgende uitgaven in wiegedruk nogal succes gehad. Dit Libellus de itinere ad Terram Sanctam per Ludolphum Rectorem parochialis Ecclesia in SuchemGa naar voetnoot6 behandelt in een serie korte los van elkaar staande hoofdstukjes, in geheel willekeurige volgorde zonder enig chronologisch of geografisch verband, een aantal steden als Constantinopel; eilanden als Patmos; de vulcanen Etna en Stromboli; de zee met de gevaren van wind, golven, wonderbaarlijke en gedrochtelijke vissen; de kerker van S. Jan Baptist; de Nijl, Alexandrië; het oude Babylon (Caïro); het dal van Josaphat en de bergen van het H. Land. De reële gegevens gaan schuil achter een overdaad aan mystische en fantastische motieven die wel het hoofdbestanddeel vormen van dit verbrokkeld relaas.Ga naar voetnoot7 Soortgelijk van inhoud en benadering is het Itinerarium van Johannes de Hese ‘presbyter Traiectensis Diocesis’. Het pelgrimsverslag van deze priester uit het bisdom Maastricht werd in het Nederlands vertaald door ene Jan Voet van Utrecht, die beweert de bedevaart uit 1398 ook zelf eerst gemaakt te hebben. Deze vertaling is in een tweetal handschriften uit de 17e eeuw bewaard gebleven.Ga naar voetnoot8 Het traktaat handelt over eilanden, monsters | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 10]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
en natuurgeweld in de Middellandse Zee; over het graf van de apostel Thomas te Edissa (het huidige UrfaGa naar voetnoot9 in Turkije); over het paleis van de Paep Johan in Opper-India en over de zeven zg. ‘naties’ van christenen die de H. Grafkerk met elkaar moeten delen. Deze zeven in rite verschillende belijdenissen van achtereenvolgens de Grieks-orthodoxe, de Latijnse, Armeense, Georgische, Jacobitische, Syrische en Abessijnse of Ethiopische christenen, als hoeders van het H. Graf, komen ook in de latere pelgrimsverslagen veelal ter sprake. Deze veertiende-eeuwse, oorspronkelijk Latijnse en grotendeels mystificerende pelgrimsverslagen hebben met de latere geen direct verband. Hoewel voortkomend uit eenzelfde traditie, staan de eigenlijke pelgrimsverslagen uit de 15e eeuw en later tijd los van deze ontwikkeling en steunen ze op een andere, veel directer en beperkter basis, zoals in de volgende bladzijden zal worden aangetoond. Bij de latere pelgrimsverslagen zijn de aanzetten reëler, de intenties devotioneler en de oogmerken praktischer dan in deze veertiende-eeuwse pelgrimsboeken. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
3. De devotioneel-compilatorische pelgrimsverslagen uit de tweede helft van de 15e eeuw.In de tweede helft van de 15e eeuw treffen we een reeks pelgrimsverslagen aan van een vrij strikt en uniform type. De boeken verlopen volgens een stringent stramien, zijn weinig persoonlijk van toon en motief en ook beperkter van opzet naarmate we verder teruggaan in de tijd. De vier uitvoeriger pelgrimsverslagen uit dit tijdvak, die van Adorne (1469), Aerts (1481), Van Ghistele (1481) en Van Berchem (1494) zijn uitzonderlijk naar intentie, opzet, inhoud, structuur en karakter. Deze pelgrimsverslagen stel ik in paragraaf 5 dan ook apart aan de orde. Vanaf 1473 doet de beschrijving van Venetië zijn intrede met de praktische raad aangaande de reisbenodigdheden, de financiën en het contract voor de overtocht; de beschrijving van de zeetocht | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 11]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1. Vera Hierosolymae veteris imago, prent uit Kanaän en d'omliggende landen vertoont in een Woordeboek, Leeuwarden, F. Halma, 1717.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 12]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
naar Jaffa evenals - aan het eind van het relaas - die van de zeereis terug, het itinerarium naar huis en de vermelding van de thuiskomst. Vanaf 1479 wordt ook het vertrek van huis en de itinerarium van de heenreis naar Venetië een vast onderdeel van de nu compleet geworden reisbeschrijving. Het aanvankelijk louter devotionele pelgrimsverslag wordt daarmee ook een praktische reisgids en zal dat blijven door de tijden heen. Toch blijven deze als devotioneel-compilatorisch te karakteriseren pelgrimsverslagen met een praktische inslag erg strikt, obligaat en objectiverend, zonder vrijwel enige uitweiding van persoonlijke aard. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Ordo processionisBekijken we het verloop van het bezoek aan Jerusalem, zoals dat in de vijftiende-eeuwse pelgrimsverslagen staat beschreven, dan kunnen we een treffende overeenkomst in de volgorde van behandeling van de afzonderlijke onderdelen vaststellen. Alle pelgrimsverslagen blijken de beschrijving van de H. Plaatsen in negen onderling overeenkomstige groepen in te delen. Deze groepen die we ook in alle latere reisbeschrijvingen zullen blijven onderkennen en die daar ook als zodanig steeds duidelijk staan onderscheiden, worden in de regel aangeduid als ‘processies’ of ‘pelgrimages’. Zo'n treffende overeenkomst in indeling is bij nader inzien overigens niet verwonderlijk, omdat die immers een weerspiegeling is van de gebruikelijke rondleidingen langs de H. Plaatsen onder leiding van de Minderbroeders van het klooster Sion te Jerusalem. Deze gidsen werkten vanzelfsprekend volgens een bepaald, door de traditie gevormd, vooropgezet plan. Zo bezochten zij met de pelgrims gedurende hun veertiendaags verblijf op de verschillende dagen achtereenvolgens:
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 13]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Het H. Graf werd gewoonlijk tot driemaal toe bezocht, waarbij de pelgrims steeds één nacht in de H. Grafkerk verbleven. Dit bezoek wordt echter in de meeste gevallen maar eenmaal beschreven. Onderstaand schema maakt de onderlinge overeenkomst in de beschrijving van het verloop van het bezoek, althans voor de devotioneel-compilatorische pelgrimsverslagen, in één oogopslag duidelijk.
Overzicht van de volgorde van de processies te Jerusalem in de 15e-eeuwse pelgrimsverslagen.
Dit syn 1458: 1 2 3 8 5 H + H + H 67 + 5 4 8 H 9 + = H. Graf; H - Hospitael, rust in het pelgrimslogies
De volgorde waarvan ik hierbij ben uitgegaan is die van de Pelgrimsgids uit 1437 waarop ik in de volgende paragraaf nader zal ingaan. De Peregrinatie van 1458 komt met deze pelgrimsgids precies overeen in rangschikking van de processies. De ondergeschikte omwisselingen in het patroon van de overige pelgrimsverslagen pleiten des te meer voor de oorspronkelijkheid van | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 14]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
deze verslagen. De Hertog van Gelre was blijkens Vanden Gestant (1450) kennelijk niet meer in de gelegenheid geweest via de gebruikelijke weg over Ein Karem van Bethlehem naar Jerusalem terug te reizen. Hij heeft de geboorteplaats van S. Jan Baptist in tweede instantie met een apart bezoek vereerd. Zo heeft hij ook Bethanië, hoewel aan de weg naar Jericho en de Jordaan gelegen en als zodanig in de regel onderwijl meegepikt, in een afzonderlijke pelgrimage aangedaan. Van Dusen, Kreynck-Vogel en de Kleef-Gelderse pelgrims bezochten Bethanië, in tegenstelling tot het gebruik, op de terugweg van Jericho naar Jerusalem. Het bezoek aan het Dal en de Vijver van Siloë bungelt er bij de Kleefs-Gelderse pelgrims wat achteraan. Dit zou erop kunnen wijzen dat de tocht langs deze H. Plaatsen er aanvankelijk bij was ingeschoten en pas aan het eind van het verblijf in de H. Stad alsnog werd ingelast. Evengoed is het echter mogelijk dat de overschrijver van de pelgrimsgids door onachtzaamheid de passus aangaande deze processie had overgeslagen en die daarom tenslotte maar achteraan heeft geplaatst. Dit syn (1458) wijkt nogal sterk af van het vaste patroon. Dit verslag is ook het enige dat tot viermaal toe melding maakt van de terugkeer en rustpauze in het pelgrimsverblijf te Jerusalem. Dat is in dit geval niet het klooster Sion met de Minderbroeders-Franciscanen als begeleiders en de pelgrimsgids voor het grijpen in het dagverblijf, maar een ander bekend pelgrimsonderdak: het St.-Helenahospitaal tegenover de H. Grafkerk. Zoiets kan erop wijzen dat deze pelgrim inderdaad een onafhankelijker, eigen weg is gegaan langs de H. Plaatsen. De Via ad Terram Sanctam (Via XV) tenslotte heb ik in dit overzicht buiten beschouwing gelaten. Dit is immers een pelgrimsverslag met een totaal afwijkende structuur op grondslag van de vier windrichtingen, aansluitend bij een andere traditie in de beschrijving van het H. Land.Ga naar voetnoot10 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 15]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
4. De pelgrimsgidsDe opmerkelijke overeenkomst in volgorde van behandeling van de diverse processies of pelgrimages binnen en buiten de muren van Jerusalem moet wijzen op het bestaan van een gemeenschappelijke ‘oertekst’. Deze basistekst heb ik in het voorafgaande al aangeduid als de Pelgrimsgids. Dit was een handleiding voor het bezoek aan de H. Plaatsen in het Latijn geredigeerd, waarvan blijkt dat zij zich bevond in het klooster Sion te Jerusalem en waaruit de aankomende gidsen onder de Minderbroeders hun kennis putten. Deze gids lag ook voor de pelgrims ter inzage en ter lezing. Blijkens uitlatingen van sommige pelgrims, die ik hieronder citeer, werd deze Pelgrimsgids ook druk benut voor het maken van aantekeningen over de bezochte plaatsen ter ondersteuning van het geheugen en zelfs voor het overnemen van hele passages. Zo vinden we in de Pilgerfahrt nach Jerusalem van de Zwitser Hans Schürpff uit 1497 een zinssnede als deze: ‘Die [Minderbroeders] zougten vns ein bermertin buch, dar inn alle helgen statt verschrieben standt’ (Zij toonden ons een perkamenten boek waar alle H. Plaatsen in beschreven stonden). In het Duitse pelgrimsgeschrift over de tocht van Steffan von Gumpenberg uit 1449-1450 staat een nog duidelijker aanwijzing in deze richting: ‘ich schrib den ganzen tag (omdat hij “wegen des fremden volks” in het gasthuis moest blijven) ab die schrifft von dem berg Calvarie biss in Pilatus hauss vnd andere ding mehr’.Ga naar voetnoot11 De Spaanse Minderbroeder Francesco Quaresmio Laudensi die van 1616 tot 1626 in het H. Land verbleef, spreekt in zijn Historia theologica et moralis Terrae Sanctae ElucidatioGa naar voetnoot12 over een | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 16]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
‘Manuscriptum in archivo sacri montis Sion asservatum in quo loca sancta recenseantur et indulgentia, quae in illorum visitatione vel peregrinationes acquirantur’ (Een handschrift bewaard in de bibliotheek van het klooster op de H. Berg Sion, waarin de H. Plaatsen beschreven worden en de aflaten vermeld staan die bij het bezoek aan die plaatsen verworven worden). Van dit manuscript geeft hij als titel op: ‘Incipiunt peregrinationes terrae sanctae, quae a modernis peregrinis visitantur. Et est sciendum quod in illis locis, in quibus non est signum sanctissimae crucis, sunt septem anni et totidem quadragenae de indulgentia: et ubi est signum crucis, ibi indulgentia concessa est plenaria a poena et a culpa ad preces sancti magni Constantini imperatoris et sanctae Helenae matris eius a sancto Papa Siluestro’ (hier beginnen de bedevaarten van het H. Land zoals die door de pelgrims van tegenwoordig bezocht worden. En het is te weten dat op die plaatsen waarbij men het teken van het Allerheiligste Kruis niet aantreft een aflaat geldt van zeven jaar en evenveel quadragenen en waar men het teken van het Kruis wel aantreft, daaraan is een volledige aflaat van schuld en straf verbonden door de heilige paus Silvester op voorspraak van de heilige keizer Constantijn de Grote en zijn moeder de H. Helena). Dit incipit is inderdaad gelijkluidend aan het incipit van een groot aantal overeenkomstige geschriften. De oorspronkelijke pelgrimsgids is dan ook in zijn geheel herhaaldelijk gekopieerd en zo verspreid geraakt over tal van kloosterbibliotheken in geheel West-Europa. Het Haags handschrift Infra scriptae sunt peregrinationes [etc.] met een gelijkluidend incipit als het door Quaresmio gesignaleerde, is er één van. Dit handschrift is blijkens het explicit op folio 48vo door ene Willem van Gouda in het klooster Sion te Jerusalem anno 1437 afgeschreven.Ga naar voetnoot13 Régine Pernoud bezorgde in 1940 de uitgave van een handschrift in zakformaat (12,5 × 9 cm), een interessant voorbeeld van een pelgrimshandboekje zoals zij het noemde. Dit hs. heeft als | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 17]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
explicit: ‘Anno Domini 1346 scriptus A me vero transcriptus in Monte Syon 1471’ (Geschreven in het jaar ons Heren 1346. Door mij naar waarheid overgeschreven op de berg Sion 1471). Deze tekst uit 1346 heeft hetzelfde incipit als hierboven aangehaald en de Ordo Processionis komt met die uit het afschrift van Willem van Gouda uit 1437 weer precies overeen. Reinhold Röhricht geeft in zijn Bibliotheca Geographica Palaestinae onder nr. 267 eenentwintig andere soortgelijke Latijnse handschriften. In die lijst figureren behalve het hier al genoemde hs. Den Haag, een hs. Gent, een hs. Brussel en een hs. Leuven. Voorts vermeldt Röhricht onder dit nummer drie incunabelen en één post-incunabel met een overeenkomstige tekst, alsmede een aantal pelgrimsverslagen waarin eenzelfde tekst is ingevlochten. Pernoud (1940) en Polak (1981) zouden later wijzen op nog meer overeenkomstige teksten.Ga naar voetnoot14 Al deze teksten hebben een overeenkomstige structuur en volgorde in de beschrijving van de H. Plaatsen te Jerusalem. Daaraan vooraf gaat dan steeds de beschrijving van Jaffa en de tocht van Jaffa naar Jerusalem. Na de afsluiting van het bezoek aan Jerusalem met de tocht naar de Jordaan staan de overige pelgrimages in het H. Land en daarbuiten beschreven. Achtereenvolgens komen zo steeds aan de orde: de pelgrimage door Judea naar Hebron; de pelgrimage door Galilea naar Nazareth; de pelgrimage naar Damascus in Syrië; de pelgrimage via Gaza naar Egypte met de beschrijving van Alexandrië en Caïro en tenslotte de pelgrimage naar de berg Sinaï. Deze vijf laatstgenoemde pelgrimages uit de pelgrimsgids zijn trouwens met uitzondering van het Kleefs-Gelders Pelgrimsgeschrift (1473) in de 15e-eeuwse pelgrimsverslagen niet overgenomen. Dit hangt ongetwijfeld samen met het feit dat een werkelijk bezoek aan deze verderafgelegen heiligdommen voor de gewone pelgrim vrijwel onmogelijk was. Alleen aanzienlijke personen met vaak nog een aparte missie als Adorne (1470) en Van Ghistele (1481) konden zich dat permitteren, voorzien immers van voldoende financiële middelen en aanbevelingsbrie- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 18]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
ven om zich van een vrijgeleide te voorzien. De passages over de volgorde van de processies in de H. Grafkerk en in de Geboortekerk te Bethlehem met de teksten van de gezangen en de gebeden tijdens de eredienst aldaar die wel in de directe afschriften van de pelgrimsgids voorkomen, zijn door de pelgrims in hun verslagen niet overgenomen. Evenmin de aparte afstandstabellen van de Kruisweg of Via Dolorosa tot aan de kapel van het H. Kruis en het H. Graf die in enkele directe afschriften wel figureren. De pelgrim-beschrijvers beperkten zich tot wat zij zagen tijdens het bezoek aan de H. Plaatsen en tot het vermelden van de aflaten die aan het bezoek verbonden waren. Wel worden de afstanden van plaats tot plaats in de beschrijvende tekst vaak tussendoor meegenomen. Alleen in de Warachtighe Bescrijvinghe van Jan Aerts (1481) staat de Via Dolorosa met de afstanden nauwkeurig apart behandeld aan het begin van de beschrijving van Jerusalem. De pelgrimsgids op het klooster Sion te Jerusalem werd door de eerste pelgrims-beschrijvers druk geraadpleegd, geheel of gedeeltelijk afgeschreven, vertaald of bewerkt. In ieder geval hebben zij bijna alle de pelgrimsgids strikt gevolgd. Daarmee blijft het karakter van de eerste pelgrimsverslagen vrij compilatorisch en zuiver devotioneel. Zoals hierboven al ter sprake gebracht komt het ten onzent eerst in 1473 tot uitbreiding van de stichtelijke beschrijving met een praktische reisgids, een enkele schuinse blik naar profane bezienswaardigheden en zeer bescheiden relevering van persoonlijke belevenissen. Zowel de directe afschriften van de pelgrimsgids als de 15e-eeuwse pelgrimsverslagen die daarop geënt zijn werden veelal gebruikt als devotieboeken om een mediatieve bedevaart te maken of ‘geestelijck pelgrimagie te trecken’ door hen die daar in werkelijkheid niet toe in de gelegenheid waren. Vandaar de nauwkeurige opgave van de afstanden in passen tussen de H. Plaatsen van de Via Dolorosa in het hierboven vermelde Gentse hs. Daardoor kon de kruisweg in de eigen omgeving zo realistisch mogelijk worden uitgezet. Het Gentse hs. maakt overigens deel uit van een gebedenboek en dat is ook het geval met Dit syn en de Peregrinatie (beide 1458): op zich al een aanwijzing | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 19]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
in de hier bedoelde richting. In dit verband zij eveneens gewezen op Vanden Gestant (1450). Nijsten (1989) komt op grond van een analyse van dit geschrift tot de bevinding dat het niet zozeer voor het Gelderse Hof alswel voor het meditatief gebruik in een nonnenklooster moet zijn geschreven. Christiane Hippler (1987) zocht de verklaring voor de gelijkvormigheid van de 15e- (en 16e-) eeuwse pelgrimsverslagen niet zozeer in de gemeenschappelijke bron, hoewel zij onderkent dat de schriftelijke pelgrimsgidsen van de Franciscanen en de aflatenlijsten het conventionele schema moeten hebben gedicteerd, maar vooral in de strikte eisen die het genre stelde. Een pelgrimsreis diende sober beschreven te worden overeenkomstig vaststaande normen. Zij beschouwt het pelgrimsverslag als een officieel familiedocument, als formeel bewijsstuk van een H. Landbedevaart en vanwege de vermelding van de aflaten als boekhouding van de ziel vergelijkbaar met het kasboek van een koopman. Dat vroeg om een schriftelijk stuk met een strikt formele benadering. De persoonlijke belevenis en het avontuur waren eventueel voor een mondeling verslag. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
5. Vier afwijkende, uitgebreider pelgrimsverslagen uit de 15e eeuwDe pelgrimsverslagen over de reizen van Ancelm Adorne (1469), Josse van Ghistele (1481) en Jan Aerts (1481) heb ik in de voorafgaande paragraaf met opzet buiten beschouwing gelaten. Het betreft hier boeken die buiten het kader van de compilatorischdevotionele pelgrimsverslagen vallen, een kader zoals dat bepaald werd door de pelgrimsgids. Zo is het ook met het pelgrimsverslag van Jan van Berchem (1494) waarop ik tot besluit van deze paragraaf apart zal terugkomen. Deze boeken hebben alle een veel ruimere opzet en een meer dan uitsluitend stichtelijke aanzet, al speelt de devotie ook in deze geschriften de voornaamste rol. De vier hierboven genoemde reizigers bleven in de eerste plaats pelgrim tijdens al hun omzwervingen tot ver buiten het H. Land, niet alleen naar Syrië, Egypte en de berg Sinaï, maar ook naar Arabië en Perzië welke laatste twee landen uitsluitend door Aerts en Van Ghistel werden | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 20]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
bezocht. Adorne debarkeert op de terugweg in Brindisi en trekt de Apenijnen over met geen andere dan vrome intenties en met Rome als laatste bestemming. Aerts zwerft door onbestemde Arabische en Perzische landstreken op zoek naar het graf van de apostel Thomas en het even legendarische heiligdom van de Driekoningen op de berg Fas. Met hetzelfde doel trekt Van Ghistele naar Aden en later vanuit Aleppo naar Tabriz in Perzië, beide keren in een overigens vergeefse poging door te dringen tot dezelfde H. Plaatsen in het geheimzinnig Pape Jansland, door hem gesitueerd in Ethiopië.Ga naar voetnoot15 Deze reis werd hem in Aden verboden en in Tabriz heftig ontraden. In Tabriz laat hij zich wel uitgebreid inlichten over de gesteldheid van Tartarije (Mongolië en China) en de overige Perzische steden. Op de terugweg laat hij zich in zijn nieuwsgierigheid en onbedaarlijke reislust verleiden tot een tweetal profane démarches: een tocht langs de kusten van BarbarijeGa naar voetnoot16 met de Romeinse oudheden en een alweer vergeefse poging tot een bezoek aan het Turkse Constantinopel. Zoals de van opzet vrij wat bescheidener devotioneel-compilatorische pelgrimsverslagen hoofdzakelijk van Noordnederlandse afkomst zijn, zo zijn deze uitgebreide pelgrimsverslagen alle vier van Zuidnederlandse oorsprong. De Vlaamse expansie in de 15e eeuw zal daarbij een eigen rol hebben gespeeld. Zowel Ancelm Adorne als Josse van Ghistele waren vooraanstaande burgers van resp. Brugge en Gent. Bij hun verdere omzwervingen zullen verkenningen en het aanknopen van relaties ten behoeve van de handel zeker op de achtergrond hebben meegespeeld.Ga naar voetnoot17 Tekenend in dit verband is het ook dat zij met hun gevolg op eigen kompas voeren en geen gebruik hebben gemaakt van de gewone pelgrimsgaleien die jaarlijks in Venetië met als bestemming Jaffa werden uitgerust. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 21]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Dat de eventuele commerciële en politieke bijbedoelingen in deze pelgrimsverslagen niet of nauwelijks tot uitdrukking komen, kan zijn verklaring vinden in het feit dat beider reizen achteraf door vrome auteurs te boek werden gesteld. ‘TVoyage ghedaen te Synay en te Jerusalem by mer Ancelme Adourne’ is opgetekend door Romoldus de Doppere, die de reis zelf niet had meegemaakt en zich bij de beschrijving moest verlaten op het dagboek door de kapelaan van Adorne onderweg bijgehouden. De tocht van Van Ghistel werd beschreven door Ambrosius Zeebout, die zijn verslag baseerde op de aantekeningen van Van Quisthout, een van de reisgenoten uit het gevolg van de Gentse patriciër. Zeebout vatte zijn opdracht zeer serieus op en raadpleegde een groot aantal bijbels-historische en bijbels-geografische compilaties naast klassieke en oud-christelijke literatuur van andere aard, waaraan hij voor zijn boek onder nauwkeurige verwijzing heel wat ontleende. Het boek van Zeebout heeft een bijbels-wetenschappelijke pretentie. Jan Aerts die zich bekend maakt als priester uit Mechelen, had zich aangesloten bij een Portugese expeditie met eveneens een gemengd religieus-profane bedoeling. Het verslag dat Aerts ons naliet is in tegenstelling tot beide voorgaande erg slordig en onnauwkeurig, waarbij mystificerende en fantastische motieven het werkelijkheidsgehalte en een enkele zwakke poging tot wetenschappelijke verantwoording overstemmen. Daarmee wint het boek aan geheimzinnigheid en avontuurlijkheid en dat zal ook de reden zijn waarom juist dit verslag veel later in 1652 nog eens als volksboek is herdrukt en uitgegeven in de verzameling Verscheyde Voyagiën ofte reysen [etc.].Ga naar voetnoot18 Het pelgrimsverslag van Jan Aerts sluit aan bij de traditie van de mystificerende pelgrimsverslagen uit de 14e eeuw, terwijl de auteurs van de boeken over de reizen van Adorne en Van Ghistele zich vooral baseren op de klassieke en vroeg-christelijke geografische en bijbels-historische werken. Maar alle drie berusten deze | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 22]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
pelgrimsverslagen op een duidelijk ander lijn in de ontwikkeling van de beschrijvingen van pelgrimstochten naar het H. Land. De mystificerende richting zal met Aerts definitief afgesloten worden. De bijbels-wetenschappelijke lijn van Zeebout en - in mindere mate - De Doppere zal tegen het eind van de 16e eeuw met het boek van Jan van Cotwijck (1598) en gedurende de 17e eeuw door de Franciscanen Surius (1644) en Gonzales (1667) in aansluiting op de Contra-Reformatie weer worden opgenomen, zoals we verderop nog zullen zien. De ontwikkeling van de hoofdrichting, de devotioneel-praktische pelgrimsverslagen op basis van de Pelgrimsgids en de uitsluitend op Jerusalem gerichte bedevaart, komt in de 16e eeuw tot volle ontplooiïng. Naast de drie bovengenoemde naar inhoud en karakter afwijkende teksten neemt ook het laatste 15e-eeuwse pelgrimsverslag van Jan van Berchem (1494) een wat aparte plaats in binnen het geheel. In dit verslag van de landedelman uit de omgeving van Lier vinden we een groot aantal pelgrimsroutes beschreven naast de tochten naar het H. Land, Egypte en de Sinaï. Zo geeft hij een volledige behandeling van de heiligdommen te Rome, een drietal Zuiditaliaanse bedevaarten naar S. Nicolaas van Bari, S. Catharina van Vieye en S. Angelo waar de H. Michaël vereerd werd. Twee van deze bedevaarten worden ook beschreven bij Adorne en waren dus kennelijk populair tegen het eind van de 15e eeuw. Verder voert Van Berchem ons vandaar dwars door Italië naar Salerno en Napels en vervolgens langs Milaan, door Zwitserland, de Jura en de Provence naar S. Jacob van Compostella, op welke route het handschrift bij de beschrijving van Béziers afbreekt. Zijn verslag bevat derhalve een groot aantal beschrijvende itineraria en is daarnaar ook ingedeeld blijkens de rubricering en de opschriften. Het boek was kennelijk bedoeld als vademecum voor pelgrims, een algehele even praktische als devotionele reisgids, ook bedoeld ongetwijfeld voor reizende kooplieden en rondtrekkende ambachtslieden. Dit soort routebeschrijvingen placht tot in de 16e eeuw de plaats van landkaarten in te nemen. Het door Joachim Lelewel uitgegeven Brugs Itinerarium uit de 15e eeuw is een soortgelijke, maar striktere, meer profane routebeschrijving zonder uitweiding over steden en | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 23]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
heiligdommen, met veel meer wegen die niet alleen naar bedevaartsplaatsen voeren, maar ook naar belangrijke handelscentra.Ga naar voetnoot19 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
6. De devotioneel-praktische pelgrimsverslagen uit de 16e eeuwDe devotioneel-compilatorische pelgrimsverslagen van de 15e eeuw op grondslag van enerzijds de pelgrimsgids en anderzijds het eigen beleven van de H. Plaatsen worden in de 16e eeuw tot uitgebreider reisgidsen met een sterker profane en praktische inslag. De devotionele kern blijft daarbij onaangetast: de beschrijving van de H. Stad en directe omgeving blijft de hoofdzaak en het centrale gedeelte van deze pelgrimsverslagen. In 1473 had met het Kleefs-Gelders Pelgrimsgeschrift de beschrijving van Venetië, de Praktische Raad en de Overtocht van Venetië naar Jaffa al zijn intrede gedaan. Binnen één decennium, in de beschrijving van Jacob Kreynck en Deryk Vogel van 1479, verschijnen ook het itinerarium van huis naar Venetië en de terugreis als vaste onderdelen. Zo groeiden de pelgrimsverslagen naar de cyclische volledigheid die alle 16e-eeuwse teksten laten zien. Deze vertonen daarbij zonder uitzondering een merkwaardig homogene structuur in de opeenvolging van de diverse onderdelen. Eenzelfde homogeniteit vinden we in het karakter van deze boeken: voornamelijk devotioneel, maar ook praktisch gericht met een vleugje profaniteit en heel weinig tot geen wetenschappelijke compilatie. De toon in deze vrij objectiverende, obligate beschrijvingen is toch als persoonlijk te kenschetsen. Iedere vorm van zelfreflectie is er weliswaar in afwezig, maar de directe verslagvorm blijkens de vermelding van data en het releveren van persoonlijke belevenissen rechtvaardigt een dergelijke karakteristiek van deze groep. Wat de beschrijving van het | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 24]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
bezoek aan de H. Plaatsen te Jerusalem betreft is er in de 16e-eeuwse pelgrimsverslagen ook een grote variatie in de volgorde van de onderscheiden processies, die we in de 15e-eeuwse beschrijvingen al hadden leren kennen. Het meest in het oog valt daarbij wel dat de pelgrimage op en nabij de berg Sion nu de eerste plaats heeft overgenomen van de processie langs de Via Dolorosa. Dit feit moet hoofdzakelijk worden verklaard uit de verhuizing van het pelgrimslogies. In de 15e eeuw vonden de pelgrims veelal onderdak in het St.-Helenahospitaal tegenover de H. Grafkerk, in het St.-Jansgasthuis of het patriarchshuis elders in de stad ofwel in het klooster Sion grenzend aan de Avondmaalskerk op de berg Sion buiten de muren van de stad. Nadat de Avondmaalskerk en het klooster Sion aan de Minderbroeders waren ontnomen door de Turken die in 1517 de heerschappij over het H. Land hadden overgenomen,Ga naar voetnoot20 werden alle pelgrims steeds ondergebracht in het Salvatorklooster nabij de berg Sion. Het ligt nu voor de hand dat vanuit dit klooster de naaste omgeving van de berg Sion het eerst werd bezocht. Maar ook voor het overige ligt de volgorde van de processies in de 16e-eeuwse pelgrimsverslagen niet meer zo vast als in de 15e-eeuwse, die nog veel directer steunden op de pelgrimsgids. Het onderstaand overzicht geeft daar een beeld van. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 25]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Volgorde van de processies op de verschillende dagen in de 16e-eeuwse beschrijvingen. (De nummering van de processies verwijst naar de volgorde van de processies in de pelgrimsgids)
+ = H. Graf; - = rustdag die als zodanig wordt vermeld; A = afscheid van de minderbroeders in het klooster Sion: V = vertrek naar Rama. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 26]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Bij dit overzicht dient allereerst te worden opgemerkt dat met het willekeuriger worden van de volgorde in de processies een nauwkeuriger datering zijn intrede heeft gedaan. Deze beide factoren zijn kenmerkend voor een groter werkelijkheidsgehalte, voor een persoonlijker betrokkenheid van de auteurs en voor een directer verslaggeving. Met name de vermelding van data is een waarborg voor de authenticiteit. Bij de 15e-eeuwse pelgrimsverslagen konden we deze authenticiteit nog wel eens in twijfel trekken. Voorts is het opvallend dat met de intrede van de dagboekvorm de nauwkeurige vermelding van de aflaten wijkt. Dit wijst erop dat er bij de beschrijving toch meer op eigen kompas wordt gevaren en minder geleund op de pelgrimsgids. De eigen volgorde van ieder bezoek aan Jerusalem komt het beste tot uitdrukking in de nummering van de dagelijkse processies, die van 1 tot 9 de volgorde van de afzonderlijke processies in de pelgrimsgids aangeven. Die volgorde, welke in de 15e eeuw nog werd gerespecteerd, is hier dus volledig verlaten. Het bezoek aan Jerusalem varieerde blijkens het overzicht van tien tot twaalf dagen. Adriaen de Vlaming was in 1565 met slechts negen dagen aan de korte kant, terwijl Kuynretorff in 1520 feitelijk in twaalf dagen zijn bezoek had afgerond en de derde week van zijn bezoek naar eigen goeddunken besteedde. Jan Want evenals Lieven Jans en Daniël Moy vertrekken in 1519 weliswaar pas de dertiende dag, maar aan hen was dan ook een dagje rust vergund. Beide pelgrimages, hoewel tegelijkertijd, komen noch in afwikkeling, noch wat betreft de inhoud overigens met elkaar overeen. Jan Want zal dus tot een ander gezelschap hebben behoord dan de beide andere pelgrims. De Pelgrimage of Processie naar de Jordaan blijft bij de meesten achterwege. Redenen van veiligheid speelden daarbij een rol, zoals ik eerder uiteenzette. Zo was het in de gehele 16e eeuw voor de gewone pelgrim blijkbaar even ongebruikelijk als in de 15e om de H. Plaatsen van Galilea en Judea te bezoeken evenals die in Syrië en Egypte. Dit zien we alleen gebeuren bij zeer vermogende pelgrims als Adorne (1470) en Van Ghistele (1481) of bij geestelijken als Jan van Cotwijc (1598) en later Van der Linden (1633), Surius (1644) en Gonzales (1664), die in kloosters gemakkelijk | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 27]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
gratis onderdak konden krijgen. In de 17e eeuw trouwens, met een verdere ontwikkeling van scheepvaart en handel, ligt dat weer anders. Terwijl de Minderbroeders-gidsen van het klooster Sion de volgorde van de verschillende processies dus blijkbaar naar eigen goeddunken wisselden, blijven de processies als groep van H. Plaatsen door de tijd heen dezelfde. Maar ondanks deze veranderingen in de pelgrimsgebruiken en de afwezigheid van een direkte band met de pelgrimsgids in de beschrijvingen sluiten deze 16e-eeuwse pelgrimsverslagen nog indirect aan bij de door de pelgrimsgids en haar directe navolgers gevestigde traditie en benadering. Dat bewijzen de als processie groepsgewijs behandelde H. Plaatsen. De 16e-eeuwse beschrijvers benaderen hun stof echter vanuit hun vroeg-renaissancistische instelling overeenkomstig de geest van hun tijd. Groter individualiteit, meer aandacht voor de concrete verschijningsvormen en het werkelijk beleven als criterium voor hun verslag zijn daarvan de kentekenen. Alleen de laatste 16e-eeuwse beschrijver, Jan van Cotwijc in 1598, valt buiten het beperkte kader aangegeven door de lijn van de pelgrimsgids. Zijn boek neemt een weidser vlucht en sluit bewust aan bij de bijbels-wetenschappelijke traditie waarop vóór hem ook Ambrosius Zeebout aansloot en die na hem in de 17e eeuw zal worden gevolgd in de pelgrimsverslagen die aansluiten bij de Contra-Reformatie. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
7. De uiteenlopende pelgrimsverslagen in de 17e eeuwWas er in de tweede helft van de 15e eeuw sprake van een nieuwe opkomst van de pelgrimage naar Jerusalem en het H. Land en is de 16e eeuw als bloeitijd te beschouwen, de 17e eeuw met een doorwerking van de Reformatie luidt, althans in het aantal en de geest van de geschriften, een neergang in. Devotie als aanzet en voornaamste rechtvaardiging van het reizen heeft met de zelfstandige ontwikkeling van handel en scheepvaart en de opkomst van het kolonialisme zichzelf overleefd. Het onafhankelijker en zelfbewuster optreden van ontwikkelde mensen sedert de doorwerking van de Renaissance ontkoppelt het verband van religie | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 28]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
en reis in de bedevaart. Voortaan is het mogelijk anders te reizen dan uitsluitend als pelgrim. Van de andere kant blijven er aarzelingen bestaan. Is niet de Vliegende Hollander het schrikwekkend voorbeeld? Niet ieder durft zomaar deze vermetele te volgen, beducht voor eenzelfde lot. Pietje Ickx uit Kortrijk is in 1614 de laatste pelgrim die de geëffende wegen volgt al ziet hij zich genoodzaakt scheep te gaan in Marseille, stad van de toekomst nu de haven en de roem van Venetië hebben afgedaan. Adriaen de Vos waagt zich in 1623 aan een tweede reis omdat de eerste blijkbaar al te kalm was verlopen. De tweede maal stelde hij zich eerder in op avontuur en vreemde belevenissen dan op devotie. Ook Assuer Schimmelpenninck scheepte zich anno 1657 in met dezelfde voorkeur. Maar om den Boze niet al te zeer te tarten, houden deze beide laatstgenoemden het toch ook nog bij het H. Land. Westphalinck (1619) en Calle (1630), uiteenlopend van herkomst, varen beiden een heel eigen koers, de één met een langdurige reis door tal van landen vooraf, de ander door eerder de klassieke auteurs dan de kerkvaders te volgen. Maar beiden belanden zij uiteindelijk in het H. Land en betreden de paden der vroomheid die duizenden voor hen waren gegaan. Nog is er een andere houding. Een houding tegen de tijd. De paters Van der Linden, Surius en Gonzales trekken op hun manier ter kruistocht. Aansluitend bij de Contra-Reformatie, discipelen daarvan en op hun beurt verbreiders, verdedigen zij de pelgrimage, het geloof en hun orde in een polemisch geschrift. Richt Van der Linden (1633) zich in een schoolboek tot de jeugd om hen de wonderbaarlijkheden van het H. Land mét de verschillende lettertypen diep in te prenten, Gonzales (1664) ontpopt zich als apologeet en bijbelkenner voor wie de hele schepping is een loflied op de Schepper. Ook in het kleinste steekt wel iets tot lering en stichting van de schepselen: Snijdt de paradijsappel open en men vindt er het teken van het Kruis in verborgen. Dat rechtvaardigt een reis naar de boorden van de Nijl of tot diep in de Sinaïwoestijn. Surius (1644) tenslotte houdt niet op de lof van zijn orde te spreken: de Minderbroeders met hun macht aan kloosters over de gehele aarde, hoeders van het H. Graf sedert de | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 29]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
tijd dat de Kruisvaarders het H. Land hadden moeten verlaten. De 17e-eeuwse verslagen van pelgrimstochten naar het H. Land laten aldus ieder voor zich een heel eigen geluid horen en vertonen alle een eigen karakter. Alle onderdelen en motieven van de pelgrimsverslagen, zoals die zich uit de pelgrimsgids hadden ontwikkeld, komen we echter ook in deze boeken weer tegen, zij het persoonlijker geschakeerd en gedoseerd al naargelang de achtergrond en de bedoelingen van de auteurs. Inhoudelijk zijn er een aantal zakelijke verschillen met de voorafgaande pelgrimsverslagen. Venetië heeft intussen plaats moeten maken voor andere havens van vertrek en aankomst. De reisroutes over land en zee liggen minder vast. Het bezoek aan het Catharina-klooster op de Sinaï is blijkbaar helemaal tot de onmogelijkheden gaan behoren, terwijl Galilea en Judea evenals Egypte en Syrië kennelijk gemakkelijker te bereizen zijn. Maar ook in al deze boeken staat het bezoek aan de H. Plaatsen te Jerusalem centraal, wat ook de belangrijke, bovengeschetste bijkomende bedoelingen en de werkelijke instelling van de pelgrim geweest mogen zijn. Tijdens zijn tweede reis mikte Adriaen de Vos (1623) zeer zeker in de eerste plaats op Egypte, maar hij kan het H. Land daarbij - letterlijk en figuurlijk - niet helemaal omzeilen. De boeken van de minderbroeders Surius (1644) en Gonzales (1664) zijn duidelijk uitgegroeid tot apologetisch-theologische werken met eerder een wetenschappelijke intentie dan die van een devotioneel pelgrimsverslag in de traditionele zin. De boeken van De Vos (1619), Westphalinck (1619), Calle (1630) en Schimmelpennick (1654) dragen al meer en meer de kentekenen van profane reisbeschrijvingen van zeetochten die in de 17e eeuw de overhand zullen krijgen. Pietje Ickx uit Kortrijk is in 1614 eigenlijk de laatste echt vrome pelgrim die ons dan ook het laatste pelgrimsverslag in de oorspronkelijke zin heeft nagelaten. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
8. De geestelijke pelgrimageEen laatste aan de pelgrimsverslagen zeer verwante categorie dient hier tot slot nog behandeld te worden, hoewel deze strikt genomen in dit bestek buiten beschouwing had kunnen blijven. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 30]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Het gaat hier immers allereerst om pelgrimsverslagen op basis van een werkelijk gemaakte pelgrimage. Naast de devotioneel-compilatorische en de devotioneel-praktische pelgrimsverslagen bestaan er een aantal zuiver devotionele beschrijvingen over de pelgrimage naar het H. Land van allegorisch-geestelijke aard. Daaronder valt de Deuote Maniere van gheestelijck pelgrimage te trecken van Jan Pascha (1527). Dit boek onderscheidt zich vooral hierin van een gewoon pelgrimsverslag dat de werkelijkheidsmotieven in de beschrijving van de reis en de H. Plaatsen in allegorische zin zijn toegepast. Volgens Van Adrichem (1584) maakte Pascha weliswaar een bedevaart naar het H. Land in 1527Ga naar voetnoot21, maar in plaats van een reisverslag na te laten, beschreef hij zijn tocht voor vrome lezers die hoewel ernaar begerig, om welke praktische reden dan ook niet tot een pelgrimage in staat waren. Zijn beschrijving is terwille van de dagelijkse meditatie in precies 365 dagvaarten ingedeeld, te beginnen met de etappe van Leuven naar Tienen, waarbij een gebed en een meditatie steeds de plaats innemen van de lichamelijke vermoeienis in het echt. Aan deze dagvaarten vooraf gaan de toebereidselen tot de reis, eveneens in allegorisch-geestelijke zin, verdeeld over zeven dagen. Zo vinden we allegorische toepassingen op het reisgeld, de specifieke pelgrimsuitrusting, het reisgezelschap en zelfs het bezoek aan de zeven geestelijke wijntaveernen om zich moed tot de lange tocht - ook al weer geestelijk - in te drinken. Daarna gaan er nog een drietal reeksen gebeden vooraf en wel aangaande de zeven Kruiswoorden, de zeven bloedstortingen en de zeven smarten van de Moeder Gods: gebruikelijke geestelijke oefeningen. Onder de processies langs de H. Plaatsen te Jerusalem behoort de Via Dolorosa wel tot de meest uitgewerkte. Deze kruisweg | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 31]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
begint in de Hof van Olijven, vermeldt nauwkeurig alle onderlinge afstanden, het aantal treden in het stijgen en dalen en de te verdienen aflaten. De aparte staties worden mediterenderwijs over enkele dagen gespreid behandeld. Dit in tegenstelling tot de overige H. Plaatsen te Jerusalem en omgeving, die zoals in de andere pelgrims verslagen altijd processiegewijs en per dag samengenomen de revue passeren. Een soortgelijke behandeling van de Via Dolorosa onderneemt Jan Aerts (1481) op een afzonderlijke plaats en wel aan het begin van de beschrijving van Jerusalem. Ook de pelgrimsgids en de onmiddellijke 15e-eeuwse navolgers daarvan zijn erg nauwgezet in het vermelden van zowel de afstanden tussen de staties als de aflaten die aan het bezoek van die staties zijn verbonden. Deze aflaten werden in het geval van een geestelijke pelgrimage niet anders toegerekend dan als gold het een lijfelijk bezoek. Daarmee is de relatie tussen deze geestelijke pelgrimages en de pelgrimsverslagen/pelgrimsgids duidelijk, hoewel hetzelfde thema vanuit een totaal verschillende optiek wordt benaderd. Van Adrichem (1584) vermeldt in zijn literatuurlijst een ‘Via Crucis’ of Kruisweg van Petrus Calentijn (1568) die echter verloren is gegaan. Zulke ‘Kruiswegen’ werden vaker apart uitgegeven en sluiten ook aan bij het gebruik om ‘gheestelijck pelgrimage te trecken’ maar dan beperkter. Als zodanig dient hier vermeld de Deuote meditatie op die passie ons liefs heeren [etc.] van Heer Bethlem (1518). De kruisweg in deze Antwerpse postincunabel is verdeeld over de dagen van de week en begint ook weer met een meditatie over de Moeder van Zeven Smarten op zondag. Van maandag tot vrijdag volgen dan de diverse plaatsen of staties van de kruisweg zelf met nauwkeurige opgave van onderlinge afstanden, aantallen traptreden en aflaten. Op vrijdag wordt de kruisdood behandeld, op zaterdag de begrafenis en op zondag de opstanding en hemelvaart van Christus evenals de nederdaling van de H. Geest. De boodschap van de engel Gabriël te Nazareth besluit deze meditatie. Mag dit chronologisch, naar aardse begrippen, verwondering wekken, de hemelse en godgeleerde tijdrekening is van een andere orde. De Annunciatie staat centraal in het motief van de verlossing. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 32]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Kruisdood, opstanding en het vervolg van de heilsgeschiedenis zijn daar direkt mee verbonden. Ook in de hss. ‘Dyt is dat aflat to Jherusalem’ (XV.5) en ‘Hyr begynt dat hilge lant’ (XV.6) hebben we met een geestelijke pelgrimage te doen. Het geestelijk karakter valt al op te maken uit het feit dat beide handschriften onderdeel uitmaken van een meditatieboek. Bovendien blijkt het nog eens extra uit het Explicit van het tweede hier genoemde handschrift dat op het volgende neerkomt: Iedere van de 700 af te leggen mijlen om in de H. Stad te geraken kon geestelijk worden ingeruild tegen het bidden van zevenmaal het kloosterlijk ochtendgebed (primen).Ga naar voetnoot22 Een aparte geestelijke oefening derhalve die aan het lezend mediteren over de H. Plaatsen zelf diende vooraf te gaan, wilde men zich tenminste van dezelfde aflaten verzekeren als in geval van een daadwerkelijke bedevaart. De devotioneel-compilatorisch en devotioneel-praktische pelgrimsverslagen hebben in het hier beschreven genre hun geestelijke variant die meer dan op de kennis van de H. Plaatsen zuiver op de meditatie is gericht, meer bedoeld ook voor kloosterlijk dan voor (mede-)praktisch gebruik. Nog een stap verder in de richting van de allegorische toepassing en de vergeestelijking maakt het tractaat Van dat gherechte waere Sion ende Hierusalem (1544). Het ‘waere Sion’ is in deze verhandeling rechtstreeks op te vatten als het hiernamaals, de uiteindelijke bestemming in het hemels Jerusalem dat welhaast nog moeilijker valt te bereiken dan de voorafbeelding daarvan, het aardse Jerusalem. Zeker gaven pelgrimage en pelgrimsverslagen hiertoe de inspiratie, maar het traktaat maakt zich geheel los van ieder aards geploeter om direct door te stoten tot op het wezen van de pelgrimage, tot de uiteindelijke zin van de bedevaart, tot datgene waarnaar het pelgrimsverlangen tenslotte uitging en waar zijn tocht hem door alle aardse beslommeringen heen en door de reële confrontatie met de H. Plaatsen toe moest voeren. Merkwaardigerwijs vinden we dit theologisch perspectief in | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 33]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
de pelgrimsverslagen zelf nooit zo duidelijk uitgesproken of behandeld, terwijl toch dit de eigenlijke aanzet en zin van de praktische zowel als de geestelijke bedevaart altijd is geweest. Men bedenke echter dat de devotionele traditie een vanzelfsprekend kader schiep voor de pelgrimsverslagen die daardoor geen expliciete rechtvaardiging behoefden. Pas de Contra-Reformatorische pelgrimsverslagen als die van Cotwijck (1598), Van der Linden (1633), Surius (1644) en vooral Gonzales (1664) nemen de zingeving en de verdediging van de pelgrimage uitdrukkelijk op zich. In een verwijderd verband tot deze geestelijke en allegorische pelgrimages staan tal van andere moralistisch-ascetische en mystieke verhandelingen over de H. Plaatsen in het algemeen en de Kruisweg in het bijzonder, allegorieën op de pelgrimskleding en -uitrusting, -gedragingen en -gebruiken, om nog niet te spreken van de uitgebreide literatuur waarin het pelgrimsmotief op een of andere manier naar voren wordt gebracht. In de Bibliotheca Neerlandica Manuscripta (BNM) valt ook op dit gebied heel wat materiaal te vinden. Tot deze categorie behoort ook het Boek van den Pelgherijn, vertaling van het traktaat van Guillaume de Deguilleville dat veelal ten onrechte voor een pelgrimsverslag in de door mij beschreven zin is opgevat. Al deze literatuur heeft echter geen directe banden met de pelgrimsgids of met de pelgrimsverslagen die zich uit die traditie hebben ontwikkeld en blijft hier dientengevolge buiten beschouwing | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
9. BesluitEn hiermee meen ik wel aan het eind gekomen te zijn van mijn uiteenzetting over het onstaan en de ontwikkeling van de pelgrimsverslagen. Gebleken is dat het genre der pelgrimsverslagen zich direct ontwikkelde uit de pelgrimsgids en wel in het centrum van de pelgrimage zelf: Jerusalem. Aan deze in het begin van de 15e eeuw of eerder tot stand gekomen pelgrimsgids is echter een lange voorgeschiedenis voorafgegaan. De traditie van de H. Landpelgrimage bestond vanaf de 4e eeuw en was van het begin af aan bevestigd door de geschriften van Hieronymus en Eusebius. Behalve door latere bijbels-historische geschriften van | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 34]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Arculf en Beda in de 6e resp. de 8e eeuw en de latere boeken van voornamelijk Jacques de Vitry (1226), Jacobus Panthaleon (1255) en Burchardus de Monte Sion (1283) werd deze traditie ook levend gehouden door directe reisverslagen als het Itinerarium Burdigale en de Peregrinatio van Aetheria, de Franse abdis uit de 5e eeuw evenals vanaf de 10e tot in de 13e eeuw door de reisbeschrijvingen van de Tartaarse Rabbijn Benjamin de Tudela (1160), Burchard van Straatsburg (1175) en Magister Thietmar (1277). Gedurende de 14e eeuw, na de val van Akko als laatste kruisvaardersbolwerk in 1291, stagneerde de pelgrimage en het lijkt er dan even op of de reisverslagen op basis van de werkelijke en vrome ervaring alsmede de bijbelse inspiratie zullen gaan plaatsmaken voor de mystificatie, de versterkte legendevorming en de fantasmorgatische reislust van Odorico de Pordenone (1320) en Wilhelm von Boldensele (1332), die eerder dan in vrome bescheidenheid en deemoed de voetsporen van hun Zaligmaker te willen drukken, erop uit zijn om Marco Polo in stoutmoedigheid te evenaren. Ten onzent worden deze auteurs nagevolgd en herhaaldelijk nageschreven door l4e-eeuwers als Jan van Mandeville (1336), Ludolf van Suchem (1335) en Johan (Witte) de Hese (1389). Alleen Jan Aerts zal zich later rond 1485 door deze voorgangers nog lichtelijk van de wijs laten brengen. Voor het overige volgen onze 15e-eeuwse pelgrims in hun verslagen met strikte devotie de pelgrimsgids. Ook de 16e-eeuwers sluiten daarbij aan, hoewel met meer vrijmoedigheid en met een praktischer instelling. De 17e-eeuwers pelgrimeerden alle op hun eigen manier en brengen verslag uit met ofwel sterke apologetische accenten in hun beschrijving ofwel een verdergaande profaniserende tendens. Maar het authentieke moment van de beleving en de devotionele strekking in al de reisbeschrijvingen van pelgrimstochten naar Jerusalem en het H. Land, de eenheid ook in inhoud en in benadering van de stof maakt al deze pelgrimsverslagen tot een genre, hoe uiteenlopend van uitwerking en verschillend van bijbedoelingen ze verder ook mogen zijn: praktisch, apologetisch, wetenschappelijk, meditatief of opgetekend uit het oogpunt van statusvermeerdering. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 35]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Ruim twee eeuwen lang werd dit genre regelmatig beoefend en daarmee maakt het aanspraak op een onderscheiden plaats in onze literatuurgeschiedenis. Op de dag van vandaag resteren ons nog een dertigtal van deze pelgrimsverslagen, ontstaan vanaf het midden der 15e eeuw tot over de helft van de 17e eeuw met een bloeitijd in het eerste kwart van de 16e eeuw als de pelgrimsauteurs de al te strakke banden met de oorspronkelijke pelgrimsgids weten te verbreken en meer vanuit een direkte, praktisch gerichte en persoonlijke aanzet hun ervaringen te boek stellen. De Vlamingen Van Berchem en in meerder mate Ancelm Adorne en Josse van Ghistele waren eerder al hun eigen weg gegaan en lieten hun grootser avontuur in weidser conceptie opstellen, maar dat kwam voort uit een andere, profaner aanzet: de specifiek Vlaamse economische expansie van dat moment, die zij aan hun devotionele aspiraties wisten te koppelen. In mijn eerder verschenen boek heb ik een poging gedaan de verschillende teksten recht te doen door middel van een bloemlezing uit deze pelgrimsverslagen in vertaalde en bewerkte vorm evenals door een nadere beschrijving van de pelgrims-auteurs en hun geschriften. Bibliografische aantekeningen over al die in dit verband relevante geschriften laat ik hier chronologisch gerangschikt voor nader geïnteresseerde lezers en onderzoekers apart volgen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 36]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Bibliografische aantekeningen1437 PelgrimsgidsInfra scripte sunt peregrinationes totius terre sancte que a modernis peregrinis visitantur. Et est sciendum que in illis locis in quibus est signum + ibi est plenaria absolutio scilicet a pena et a culpa. In aliis vero locis in quibus est signum - sunt septem annorum et septem quadragenarum de indulgentia. Predicte autem indulgentie concesse fuerunt a S. Sylvestro Papa: ad preces S. magni Constantini imperatoris et S. Helene matris ejus. Haagse hs. 48r: Expliciunt peregrinationes totius Terre Sancte ad laudem Dei scripte Jerosolimis in Conventu sacratissimi Montis Syon per W. de Gouda anno Domini 1437 mensis Martii. Deo Gratias. Hs. Den Haag, KB 73 G 8, bijna onleesbaar; Hs. Gent UB 13B, deel van een gebedenboek, regelmatig en courant schrift. Röhricht BGP 267, resp. 8 en 9. Zie ook Röhricht BGP 267,4 en 11 voor hss. Brussel en Leuven. Onder hetzelfde nummer 267 staan nog 18 andere hss. vermeld die zich bevinden op bibliotheken verspreid over heel Europa. Daarnaast signaleerde Röhricht een drietal incunabelen en een post-incunabel met dezelfde tekst: 1. Peregrinationes Terre Sancte, Venetië, Bartolomeo da Sessa, 1481; 2. Infra scriptae sunt Peregrinationes terre Sancte que a modernis peregrinis visitantur, Et est sciendum [etc.], Venetiis impressa per Baptistam de Sessa 1491; ook 3. Venetië 1520 in een bewerking van Joh. Romberch de Kyrspe o.p., procurator van het H. Land te Venetië, afkomstig uit Keulen, onder de titel Informatio clara atque perfecta de ingressu peregrinorum Terrae Sanctae; 4. Peregrinationes civitates sancte Jherusalem et totius Terre Sancte cum peregrinationibus totius urbis Romae, Impressum alma in urbis Andegavensis (Angers) universitate per me Iohannem de latour 1493 (Ex. Parijs BN Rés. 02f29); 5. Een incunabel (s.l.n.d.) Peregrinatio totius terre Sancte (Ex. Parijs BN Rés. 02f27) wordt daar door Pernoud 1940 nog aan toegevoegd. Voorts noemt Röhricht een aantal pelgrimsverslagen waarin deze tekst is opgenomen, zoals in de bekende Descriptio van John Poloner over diens pelgrimage in 1422. Ten onzent liet de Vlaming Ghillibert de Lannoy die als hoveling van Philips van Bourgondië in 1421 met een militaire missie het H. Land, Syrië en Egypte doorkruiste deze tekst in zijn reisverslag opnemen (p. 73-97 van de ed. Potvin, Louvain 1878). Tenslotte vermeldt Röhricht in dit verband de Peregrinatio, hs. Brussel XVe eeuw (zie verderop onder XV. 7), welke ook is opgenomen in de BGP als nr. 533 en p. 744 onder verwijzing naar een tekstuitgave in Bulletin de la Commission (royale) d'histoire (Bruxelles), XI, 2e série, II, 20-24. Pernoud 1940 verwijst naar ditzelfde Bulletin maar dan naar p. 436 terwijl zij het verband van dit hs. Brussel KB 2367 (Bibl. de Bourgogne) met de door haar behandelde pelgrimsgids in het Ms. 2868 du catalogue de la bibliothèque de M. Jean Lebaudy ontkent, evenals het verband met het door Röhricht t.a.p. vermelde Ms. Parijs BN 11019 (fol. 276v). Polak 1981 p. 79-80 en noot 33 en 34 wijst in verband met het bestaan van een pelgrimsgids op het klooster Sion te Jerusalem eveneens op Röhricht BGP 267; op Faber, Evagatorium (1480) ed. Hassler, I p. 244; op Philippe de Voisins, Voyage (1490) ed. De Larroque p. 30 en op een kopie van de pelgrimsgids in het pelgrimsverslag van Jean de | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 37]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
2. Het explicit op fol. 48r in hs. Den Haag KB 73 G 8, kopie van de pelgrimsgids door Willem van Gouda, 1437. (Het gaat hierbij om de regels 3 t/m 7 van de bovenste alinea. Voor transcriptie zie de Bibliografische Aant. onder 1437).
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 38]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
3. Het incipit op fol. 57r in hs. Gent UB 13B ‘Infra scripte sunt...’, een andere kopie van de Pelgrimsgids.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 39]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tournay (1488) evenals op de overeenkomst van deze gekopieerde tekst met die in de post-incunabel Angers bij Jean de la Tour 1493 (zie hierboven onder incunabelen 4). Verder noemt zij een Duits voorbeeld van een gekopieerde pelgrimsgids in het pelgrimsverslag van Siebald Rieter (1464) en een Engels in een anoniem pelgrimsverslag, British Library MS Harl. 2333. Vgl. ook Pernoud 1940 p. 14-16 waarin zij bovendien verwijst naar de eigenlijke gids in de Pèlerinage du moine augustin Jacques de Vérone (1335), p. 155-302 van de tekstuitgave in Revue de l'Orient latin, III, 1895; Bernoulli, ‘Ein Reisebüchlein für Jerusalempilger’, p. 79-86 in Zeitschrift für Kirchengeschichte XXXVIII, 1919; naar ‘Die Wahlfahrt der Herzogin Maria von Calabrien nach dem H. Lande (1474)’ in Zeitschrift des Deutschen Palästinavereins, XIV, 1891, p. 12-16; naar een pelgrimsverslag op p. 20-46 in Conrady 1882 en naar een Recueil de prières de Charles d'Orléans in een Ms. lat, Parijs BN 1196 fol. 439-442 met dezelfde volgorde van processies en gebeden als in de door haar uitgegeven pelgrimsgids. Litt: Röhricht PR p. 11 en p. 44. Wasser 1983, p. 151, 160, 147 en 148 over dit hs. als ‘oertekst’. Van Herwaarden 1983, p. 404, noot 17 spreekt over dit hs. als ‘standaardgids’ (op grond van bovenstaand explicit?). Een editie van het Haagse hs KB 75 H 36 is in bewerking bij de heer J. van Herwaarden te Rotterdam. Over de minderbroeder Willem van Gouda als vermoedelijke afschrijver: Schmitz 1936, p. 56. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1449 Willem WaltersznDescriptio de tota terra promissionis cum Jherusalem. (op fol. 43r): Explicit descriptio Wilhelmi waltheri de zierixee ordine fratris minoris. (fol. 43r.-66v): Ejusdem descriptio secunda terra sancta. Hs. Wolfenbüttel, Herzoglichen Bibliothek, Augusteische hss. nr. 18.2.aug, 4’, fol. la-66b. Röhricht BGP 324. Carasso-Kok 1981, nr. 410. Litt: Over dit hs. en de ontleningen aan Burchardus (1283): Lemmens 1919, p. 262 ev.; over de pelgrim-auteur Schmitz 1936, p. 52 en Lampen 1928, p. 265 ev. Over de van de Pelgrimsgids afwijkende structuur van deze tekst in navolging van Burchardus (vgl. Via XV na 1499): Wasser 1983, p. 150. Zie ook Howard 1980, p. 28, noot 35. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1450 Vanden GestantHier beghint een materie die seer merkelike is vanden gestant ende gelegentheit des heilighen landes etc. Ende dit heeft wtgesat ende bescreven een groet geleert doctoer ende priester die sinen properen naem van oetmoedicheit niet noemen en wil. ende dit met sinen oghen seluer gesien heuet ende dese heilighe steden doerwandert heuet doe hi inden iaer ons heren dusentvierhondert ende vijftich mit onsen edelen doerluchtigen hoge gebaren furste ende prince heren ende hertoch Aenrt heer van gelre ende van Gülich ende Greve van zutphen den god die ewige vroude wil verlenen daer seluer mede gereiset ende tegenwoerdich was. Hs. Den Haag KB 75 H 36, 49 folio's, XVe eeuw. Geen editie. Röhricht BGP 330 (en 326). In de BNM staat opgegeven: Descriptio exacta locorum sanctorum Ao 1450, KB 73 F 23. Latijns origineel van dit hs.? Litt: Over deze pelgrimage van Arent van Gelder en de vrijwel gelijktijdige reis van | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 40]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Johan van Kleef, zie vooral Van Schaïk 1984, p. 215-217 met behandeling van de diverse kronieken over deze pelgrimstochten zoals: De Gelderse kroniek van Willem van Berchem naar het Hamburgse hs. uitgegeven over de jaren 1443-1481 door A.J. de Mooy, Arnhem 1950; Het Chronicon Tielense, ed. J.D. van Leeuwen e.a.: De Tielse Kroniek, A'dam 1983. Over een en ander ook Wasser 1983, p. 147, waar beide pelgrims overigens met elkaar worden verward, met vermelding van Gert van der Schueren's Chronik van Cleve (ed. Robert Scholten, Cleve 1884, p. 162-170) en Van Spaen, Proeven van historie en oudheidkunde, Cleve 1880. Voorts Nijsten 1989 over de tekst en schrijver in een onderzoek naar diens beweegredenen om de reis op te schrijven en naar de kunst en cultuur aan het Gelderse hof. Het artikel van Jos Habets ‘Eene Pelgrimsreis naar het Heilig Land’ (Publications Limbourg, IX, 1872, p. 204-216 en XII, 1875, p. 85-95) gaat over de pelgrimstocht van Johan van Kleef met Dirk van Bronkhorst Batenburg en Jacob van Horne. Dit naar aanleiding van een liedtekst uit Jan Roelans' Liedekensboek des jaers 1544 (ook in J.F. Willems, Oude Vlaemsche Liederen onder de titel ‘Van drie Lantsheeren’). Schrijver gaat de gangen van de drie edelen na en toetst de inhoud van het lied aan historische gegevens. Het gaat hier dus niet om een pelgrimsverslag, zoals veelal in navolging van Röhricht BGP 326 wordt verondersteld. Een soortgelijk artikel over dit lied door B.H. van 't Hooft: ‘Een Pelgrimstocht naar Jerusalem (1450)’, in Honderd Jaar Geldersche Geschiedenis in Historieliederen, p. 34-45, vgl. C.C. van der Graft: Middelnederlandse Historieliederen (Arnhem 1968). Te Winkel verwart in zijn Geschiedenis der Nederlandsche Letterkunde I, 2, p. 291 bovenstaand artikel van Habets met diens artikel in Publications Limbourg, II (1865), over een Pelgrimsreis van Wynand van Elsloo. Ook hier betreft het geen pelgrimsverslag maar een legende uit de Dialogus van Caesarius van Heisterbach, terwijl Wynand door Habets als kruisvaarder beschouwd wordt die zijn tocht in ongeveer 1180 maakte. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1450 Onno TammingaHet betreft hier geen pelgrimsverslag maar een korte kroniek-notitie over de reis van Onno Tamminga van Ewsum bij Hornhuizen (Prov. Groningen) en zijn reisgezelschap naar Rome, Venetië en Jerusalem. Hs. Rijksarchief Groningen, huisarchief Ewsum, Inv. nr. 273. Dit is een zestiendeeeuwse copie van deze kroniek-notitie, opgesteld door een anonieme schrijver lange tijd na de reisdatum. (Van Schaïk 1984, p. 215). | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1452 Claude de MirabelVoiages de Jerusalem et de Saincte Katerine. Hs. Lille 185, XVe eeuw, volgens opgave in Voy. Belg. I, p. 34 met vermelding ‘probablement compatriote de G. Lengherand’ (1485, zie aldaar). Voorts wordt hierin gewezen op een passage met een specificatie van de reiskosten in het H. Land, totaal 40 à 43 ducaten. Röhricht BGP 331. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
ca. 1455 Claes SchoutetVerhael van 't heylig hout: Dit is dat gene dat ick, broeder Pieter van Schoenhoven, Onser liever Vrouwen terminarius van derselver Cloosters wegen, binnen ende buyten | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 41]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
der goeder stede van Dordrecht, etc. geschreven hebbe van den Heyligen Hout, dat welcke besloten is ende geweest heeft in der Kercke van Ons Lieve Vrouwe Collegie binnen Dordrecht. Hs. XVe eeuw werd zonder verdere gegevens dienaangaande uitgegeven door C.D.J. Schotel in Letter- en Oudheidkundige Avondstonden, Dordrecht 1841, p. 183-216. Litt: Deze tekst wordt weliswaar vermeld door Röhricht BGP 336 en recentelijk door Van Herwaarden 1983, maar het gaat hier uitsluitend om een legende over de miraculeuze beproeving te Dordrecht en te Brugge van een door de juwelenhandelaar Claes Scoutet tijdens een pelgrimage naar het H. Land uit Egypte meegenomen kruisreliek, gevat in de scepter van de Sultan van Caïro en door list van hem afgekocht. Zie ook Voy. Belg. I, p. 193-197, Beaucourt de Noortvelde: Description historique de l'église de Notre Dame à Bruges en Wasser 1983 p. 147. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1458 PeregrinatieHier beghint de pelegremaedse van dat heilighe lant. die dit bescreven heeft die heeft selve te iherusalem gheweest int jaer 1458. 1) Hs. Leiden UB, Ltk 318 (afd. IV) fol. 162a t/m 173, als deel van een boek met sermoenen in 1476 opgetekend. 2) Hs. London British Library Add. ms. 10286 fol. 137, kol2-145v ‘Die Peregrinatie van Iherusalem’, XVe eeuw, perkament, groot kwarto-formaat, slechts op ondergeschikte punten als spelling, woordkeus en woordvolgorde van Hs. Leiden afwijkend, uitgegeven door Karel de Flou en Edw. Gaillard in Verslagen en Mededelingen van de Kon. Vlaamse Academie, 1897 p. 403-432 en voor het slot 1895, p. 163. Carasso-Kok 1981 nr. 345. Geen van beide hss. staat opgegeven in Röhricht BGP. Litt: Wasser 1983, p. 147; vermeld in Van Schaïk 1984, p. 217. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
na 1458 Dit synDit syn die heilige stede die welke men siet ende versuect int heiligie lant over meer tot ihrlm ende opten wech daer omtrent. Hs. Den Haag KB 133 F 1, fol. 57v-95v van een gebedenboek, 15e eeuw (na 1458). Geen editie. Röhricht BGP 499. Litt: Wasser 1983 p. 147. Van Vloten wijst in zijn Verzameling van Hollandsche Prozastukken (A'dam-Leiden 1851) op een geestelijke pelgrimage in ditzelfde getijdenboek: een allegorie op de uitrusting van de pelgrim. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1470 AdorneTvoyage ghedaen te Synay ende te Jherusalem by mer Ancelmus Adournes Ca. (aan het eind met rode inkt: Scriptum per me Rumoldum de Doppere Presbyterum, in artibus magistrum Ano 1491). Hs. Brugge in het Archief van het Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn (OCMW), 72 folio's, autograaf van De Doppere, tekst op basis van mogelijk dagboek van Jan van Adornes. Een tekst die De Doppere in 1491 samenstelde in het kader van een Pelgrimsvademecum. Uitgegeven door E. Feys in Annales de la Société d'Emulation pour l'étude et l'histoire des antiquités de la Flandre, 5e serie, tome IV, Vol. 41, | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 42]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1891 (Brugge 1894), pag. 135-222 met inleiding en een enkele aantekening. Ms A: Anselmi Adourne itinerarium in Asiam et Africam descriptum a filio ejusdem, Johanne de Brugis per annum 1470. Hs. Lille, Bibl. municipal 330, XVe eeuw. Ed. Jacques Heers et Georgette de Groer: Itinéraire d'Ancelm Adorno en Terre Sainte 1470-1471, Paris 1978, Collection Sources d'histoire médiévale publiées par l'Institut de Recherche et d'Histoire de Textes (IRHT). Volgens Heers is dit ms. de oorspronkelijke tekst van Jan van Adornes waarvan een luxe exemplaar door zijn vader Anselm indertijd is aangeboden aan James III van Schotland. Ms. B: Copie De la Coste, Lille, Bibliothèque Centrale de l'Institut Catholique 1M24. Het is een kopie van een ms. Parijs door de toenmalige conservator van de Bibliothèque Nationale rond 1837 uitgeleend aan E. de la Coste die er een afschrift van maakte ten behoeve van zijn studie: Anselme Adorne, Sire de Corthuy, Bruxelles 1855. Sedertdien is het spoorloos. Volgens Heers in zijn inleiding op de ed. van ms. A gaat het bij ms. B - Copie De la Coste om een nieuw reisverslag dat Jan van Adorne tegen het eind van zijn leven in 1500 opstelde, T. o.v. ms A bevat het enkele extra passages, een uitgebreider beschrijving van de heenreis door Italië en een itinerarium Rome - Brugge van de terugreis. Röhricht BGP 363, maar hs. Brugge niet vermeld. Litt: Over de diverse hss. met commentaar en aanvullingen op de ed. Heers zie A. Storme: ‘Le voyage d'A. Adornes en Terre Sainte’ in Studium Biblium Franciscanum, Liber Annuus XXXI, Jérusalem 1981. Eveneens over deze hss., de familie Adornes en de kwestie strikte devotie versus politieke en commerciële bijbedoelingen zie: Adornes en Jerusalem. Internationaal leven in het 15e en 16e eeuwse Brugge, catalogus van de tentoonstelling in de Jerusalemkapel aldaar in 1983, met name het artikel van Noël Geirnaert, p. 11-49. Voorts de openingsrede bij deze tentoonstelling, R. de Keyser: ‘Anselm en Jan Adornes: Jerusalem-vaarders tussen traditie en vernieuwing’ in Biekorf, 1983, p. 325-331. Vgl. ook B. van de Walle: ‘Voyages de quelques brugois en Egypte et en Palestine [etc.]’ met bibliografie in Ad Harenas, Gedenkboek Jubileumviering van het St.-Lodewijkscollege, Brugge 1960, p. 260-272 en: ‘Sur les traces des pèlerins flamands, hennuyers et liégois au monastère Ste Catherine du Sinaï’ in Handelingen van het genootschap Société d'Emulation te Brugge, 1964. Tenslotte L. St. (T. de Limburg Stirum) ‘Anselm Adornes ou un voyageur brugois au XVème siècle’ in Messager des sciences historiques, XLIX, 1881, p. 1-43. Over de kwestie politiek verder Walsh, Charles the Bold, p. 68-70 en D. Mc Roberts, ‘Scottish pilgrims to the Holy Land’ in The Innes Review XX, 1969, p. 95 ev. Over hs. Brugge en samensteller: A. Viaene, ‘Een Brugs Vademecum voor de Rome- en Jerusalemvaarder’ [etc.] in Handelingen van het Genootschap voor Geschiedenis Société d'Emulation te Brugge, deel C van de verzameling, 1963, afl. 1-3, p. 301-332. Ook A. Viaene: ‘Vlaamse Jerusalemvaarders in de Bourgondische eeuw’ in Biekorf, 1964, p. 5-16, 119-122, 336-338 en ibidem: ‘Informatie voor Jerusalemvaarders in Dietse Versie’, Biekorf, 1963, p. 1-8. Wasser 1983 p. 148. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
ca. 1470 Andreas GrifvenItinerarium seu topographia Terrae Sanctae. Zowel het hs. met het Latijnse origineel als het hs. met de vertaling in het Frans door Garcia de S. Maria zijn verloren gegaan | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 43]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(Van Schaïk. 1984, p. 217). Röhricht BGP 366 spreekt over Gryphon Flamengus en citeert Bibl. Belg. 1739 I, 381. Litt: Schmitz 1936, p. 53-54: Grifven was een minderbroeder uit Kortrijk, geboren aldaar in 1400, in 1442 naar het Midden-Oosten gezonden en in 1475 gestorven op Cyprus. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
ca. 1470 Willem 't Sweerts (Tzwers)Descriptio Terrae Sanctae (Explicit: Hec sunt scripta eximii doctoris Wilhelmi Twers theologi que conscripsit in terra sancta cum magno labore circa annum Domini millesimum quadrigentesium septuagesimum. Et fuit idem venerabilis pater et dominus natus de Aquisgrano canonicus ejusdem civitatis ad beatam virginem.) Hs. Wolfenbüttel, Cod. Weiss 52, XVe eeuw, fol. 1-93. Röhricht BGP 368. Van Schaïk 1984, p. 217 geeft dit hs. als nog niet nader onderzocht en als voormoedelijk van een Zuidnederlands auteur. Dit laatste wekt bevreemding gezien het hierboven geciteerde explicit waarin de auteur zich als geboren te Aken bekend maakt en als kanunnik van de Onzelievevrouwekerk in die stad. Dit explicit staat overigens geciteerd in Röhricht BGP. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1473 Kleefs-GeldersDit synt die heilige stede des heiligen Lants van ouer meer vnd der menichfoldicheit des afletz, des wt der maesen veil ist vnd wie men daz versuechen mach, wilche aflaes gegeven sint vandem heiligen paws silvester vt begeerten Constantinum dem keyser vnd siner muder sancta helena, die wilche vns heren gades cruce vant te Iherusalem; wilche aflaez hier na bat vercleert sullen syn. Vnd men sall wesen, waer men vint bescreuen eyn cruce hier in dese boeche, daer is gheheel aflaes van pinen vnd van sunden; vnd daer anders aflaes is, daer is nijt: daer synt seuen iar aflaes vnd seven karenen. Hs. volgens Conrady te Mainz, part. bezit. Röhricht BGP 500 vermeldt nog: Mainz bibl. des Herrn Pfarrer am Dom Jacqueré. Wrsch. verloren gegaan. Editie: L. Conrady: Vier Rheinische Palaestina-Pilgergeschriften (Wiesbaden, 1882) waarin het hs. wordt beschreven als een verzamelband met acht onderdelen; papier, tweede helft 15e eeuw, niet lang na 1473. Het pelgrimsverslag telt 76 pagina's. Een ander onderdeel van deze verzamelband bevat een aantal reisrecepten. Als mogelijke pelgrim-auteur noemt Conrady een broeder uit het klooster Zu Wydenbach bij Keulen. De afschrijver meent hij op grond van een penneproef te kunnen situeren in Alst bij Kempen in het Rijnland. Hij karakteriseert de taal van dit hs. als een mengsel van Kleefs en Gelders dialect, geen konsekwente tongval dus maar een min of meer kunstmatige taal uit elementen van de Kleefs-Keulse Canzleisprache. Litt: Wasser 1983 p. 148 onder jaartal 1472 en p. 160, noot 13; Van Herwaarden 1983 vermeldt dit pelgrimsverslag als een Rijnlands. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1479 Kreynck-VogelReyze van Jacob Kreynck un Deryck Vogel van Zutphen toe Jerusalem na den heyligen Grave Christi Anno MCCCCLXXIX. Hs. Berlijn/DDR Deutsche Staatsbibliothek, Philipps nr. 1982, afschrift uit de 17e | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 44]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
eeuw door A. Matthaeus, 16 fol. Geen editie. Röhricht BGP 388; Carasso-Kok 1981 nr. 292; Wasser 1983 p. 148. Over de pelgrims zie: Bijdr. en mededelingen Gelre 1899, p. 282-83. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1481 AertsWarachtighe Bescryuinge der Jerusalemsche reyse ende des berchs Synai, tot S. Cathlijnen gedaen bij den Eersamen Jan Aerts Riddere, borger der Steden van Mechelen, metten grooten factoor van Portugael don Juan, int Jaer 1484. Hs. 1: Leiden, Maatsch. Ned. Letterk. 856, begin 16e eeuw, 94 folio's. Hs. 2: Brussel KB II 1288. Dis hs. bevond zich voorheen in part. bezit van Emmanuel Neeffs die er in de Revue Catholique (1873) een uitvoerige analyse van gaf, met aant. en commentaar. Hs. 3: Brussel KB II 1287. Dit hs. dat zich tevoren bevond in de collectie van de heer Auguste de Bruyne, boekhandelaar te Mechelen, is een résumé van het oorspr. hs. van Aerts uit de pen van een kanunnikes van S. Augustinus uit het klooster Thabor te Mechelen, daterend uit de 17e eeuw. De vrome non heeft alleen de passages met betrekking tot het H. Land overgeschreven. Naast deze hss. bestaan er nog twee gedrukte edities, die de hele reisbeschr. vrijwel identiek weergeven op de proloog, de tafel en het itinerarium na. Ook de indeling varieert enigszins, terwijl deze voor beide drukken onderling precies overeenkomt: 1) Cort verhaal Eender heerlijcker Reysen gedaen by den machtighen Factoor des Conincx (van) Portugael Emanuelis die XIIIJde. Waer inne verhaalt worden seer vreemde geschiedenissen [etc.], T'Hantwerpen, By Gheleyn Jansen, 1595. (Ex. in Bibliotheca Thijsiana, Leiden UB nr. 1788); 2) De andere editie is opgenomen in een verzamelbundel van reisbeschr.: Verscheyde Voyagien ofte reysen gedaen door Heer Adriaen de Vlaming na Hierusalem. Den Factoor van den Koning van Portugael door verscheyde Landen [etc.]. Tot Dordrecht, 1632 (Ex. Leiden UB nr. 1370 G 5) Röhricht BGP 406 noemt van de druk Antwerpen 1595 nog een tweede editie 1619, die ik nog niet heb kunnen achterhalen. Jan Aerts maakte de tocht naar het H. Land tweemaal: in 1481 als gast op het schip van de door hem genoemde Factor van Portugal, iemand van onbekende identiteit, waarschijnlijk een gezant belast met een handelsmissie. De stichting van de Portugese factorijen dateert immers van het eind van de 15e eeuw. In 1488 reisde hij nogmaals naar het H. Land met Hendrik van Bergen, bisschop van Kamerijk, bij wie Erasmus als secretaris enige tijd in dienst was, maar niet in dat jaar. Aerts beschrijft de eerste reis die hem immers verder voerde dan het H. Land alleen, maar hij vertrouwde zijn herinneringen pas na de laatste reis aan het papier toe, waarbij hij voor enkele geografische overzichten putte uit Burchardus de Monte Sion (1332), éénmaal met expliciete bronvermelding. Litt: Wasser 1983 p. 148 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1481 Van Ghistele't voyage van mher joos van ghistele twelcke mach anders ghenaemt sijn: t'excellent groot zeldzaem ende vreemt voyage ghedaen by wylent edelen ende weerden heere mher joos van ghistele. in synen levene riddere heere van | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 45]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
4. Titelpagina van 'Tvoyage van Joos van Ghistele, te Ghendt, Henric van der Keere, 1557.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 46]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
axele van maelstede ende vanden moere zc. tanderen tijden viermael voorschepene van ghendt; tracterende van veelderande wonderlijcke ende vreemde dingen gheobserveert ouer dzee inde landen van sclavonien, griecken, turckyen, candien, rhodos ende cypers, voorts oock inden lande van beloften, assyrien, arabien, egypten, ethiopien, barbarien, indien, perssen, meden, caldeen ende tartarien; metten geleghenthede der selver landen ende meer andere plaetsen, insulen ende steden van europen, asien, ende afriken, also inder prologhe breeder blijckt. te ghendt, by henric van der keere, 1557 (Ex. Den Haag KB 343 G 39). Hs. 1: Brussel KB IV 330 van ca 1535. Dit hs. ligt ten grondslag aan voornoemde druk evenals aan beide hierachter vermelde drukken van 1563 en 1572. Hs. 2: Brussel, Egyptologische Stichting Koningin Elisabeth 55.473, ca 1500, enkele bladzijden ontbreken. Druk Ghendt 1563, Henric van der Keere (ex. Den Haag, Museum Meermanno-Westreenianum 6 E 11) en een druk uit 1572 Te Ghendt by de Weduwe van Gheeraert van Salenson (ex. Den Haag KB 443 C 5). Van deze laatste druk verscheen in hetzelfde jaar bij dezelfde drukker een Franse editie. In de BNM stat nog een ex. opgegeven dat zich bevindt te Namen, Museum Artium Prov. Belg. S.J.21. Zrenner 1981 vermeldt nog een Franse editie Lyon 1564. Röhricht BGP 412 + correctie p. 743. Litt: Over de hss.: J. Deschamps in Vijftien jaar aanwinsten, Brussel, KB, 1969, p; 150-151 en in Middelnederlandse hss. uit Europese en Amerikaanse bibliotheken, Leiden 1972, p. 273, nr. 101. Bibl. Belg. III p. 215-219 over leven, persoon en familie van de pelgrim en litt. met een analyse van de inhoud van het boek in grote lijn; ditzelfde in Voy. Belg. p. 155-192 en summier in Ph. Blommaert: De Nederduytse schrijvers van Gent, Gent 1861, p. 31-49. verder een gedeeltelijke analyse over het H. Land en Egypte door M. Schayes in Messager des Sciences et des arts, 1836, p. 1-30. Volledige analyse met aant., inl. en comm.: ‘Le Voyage en orient de Josse van Ghistele (1481-1485)’ in Revue Générale, 1883, vol. 37, p. 723-764 en vol. 38, p. 46-71; 193-210 ook voor biografie en verschillende drukken. Een korte analyse met commentaar in Zrenner 1981 p. 70-73. Wasser 1983 p. 149 en p. 160. Zie ook: Amber Verrycken, De middeleeuwse wereldverkenning, Leuven-Amersfoort, 1991. Een moderne editie verscheen in 1935-'36 bij het boekengilde Die Poste te Antwerpen-A'dam Wereldbibliotheek, naverteld en grotendeels samengevat naar de editie 1557 door A. Demaeckere. Een becommentarieerde editie van hs 1. is in bewerking bij de heer R. Gaspar te Dieren (NL). Een vertaling in het Frans van het gedeelte over Egypte (Boek III) is in 1976 uitgekomen bij het Institut français d'Archéologie orientale du Caire als 16ème volume de la Collection des voyageurs occidentaux en Egypte: Le voyage en Egypte de Josse van Ghistele 1482-1483. Traduction, introduction et notes de Mme Renée Bauwens-Préaux (Leiden UB 811.8 E 18). | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1485 LengherrandVoyages de Georges Lengherrand, mayeur de Mons en Haynaut, A Vénise, Rome, | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 47]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Jérusalem, Mont Sinai et le Kayre. Hs. Valenciennes, Bibl. Municipale 493, copie van 1549 en hs. Lille 58 (Zie: Le Glay: Mss. de la bibl. de Lille, p; 110 no 186) Druk 1489 s.l.? zie Röhricht BGP 414. Editie: Marquis de Godefroy Ménilglaise, Mons 1861 Litt: Voy. Belg. I 33-34; Bibl. Belg. 1739 I.339; Uittreksel van dit pelgrimsverslag in Anzeiger für teutsche Kunde und Vorzeit, 1835, p. 272-282 en in Annales archéologiques, XXI en XXII. Korte analyse met commentaar bij Zrenner 1981 p. 74-79. Dit pelgrimsverslag wordt vermeld door Van Herwaarden 1983 noot 19 en Van Schaïk 1984, p. 217. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1487 Jehan de TournayTres ample et habondante description du voiage de la terre saincte, en laquelle sont memorez et declarez touttes les villes, citez et choses digne de memoire, quy se treuvent entre cy et la tant en Allemaigne, aux Italles, France comme au pays de Grece et Turquye commencant le dict voiage depuis la ville de Vallentiennes jusques a la saincte cite de Hierusalem facit et redige premierement par escript par Jehan de Tournay, bourgois de la dicte ville de Vallentiennes. Hs. Valenciennes Bibl. Municipale 493, copie van 1549. Dit pelgrimsverslag over de drie grote pelgrimages: Rome, Jerusalem en Compostella, beslaat de eerste 315 folio's in het hs, dat ook de pelgrimsverslagen van George Lengherrand (1485) en van Eustach de la Fosse bevat. Ed. (fragmenten) 1. Baron de la Fons-Melicocq in Annales Archéologiques, Paris, 1861 en 1862; 2. J.J. Voisin: ‘Principaux passages d'un voyage en Terre sainte fait par Jehan de Tournai en 1487’ in Bulletins de la Société historique et littéraire de Tournay, t. 9, 1863 p. 138-145 en 3. E. Déprez in Annales du Midi 1938, ‘Mélanges et documents’ p. 312-315. Een volledige tekstuitgave werd bezorgd dor Lucie Polak: The Pilgrims Book of Jehan de Tournay (1488-9) als thèse de doctorat, Londen 1958 maar deze is tot nu toe onuitgegeven gebleven. Litt: Analyse en commentaar in Polak 1983. Ook dit pelgrimsverslag wordt vermeld door Van Herwaarden 1983 en Van Schaïk 1984. Röhricht BGP 420. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1491 EscriptEscript de un voiage faict en Jerusalem Ian 1491 retournant Ian 1491. Hs. Valenciennes Bibl. Municipale BB3. 1 fol. 5-8. Cf. Mangeart Catalogue 604, no 614. Röhricht BGP 434. Vermeld bij Van Herwaarden 1983, noot 19; Van Schaïk 1984, p. 218. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
ca. 1493 Van DusenEen waerachtighe beschrijvinge der steden ende plaetsen ghelegen op den wegh van Venetien na den H. Lande ende Jerusalem. Als oock een cort verhael vande gelegentheyt, omstandigheden, kastelen, kloosters, huysen, accijsen, ende principale plaetsen der Stadt Venetien. Alles getrouwelijck beschreven door Claes van Dusen, Ridder van Jerusalem die selve in twaalf jaren elfmael binnen Jerusalem gheweest heeft. Int Jaer ons Heeren Anno 1634. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 48]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Het hs. is verloren gegaan. Deze enige bekende druk uit 1634 zonder plaats en naam van de drukker kreeg Conrady indertijd in handen door toedoen van de toenmalige bibliothecaris van de KB te Den Haag, Dr. van der Linde, die het boekje had ontdekt. Op het ogenblik is dit boekje nergens meer te vinden. Editie: L. Conrady: Vier Rheinische Palaestina-pilgerschriften (Wiesbaden 1882) p. 182-222 met inleiding, comm. en aant. In de ed. Conrady p. 182 e.v. een inl. over vermoedelijke persoon en familie van de auteur, poorter van Leiden uit een familie van lakenkooplieden. Röhricht BGP 410 en 1022 met als bron Tiele 342 die al als enige bekende exemplaar de editie van Conrady opgeeft en de oorspronkelijke druk omschrijft als 12', 11 + 41 pagina's ‘waarschijnlijk zich bevindend te Leiden’. Carasso-Kok 1981 nr. 199. Litt: Gonnet 1882, p. 218; Röhricht PV onder 1493: Claes van Dusen door Boguslav von Lobkovitz als medereizeiger genoemd (hs. Praag), geciteerd door Lampen 1928, p. 285; Korte analyse met commentaar bij Zrenner 1981 p. 103-107. Wasser 1983, p. 149 en 160. Tussen 1484 en 1495 maakte Van Dusen de pelgrimstocht elfmaal als trosman (gids) in dienst van de patroon Augustini Contarini, reder van pelgrimsgaleien te Venetië. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1494 Van BerchemHier begint de Heilige Pelgremage ende reyse van Iherusalem ende voorts van sinte Kattelynen gelyck ick Ian van Berchem begost ende gedaen hebbe. Etc. Hs. 15e of 16e eeuw, in part. coll. van de Comte de Ribeaucourt, sénateur à Bruxelles, klein, in folio, 169 pag, papier in rood velours band. Zo althans staat het beschreven door J. de St.-Génois, die het hs. van de eigenaar leende en er een nogal onnauwkeurige analyse van maakte met aperte fouten in Messager des sciences historiques [etc.] de Belgique, 1855, pag. 460-466. Het hs. staat ook beschreven in Bulletin de la commission royale d'histoire, 5, 1842, p. 376, maar ik heb niet kunnen achterhalen waar het zich op het ogenblik bevindt. Wel bestaat er een kopie van dit hs. te Gent UB 1309 uit de 19e eeuw door Désiré Hertschap, 237 genummerde pagina's. Deze kopie breekt af te Béziers in Zuid-Frankrijk op de route naar Compostela. Röhricht BGP 445 (alléén oorspr. hs.); BNM verwijst naar Biekorf, bijblad van grasmaand 1897, maar daarin is niets te vinden. De Groot-Overdiep 1936 betreurden het indertijd dat de bewuste graaf zijn bibliotheek niet wilde openstellen. Litt: Voor familie, leven en persoon van Van Berchem zie vooral Bibl. Belgica s.v.; ook Jacq. Le Roy: Le grand théatre sacré du duché de Brabant (Den Haag 1734) bd. II, dl. I, p. 36. Voorin de kopie Gent staat overigens een stamboom en de reproductie van een gebrandschilderd raam door de familie aangeboden aan de kerk van St. Gommaar te Lier. Wasser 1983 p. 149 en 160. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(1499 Zillebeke)De reis van Jan Taccoen van Zillebeke of Zielbeke wordt in navolging van de abusievelijke opgave in Röhricht BGP 458 vaker onder dit jaartal opgegeven zoals bij Van Herwaarden 1983 noot 19 en Van Schaïk 1984 p. 218. Het hs. zelf geeft 1514 als jaar van de pelgrimstocht. Zie aldaar. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 49]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
5. Het incipit van de Via ad Terram Sanctam, hs. Brussel KB II 1287, 15e eeuw: ‘Van machele tot aerscot...’ etc.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 50]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Via XVIncipit Via ad Terram Sanctam Hs. Brussel KB II 1287, 15e eeuw, Nederlands, fragment, 13 folio's. Incipit: Van machele tot arscot - Explicit: waer Jan Baptist geboren wert. Kopie te Gent UB 630, 19e eeuw. Een andere negentiende-eeuwse kopie van dit zelfde orgineel Gent UB nr. 1308, p. 3-32 met eenzelfde explicit-verklaring: ‘Dit handschrift dat niet volledig schijnt eyndigt hier’. Deze kopie Gent 1308 staat in de BNM opgegeven als afschrift van ca. 1851 onder de titel: Reise naer het H. Land. Röhricht BGP 546. Litt: Wasser 1983 p. 150 behandelt de (afwijkende) indeling van dit geschrift volgens het windstreken-principe in navolging van Burchardus de Monte Sion (1283), vgl. Willem Walterszn 1449 hierboven. Van Schaïk 1984 p. 218 veronderstelt op grond van Röhricht BGP 546 het oorspronkelijk hs. nog steeds als zich bevindend in particulier bezit, maar het bevindt zich intussen dus in Brussel, zoals boven aangegeven. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
15e eeuw ongedateerd:XV. 1. Dit syn die pelgrymagien des heiligen lands ende die aflaten die daertoe van den paus silvester gegeven syn om beden wt des keizers den groten ende den heiligen constantijn ende S. Helenen synre moeder. Hs. Darmstadt, Grossherzogliche Bibl. 982, 26a volgens opgave in de BNM. Bij informatie ter plaatse op de huidige Hessische Landes-und Hochschulbibliothek te Darmstadt bleek dit hs. daar nergens meer geregistreerd. Geen vermelding in Röhricht BGP. Wasser 1983 p. 160.
XV.2. Ordineringe. Pelgrimage naer het H. Lant. Hs. Osnabrück, Gymnasium Carolinum 36 (Dc 124) naar gegevens uit de BNM. Niet in Röhricht BGP. Het hs. is in de laatste oorlog verloren gegaan, zoals de bibliothecaris mij schriftelijk liet weten, vgl. Wasser 1983 p. 161.
XV. 3. Reisbeschrijving (schutbladen). Hs. Münster, Seminarie C 136 volgens opgave BNM. Niet in Röhricht BGP. Bij navraag bleek het hs. niet meer aanwezig op de bibl. des Bischöflichen Priesterseminars te Münster, terwijl men evenmin kon zeggen waar het terechtgekomen kon zijn, Vgl. Wasser 1983 p. 161.
XV. 4. De reijse van eenen pelgrim naer Jerusalem (wechwijser?) Hs. Bibliotheca Monasterii S. Martini, Leuven Q 16 naar gegevens uit de BNM. Geen vermelding in Röhricht BGP. Ter plaatse beschikt men echter over geen enkel gegeven, naar mij schriftelijk werd meegedeeld. Het blijft dus in het midden of het hier blijkens de aant. ‘wechwijser’ alleen maar om een itinerarium ging of om een volledige reis- en H. Landbeschrijving van praktisch en devotioneel karakter zoals de titel doet vermoeden. Vgl. Wasser 1983. p. 161.
XV. 5. Dyt is dat aflat to Jherusalem. Hs. Wolfenbüttel, Herzog August Bibliothek, | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 51]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Cod. Helmst. 1130, fol. 41-45. Röhricht BGP 460. Het gaat hier echter niet om een pelgrimsverslag, maar om een beperkte lijst van aflaten van de H. Plaatsen te Jerusalem, vooral van de plaatsen langs de Via Dolorosa. Een uitgebreide kruisweg derhalve als geestelijke pelgrimage. Vgl. Wasser 1983 p. 161.
XV. 6. Hyr begynt dat hilghe lant. Hs. Wolfenbüttel, Herzog August Bibl. Cod. Helmst. 1293, 15e eeuw, fol. 72-89. Röhricht BGP 463. Geen pelgrimsverslag maar weer een opsomming van de H. Plaatsen met de aflaten, bedoeld als geestelijke pelgrimage, zoals hier wel duidelijk blijkt uit een passus aan het slot op fol. 89v: ‘Item dit synt de stede des hilgen landes Jhrlm is van hyer gelegen vij C myle weges unde oft gi deze bevart doen wolden so meuge gy vor eyne myle lesen eyn prime vij stuc.’ I. p.v. de pelgrimstocht in werkelijkheid te volbrengen, kon deze dus letterlijk worden afgebeden door dagelijks voor een dagmars van vijftien tot twintig mijlen de primen (ochtendzangen in klooster) even zoveel keer zevenmaal lezen. Vgl. Wasser 1983 p. 161; Vermelding bij Van Schaïk 1984 p. 218.
XV. 7. Peregrinatio ad Terram Sanctam, de civitate Hierusalem et locis ultramarinis. Fol. 6v ev.: Peregrinationes in Bethlehem... Sequuntur peregrinationes in Nazareth... et in Damasco. Hs. Brussel KB 2367, XVe eeuw. Röhricht BGP 533 en p. 744 alwaar voor de tekst verwezen naar Kervyn van Lettenhove: ‘Notes sur quelques manuscrits de la Bibliothèque de Bourgogne’ in Bull. de la commission (royale) d'histoire, XI, 2e série, 20-24. (Zie ook onder Pelgrimsgids 1437). Litt: Vermelding bij Van Herwaarden 1983 noot 19 en Van Schaïk 1984 p. 218.
XV. 8. Descriptio Terrae Sanctae. Sicud audivimus sic vidimus in Civitate Domini virtutem in Civitate Dei. Hs. Utrecht UB 285, XVe eeuw. Althans volgens opgave Röhricht BGP 490 maar Van Schaïk 1984 p. 218 kon intussen mededelen dat dit hs. in het bestand van de UB Utrecht niet (meer) blijkt voor te komen. Blijkens de titel zal het hier overigens eerder om een geestelijk traktaat gaan dan om een pelgrimsverslag. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1505 De SmetReyse van Jerusalem, beschreven door Peeter De Smet, alias Van Steebroeck, borgher van Brussel, anno 1505. Ende ghecopieert door Jouffrauwe Anna Heize, weduwe wijlen d'Heere Advocaet van den raede van Brabant. hs. Brussel KB (Bibl. de Bourgogne 12636 (12632-41) 17e eeuw, fol. 182v-237v. Dit hs. is een afschrift van het oudere hs. Gent UB nr. 1310, de kopie van ca. 1550 door Juffr. Anna Heize. Een andere kopie, 19e eeuw, hiervan te Gent hs. 629, vgl. J. de St.-Génois, Cat. Mss. Gent onder nr. 651. Deze laatste kopie staat met het hs. Brussel opgegeven in Röhricht BGP 557 die eveneens de beide analyses van het Brusselse hs vermeldt, te weten door J. de St.-Génois in Voy. Belg. I, p. 199-210 en door A.G.B. Schayes in Revue de Bruxelles, publiée par la Société des Beaux Arts, sept. 1839, p. 104-119: ‘Notice sur la relation | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 52]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
inédite du Voyage à Jerusalem entrepris en 1505 par Pierre de Smet [etc.]’ met wat spaarzaam, vooral historisch commentaar. Aangaande de persoon en familie van De Smet is niet meer bekend dan wat zijn pelgrimsverslag ons onthult. Wasser 1983 p. 151. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1514 Jan Taccoen van ZillebekeVoyage à Notre Dame de Lorette et à Jérusalem. Hs. Douai, Bibl. Municipale, 16e eeuw, autograaf. Dit hs. bevat het verslag van drie achtereenvolgende pelgrimstochten met wisselende reisgenoten: 1. naar Rome; 2. naar Rome met de intentie via Venetië naar H. Land verder te trekken en 3. naar het H. Land, maar nu via Sluis en Middelburg, per schip naar Lissabon en verder via Sicilië en de kust van Syrië naar Jaffa (vgl. Voy. Belg. I, p. 38-40). Röhricht BGP 458 maar abusievelijk onder jaartal 1499 evenals bij Van Herwaarden 1983 noot 19 en Van Schaïk 1984 p. 218. Jan Taccoen van Zillebeke of Zielbeke bij Ieper, afkomstig uit Komen, hield tijdens de reis zijn dagboek bij in het Vlaams, maar thuisgekomen beschreef hij zijn ervaringen in het Frans, zoals hij opmerkt aan het eind van het hs. Jan Taccoen maakte in 1512 een bedevaart naar Compostella. Het verslag van deze pelgrimstocht over zee is bewaard gebleven in een hs. Parijs, Société de l'histoire de France. Dit hs. zou in 1978 of kort daarna worden uitgegeven in het Annuaire-Bulletin de la SHF volgens opgave van Barret/Gurgand in Priez pour nous à Compostella (Paris, 1978) waarin de Compostella-bedevaart van Jan Taccoen onder andere zoals die van Jehan de Tournay (1487) op de voet wordt gevolgd. Vermelding voorts in A. Viaene: ‘Vlaamse Jerusalemvaarders in de Bourgondische Eeuw’ in Biekorf, 65, 1964, p. 5-16, een opsomming van Vlaamse pelgrims, samengeraapt uit grafschriften, testamenten en kronieken. Wasser 1983 p. 151. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1517 Friese EdelenAccurata Descriptio Peregrinationis in Terram Sanctam, per illustres ac antiqua Nobilitate splendidos viros ac Dominos, D. Hesselum a Martena, D. Tzallingium a Botnia, necnon D. Julium a Botnia Frisios, Religionis ergo feliciter susceptae, Anno Salutis humanae, M.D.XVII F.A.F. Hs. 1. Berlijn Deutsche Staatsbibliothek, 1011, 16e eeuw. Hs. 2. Den Haag KB 71 H 27, kopie van 1592. Hs. 3. Leiden UB Maatsch. Ned. Lett. zie Cat. I, p. 40,5. Dit is waarsch. een van de twee hss. uit part. bezit te Franeker zoals Röhricht BGP 604 en Van Leeuwen indertijd nog opgaven. Hs. 4. Leeuwarden Rijksarchief 1332G. Dit hs. gebruikte Van Leeuwen voor zijn tekstuitgave in De Vrije Fries, III (1844), p. 219-276 met een inl. over de codices, reizigers en afschrijver (Leo Sibrandus). Hs. 5. Cuyk, bibliotheek van het klooster St. Agatha, voorheen part. bezit te Franeker, een kopie uit de 17e eeuw, nr. 929, 63 pag. Exp: Leo Sibrandus exacte describ: Anno Salutis Humanae, 1592, na een opmerking over de dood van Wessel van Martena op Rhodos: Aldus geeijndigdt binnen Franeker den 29en July Anno 1698. Hs. 6. Leeuwarden Provinciale Bibliotheek Coll. hss. 286. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 53]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Behalve de al genoemde editie bestaat er een uitgave van vermoedelijk het Berlijnse hs. door Hermann Lotze: Eine Wallfahrt von Antwerpen nach Jerusalem, Leipzig 1866. Deze editie geeft alleen het gedeelte over het H. Land met een samenvatting van het itinerarium, het verblijf in Venetië en de overtocht. Ik heb voor mijn studie het hs. St. Agatha geraadpleegd. Wasser 1983 p. 152. Zie ook: Röhricht PV p. 226 onder 1517 voor vermelding van de pelgrims. Over de afschrijver Leo Sibrandus, schrijver van twee kloosterkronieken, † te Groningen in 1588: Nieuw Ned. Biogr. Wdb, V, kol. 728. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1518 Heer BethlemDit is een deuote meditatie op die passie ons liefs heeren ende van plaetse tot plaetsen op mate gheset daer onse lieue Here voer ons gheleden hevet met dye figuren ende met schone oracien daer op dienende. Ende so dicke als men dit deuotelijck leest so verdientmen alle die aflaten so volcomelijc als oftmen alle die heylige plaetsen binnen Jerusalem lichamelic besochte. Ende een deuot priester die langen tijt te Jerusalem heeft ghewoont die heeft dit ghemeten en beschreven. Item dit boecxken heeft een weerdich priester ghenaemt Heer Bethlem bescreven etc. Colophon: Gheprent in die vermaerde coopstadt van Antwerpen buyten dye camerpoorte Inden Gulden Eenhoren bi mi Willem Vorsterman. Int iaer ons heeren M.CCCCC. ende XVIII. Den XIJ dach van October. Behalve deze druk 1518, ex. op de KB Den Haag 231 G 22, uitgegeven door Gonnet 1884 p. 324-343 bestaat er een druk Delft 1520 waarvan een ex. op de Stadsbibl. Haarlem. Andere exemplaren en drukken zoals die van 1525 en 1526 staan opgegeven in Nijhoff-Kronenberg 1923, 310-320. Adrichem 1584 p. 134 vermeldt een Latijnse vertaling van dit boekje door Laurentius Surius. Röhricht BGP 607 en 857 onder geestelijke bedevaarten alwaar onder nr. 4 ook een Franse druk zonder plaats of jaar staat geciteerd uit The Choicer portion of the Libri library, London 1859, nr. 631, met een treffende overeenkomst in de titel: Sensuyt une devote meditation sur la mort et passion de notre Saulveur et Redempteur Jesu Christ avec les mesures mises de place en place: ou notre Seigneur a souffert pour nous. Et le voyage et Oraisons du Mont Calvaire. Et aussi etc. Heeft Heer Bethlem zijn boekje derhalve aan dit Franse origineel ontleend? De Deuote Meditatie bevat een Kruiswegoefening op basis van de Via Dolorosa uit de pelgrimsverslagen met zeven staties, verdeeld over de zeven dagen van de week (vgl. Wasser 1983 p. 152). Hierover ook Maria Meertens: De Godsvrucht in de Nederlanden, deel II (Leuven, 1931) p. 97, noot 6 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1519 WantDit is die viagie oft reyse geschiet by brueder ian want vander prekaren oorden in tzertoghenbosch nae den heylighen lande te weten tot Jerusalem met meer anderen pelgrims in alle manieren als ick broeder Jan gereyst hebbe, etc. Hs. Tilburg, Bibliotheek van de Stichting Theologische Faculteit, 16e eeuw. Dit hs. is uitgegeven door J.F. van Beurden in Limburgs Jaarboek, 4, 1896, p. 156 e.v. Verwijs die dit hs. gebruikte voor het Mnl. Wdb. noemde deze editie onbetrouwbaar. Een ver- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 54]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
beterd ex. bevindt zich op de UB te Leiden. Een beschr. en volledige filmkopie van dit hs. werd in 1953 gemaakt door de afd. hss. van de UB te Leiden. Dr. S.P. Wolfs o.p. te Nijmegen werkte aan een nieuwe teksteditie met aantekeningen en commentaar. Wasser 1983 p. 152. Over de Dominicaan Jan Want, procurator van het klooster te 's-Hertogenbosch, zie het Chronicon Conventum Buscoducensis ordine Praedicatorum, uitgegeven door het provinciaal Genootschap Noord-Brabant in 1908 en het tijdschrift Utrecht, jrg. 23, p. 393. Vgl. ook Nieuw Ned. Biogr. Wdb., III, kol. 1390. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1519 Jansz-MoyDit es den Wech om te reijsen van antwerpen tot marie magdalena in provincen ende van dair tot Rome ende van dair tot Venegien ende van dair tot Jherusalem Dien wij Mr. Lieven Jansz ende heer daniël moij voeren int Jair 1519. Hs. Den Haag KB 70G10, fol. 5-39r, 16e eeuw, autograaf van Lieven Jansz. Geen gepubliceerde editie, wel een teksteditie met commentaar in een licentiaatsverhandeling door Jean Taes te Brussel. In ditzelfde hs. ook een aantal familiebijzonderheden, uitgegeven door F. Caland in De Navorscher, 50, p. 213; Röhricht BGP 615; Wasser 1983 p. 153. Verder in dit hs. fol. 60-68 een ander fragm.: Dit es de pelgrimage die de pelgrims ghemeenlick doen binnen het heylich lant. Over dit fragment ca. 1510 zie BNM. Röhricht BGP wijst onder nr. 591 op een Parijse druk Officium beate virginis van 1513 met op fol.60a tot 68b hetzelfde fragment met eenzelfde incipit en explicit: ‘Item in den eersten van Jaffa...’ - ‘dat dal van iosaphat daer versoekenen dat Fonteyne van Siloë, Dairby’. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1520 KuynretorffJerusalemsche Reyse soe in verganghen Jaren geschiedt is Dorch den Eerbaren Heeren H. Geert Kuynretorff Priester ende Vicarius binnen Campen etc. Geprent toe Campen in de Broederstrate bij my Peter Warnersen wonende inden witten Valck. Postincunabel van ca. 1550 van klein formaat, 8o, 240 pag. Van dit boekje zijn er nog drie ex. bekend: Den Haag KB 346 H 34; Leiden UB 1369 G 18 en Leeuwarden Bibl. Friesch Genootsch. 182. Röhricht BGP 622; Wasser 1983 p. 153. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1521 Jan de Heuter / Jan van ScorelDescriptio Jerusalem et sanctorum locorum Joannis Heuteri Praetoris Delphensis. Het hs. is verloren gegaan, Röhricht BGP 627 citeert uit de lijst van Adrichem 1584 p. 131ev en verwijst naar Biogr. Wdb. vdAa, VIII, 755. Wasser 1983 p. 153 en 161 noot 20. Jan de Heuter maakte zijn pelgrimstocht met Jan van Scorel en Lambert Varick. Adrichem 1584 t.a.p. vermeldt eveneens een Delineatio uit 1521 van Jan van Scorel, de schilder en tevens kanunnik te Utrecht. Een exemplaar van deze beschrijving met een aanzicht van Jerusalem, ongetwijfeld van de hand van de schilder-auteur zelf, werd aan Adrichem geleend door de vice-pastor van de Hippolytuskerk te Delft, Johannes Bollius uit Leuven. Ook dit pelgrimsverslag is verloren gegaan. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 55]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
6 a/b. Titelpagina (a) en colophon (b) van de Jerusalemsche Reyse door Geert Kuynretorf, te Campen bij Peter Warnersen, ca. 1550.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 56]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 57]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1525 WillemsHier begint die alre hoechste ende alre heilichste pellegrummaetgie van die heilichste stat van Jerusalem. Beghinnende van Delft off van stede tot stede van mile tot mile etc. Hs. UB Amsterdam. Editie Gonnet 1884 p. 1-180 met een algemene inl. en met aantekeningen van Arent Willemsz. over zijn gezin. Deze editie ook in een aparte uitgave Haarlem, 1884. Röhricht BGP 639; Wasser 1983 p. 153. De heer J. Bethlehem te Amsterdam bereidt een nieuwe tekstuitgave voor. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1525 GovertsReysen na Jerusalem en de Jordaan etc. etc. gedaan door Jan Goverts priester van Gorkum in den jaare 1525 door hem zelve beschreven. Hs. Göttingen Bibliotheca Acad. Georgiae Augustae, Cod. hist. nr. 823i, XVIe eeuw, 161 folio's, titelblad nieuw. Behalve een drietal onbeschreven bladen blijven er ook vaker gedeelten van bladzijden open als waren die bestemd voor initialen, wellicht afbeeldingen. Een kopie van dit hs. te Delft Gemeentearchief 37 E 1. Röhricht BGP 638 (alleen het hs. Göttingen) en PV 223, alwaar Jan Goverts staat opgegeven als vermeld in de Hodoporika van de Duitser Philip von Hagen als een van ‘die namhaftigsten under den andren hollendren’. Arent Willems noemt Jan Goverts als reisgenoot. Lampen 1928 p. 286 vond Goverts' naam in het Navis Peregrinorum opgetekend. Jan Goverts staat afgebeeld op een paneel met de Utrechtse Jerusalembroederschap door Jan van Scorel. Dit paneel bevindt zich in het Centraal Museum te Utrecht. Een editie van het hs. is in bewerking bij de heer J. Bethlehem te Amsterdam. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1527 PaschaEen deuote maniere om gheestelyc Pelgrimage te trecken tot den heylighen Lande als te Jherusalem, Bethlem, ter Jordanen etc. Met die rechte gheleghentheyt der Heyligher Plaetsen, so bescheelijck beschreuen als oft mense voor ooghen saghe. Gemaect by wijlen Heer Jan Pascha Doctoor inder Godheyt en Religieus der Carmeliten Orden, inden convente tot Mechelen doen hij leefde. Tot Loven bij Hieronymum Welle, wonende inden Diamant. An 1563. Met Coninclijcke Privilegie. Ex. Den Haag, Museum Meermanno Westreenianum 7 E 27, III + 153 pp. 8o Röhricht BGP 646 noemt nog drie andere Nederlandse edities: Leuven, 1568 en 1576; Gent, 1612 en een Franse editie Leuven 1566. Adrichem 1584 p. 130ev. Wasser 1983 p. 154. Het boekje wordt bij Maria Meertens: De Godsvrucht in de Nederlanden (Leuven 1931) deel I, hfd. 7 behandeld als belangrijk in de ontwikkeling van de Kruiswegbeoefening. Over Pascha of Van Paesschen Biogr. Wdb. vdAa, XV, 109. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1536 Jan Hendrikszn. van BeverenIc Jan Heynrycxzn. van Beveren ben gereyst anno XVcXXXVI den XXIIII apryl van | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 58]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Leyden off tot Den Haech nae Jherusalem ende nae Synte Catryn ten halffe staen in Scyppers met gods hulpe. Hs. Zundert, XVI eeuw, part. familiebezit evenals een kopie van na 1729. Tekstuitgave door J. van Herwaarden m.m.v. A.I. Menalda-Van der Hoeven: ‘Een Jerusalemreis uit 1536’ in Nederlandse Historische Bronnen, 5, 1985, p, 7-67 met inleiding, aantekeningen en commentaar (munttabel, reiskosten) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1538 Herman BorculooCiuitas Jerusalem ac sacrorum vniuersae Palesthinae delineatio ac descriptio per Hermanum Borculoo, Ultrajecti 1538. Van deze Utrechtse druk is geen enkel exemplaar meer te vinden naar Tiele 43 al moest constateren. Röhricht BGP 661 citeert Adrichem 1584, 130ev. aan wie we de wetenschap van het bestaan van deze Latijnse geografische compilatie met veel plannen en aanzichten te danken hebben. Borculoo was een drukker te Utrecht. Het is zeer wel mogelijk dat hij de reis zelf niet gemaakt heeft, maar zijn stof aan andere boeken ontleende. In ieder geval gaat het hier niet om een pelgrimsverslag, maar om een werk met wetenschappelijke pretentie. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1538 Bonaventura van MierikDescriptio Hierusalem en sanctorum ejus locorum Bonaventurae de Mirica Lovanensis Minoritae. Het is niet duidelijk of het hier een hs. of een druk, in het Nederlands of in het Latijn, betreft. Het geschrift is verloren gegaan. Het gegeven komt weer uit de lijst van Adrichem 1584 p. 130ev., waarin eraan wordt toegevoegd dat Van Mierik van 1538 tot 1540 en later nog een tweede en derde keer het H. Land bezocht en dat Adrichem veel direct uit diens mond mocht vernemen. Röhricht BGP 662 verwijst weer naar Adrichem en naar het Biogr. Wdb. vdAa, XII 1223, waar over deze Van Mierik echter niets is te vinden. Wasser 1983 p. 161. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1544 Gerrit JansznDescriptio Jerusalem et locorum ejus D. Gerardi Joannis, 1544. Hs. of druk, in het Latijn of het Nederlands, is verloren gegaan. Röhricht BGP 671 put weer uit de lijst van Adrichem 1584 p. 130ev onder verwijzing nar Kist en Boyaards: Ned. Archief voor Kerkelijke geschiedenis VII, p. 208 en het Biogr. Wdb. vdAa. s.v. maar in beide zoekt men tevergeefs. Wasser 1983 p. 161 vgl. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1544 SionVan dat gherechte waere Sion ende Hierusalem, een waerachtich klaer Bericht, Wtgegaen in den Maent Augusti anno 1554. Exemplaar van deze druk Amiens, Bibl. Municipale. We hebben hier met een geestelijk traktaat ter verwerving van de eeuwige zaligheid te doen. Niet met een pelgrimsverslag zoals ten onrechte werd aangenomen door De Groot-Overdiep 1936, Röhricht BGP 672. Wasser 1983 p. 161. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 59]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1556 Den wech na RomenDen wech na Romen van milen tot milen ende wat ghelde onder weghen goet ende van noode is. Item oock den wech na Venegien toe. Item oock den wech na sint Jacobs toe. Item oock den wech nae Ierusalem toe. Item... alle daflaten die binnen Romen... te verdienen sijn. Gheprent Thantwerpen... By mi Symon Cock, 1556 (32 pp. 8') Deze titelbeschrijving met spaarzame gegevens heb ik uit Röhricht BGP 714, die toch een vrij nauwkeurige opgave moet hebben gehad, al vermeldt hij zijn bron niet. Ondanks drukke nasporingen in Nederland en België heb ik het boekje nergens kunnen achterhalen. Dat is jammer want het betreft hier ongetwijfeld een curiosum te vergelijken met het Brugs Itinerarium uit het eind van de 14e eeuw (ed. Joachim Lelewel: Géographie du moyen-Age, Epilogue, Brussel 1857) met de grote Europese handelswegen naast de routes naar de grote pelgrimsoorden. Wasser 1983 p. 161. Zie ook: Lucie Polak 1981 p. 77-79 en noot 26 waarin zij verwijst naar een hs British Library Maps C. 2. a. 7 met een merkwaardige overeenkomst in titel: Das ist der Rom weg von meylen zu meylen. Dit oorspronkelijk voor kooplieden bedoelde itinerarium werd naar aanleiding van het jubeljaar 1500 ten behoeve van pelgrims aangepast. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1561 Jan IJzermanItinerarium Ioannis Godscalci Iserman Delphensis quod anno 1561 absoluit. Röhricht BGP 725 met corr. p. 744 (zie ook 213) citeert Adrichem 1584 en verwijst naar Biogr. Wdb. vdAa, IX, 38. Hs. of druk is verloren gegaan. Lampen 1928 vond deze pelgrim vermeld als Joannes Goodsiolsi Hermanus Hadelf (- à Delft) Holandiae in het Navis peregrinorum onder 31 pelgrims waarvan eenderde Nederlanders. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1561 Hugo Hugensz. van RijckHs. van dit pelgrimsverslag dat ik nog niet heb kunnen raadplegen: Den Haag, KB 75 A 2/3, 84 fo. Beschrijving en gedeeltelijke analyse van dit hs. evenals personalia over de auteur door D.S. van Zuiden: ‘Een reis van twee Nederlanders naar Palestina in 1561’, in Bijdragen voor Vaderlandsche Geschiedenis en Oudheidkunde, 1941, 8e reeks, deel, p. 115-120. Van Rijck pelgrimeerde met zijn zoon Cornelis vanuit Delft van 10 mei 1561 tot 25 maart 1562, vernoemt vrijwel alle logementen met de kwaliteit van het eten en de prijzen en vermeldt de ontmoeting met zijn stadgenoot Jan Ijzerman in Venetië. Dr. S.P. Wolfs o.p. te Nijmegen was zo vriendelijk mij te attenderen op het bestaan van genoemd artikel waaraan ik bovenstaande gegevens ontleen. Het hs. werd in 1951 door het Algemeen Rijksarchief aan de KB te Den Haag overgedragen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1563 IJsbrand Godfriedzn. van DelftDescriptio Ierusalem et locorum eius Isbrandi Godefridi Delphensis, sororis meae mariti, qui anno 1563 peregrinationem suam perficit. Aldus Adrichem 1584 over dit geschrift dat verloren is gegaan. Röhricht BGP 725 met corr. p. 744. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 60]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1563 DispositieHier beghint een cleen tractaet declarerende alle die dispositie vanden helighen lande van plaetsen ende steden die int helich evangelie staen. Hs. Brugge, Bibl. v.h. Bisschoppelijk Seminarie 151/118, XVIe eeuw na 1563, fol. 163r-172r. Op fol. 163r, regel 19ev.: ‘Dit tractaetken heb ick gescreven met een boeck die in prente was opde librarie vander sluus dwelck men noemt peregrinatio terre sancte... so sal ick beginnen van venegien af. Het hs. staat opgegeven in de BNM onder ‘Peregrinatio terrae Sanctae. Dispositie van den heilighen lande (1563) (vertaald naar...)’. Reisdata noch de naam van een eventuele pelgrim worden genoemd. Of het boekje waar de tekst uit werd overgeschreven (een Latijnse of Nederlandse uitgave?) nog bestaat, weet ik niet. Het betreft hier vrijwel zeker een obligate, devotionele tekst van het type XVe eeuw voor stichtelijke gebruik. Titelbeschrijving met inlichtingen kreeg ik schriftelijk van de bibliotheek waar het hs. zich bevindt. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1565 De VlamingReys na Hierusalem, gedaen by Heer Adriaen de Vlaming, Raedt in Dordrecht etc. Ende syn huys-vrouwe Juffr. Maria van H... Int jaer 1565. Hs. verloren gegaan. G.D.J. Schotel: Vaderlandsche Volksboeken, II, p. 148 vermeldt weliswaar een hs. maar het is de vraag of hij het ooit gezien heeft. Volgens Tiele 257 is de enige bekende uitgave die in: Verscheyde Voyagien ofte Reysen: gedaen door [etc.]. Tot Dordrecht, voor Vincent Caeymacx, 1657. Exemplaar: Leiden UB 1370 G 50. Dit is een verzameling reisverhalen waaronder die van Jan Aerts (1481). In deze uitgave van het pelgrimsverslag van De Vlaming (p. 39-89) doet zich een merkwaardige omissie voor: 23 aug.-20 sept. ontbreken in de datering, terwijl de paginering gewoon doorloopt. Pagina 79 aldaar: Op 23 aug. verstrekt de Gardiaen van het klooster Sion te Jerusalem de Certificaties. ‘Daer na zijn de Pelgrims gereden nae Rhama.’ Volgende alinea: ‘Op den twintigsten September 's morgens van Rhama naar Jaffa.’ Voor een bezoek aan de Sinaï is deze tijd te kort en bovendien wordt deze pelgrimage dan al geruime tijd niet meer gemaakt. Een bezoek aan Galilea met als hoofddoel Nazareth behoort eerder tot de mogelijkheden. Het waarschijnlijkst is het echter dat de pelgrims hebben gewacht op een deugdelijk schip. Sedert de Venetiaanse patroons omstreeks 1550 hun geregelde diensten gestaakt hadden, zijn de vervoersmogelijkheden immers veel problematischer geworden. Een passus op p. 86 pleit voor deze laatste veronderstelling: ‘Daer (nl. te San Nicolo de Karsi) hebben wy tijdinge van ons ander Pelgrims gekregen, en het schip daer sy in waren, is in zee van malkander geborsten, en gebleven, maer alle 't volck is gheberght met de groote berck, en met de gondelen.’ De Vlaming zal dus met sommige reisgenoten te Rama langer hebben gewacht op beter vervoer. Tijdens deze wachttijd heeft hij geen aantekening gehouden. Röhricht BGP 741 noemt twee drukken, deze, maar met een verkeerd jaartal 1651 en een druk ibid. uit 1654. Deze laatste druk heb ik niet kunnen achterhalen. Evenmin de uitgave van Verscheyde Voyagien, Dordrecht 1612, vermeld in Biogr. Wdb. VdAa. XIX, 281-282. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 61]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Het pelgrimsverslag van De Vlaming komt met dat van de door hem ook genoemde Iacob Dircxz. Bockenberch van den Goude (zie hieronder) letterlijk overeen. Wasser 1983 p. 154. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1565 BockenberchEen pelgerimsche reyse nae de H. Stadt Jerusalem, die gedaen heeft den E. Iacob Dircxz Bockenberch van de Goude in Hollant. Etc. Gedruckt tot Coelen voor Hendrik van Witten int jaar 1620.
Het pelgrimsverslag van Bockenbergh is nooit apart verschenen maar steeds in combinatie met het uit het Duits vertaalde pelgrimsverslag van Hieronymus Scheidt uit Ehrfurt die in 1614 pelgrimeerde en wiens tekst zowel door het relaas van Bockenbergh heen, alsook apart daarachter is opgenomen. Zie Röhricht BGP 944 voor vijf Duitse drukken van deze beschrijving te Erfurt en te Helmstädt, 1615, '17, '70, '74 en '79. Röhricht PV 297 geeft onder jaartal 1614 van dit pelgrimsverslag een uittreksel van de vele hierin vermelde Nederlandse pelgrims en Nederlandse schepen te Cyprus op weg naar het H. Land en Venetië. Wasser 1983, 154-155. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1568 Peter CalentijnVia crucis a domo Pilati usque ad montem Calvariae aedita per Petrum Calentinum, Impressa Lovanij a Vellaeo (Hieronymus Welle) anno 1568. Het boek, als boven ver- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 62]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
meld in de literatuurlijst van Adrichem 1584, is verloren gegaan. Het betreft hier overigens geen pelgrimsverslag maar een kruiswegoefening zoals de titel laat blijken. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1584 Van AdrichemUrbis Hierosolymae, quemadmodum ex Christi Tempore floruit, et suburbanorum eius breuis descriptio etc. Christiano Adrichomio Delpho auctore, Coloniae Agrippinae Anno M.D.XCVII (1597) Exemplaar Den Haag KB 380 F 4. De literatuurlijst waar in het voorgaande steeds naar wordt verwezen staat in deze editie op pag. 130-136. Een vertaling van deze lijst met aanvullingen komt voor in: Kanaän en d'omliggende Landen vertoont in een Woordeboek, Leeuwarden 1717. Röhricht BGP 791 geeft de eerste druk Keulen 1584 en naast een vijftal andere Latijnse edities een groot aantal uitgaven in verschillende talen waaronder een Nederlandse: Clare beschrijvinge van de stadt Jerusalem, Amsterdam 1598. Deze beschrijving van Jerusalem werd in zijn geheel weer opgenomen in: Theatrum Terrae sanctae et Biblicarum Historiarum cum tabulis geographicis aere expressis. Auctore Christiano Adrichomio Delpho, Coloniae Agrippinae Anno M.DC.XIII (1613) Exemplaar Den Haag KB 37 F 14. Röhricht BGP 791 voor de eerste druk Keulen 1590 en een zevental andere. In dit boek vinden we de beschrijving van het hele H. Land, ingedeeld naar de 12 stamgebieden; een tijdstafel met de gebeurtenissen uit het O.T.; een vergelijkend overzicht van de vier evangeliën en de voortgang van de historie eindigend met de dood van Johannes Anno Christi 109. Tenslotte een uit de profeten en de Apocalyps geputte vooruitblik onder het opschrift: De Antichristo et novissimis temporibus. Zie over persoon en werk van Christiaen Van Adrichem of Christiaen Adriaen Cruys die het H. Land nooit zelf heeft bezocht: Biogr. Wdb. vdAa I, 96-97, Bibl. Belg. I, p. 17-31 en Archief voor de Geschiedenis van de Katholieke Kerk in Nederland, jrg. 23, 1981, p. 202-205. Wasser 1983 p. 155. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1586 ZuallartIl devotissimo Viaggio di Gierusalemme etc., Roma 1587 en 1595. De Vlaming Jean Zuallart, geboren te Silly bij Ath in Henegouwen schreef zijn pelgrimsverslag in het Italiaans. Behalve deze drukken in het Italiaans bestaan er ook een drietal drukken in het Frans, Antwerpen 1604, 1608 en 1626. Het boek werd eveneens in het Duits vertaald, maar er is geen uitgave in het Nederlands. Dit pelgrimsverslag werd vooral bekend vanwege het plaatwerk. Dezelfde illustraties werden later gebruikt in de eveneens Antwerpse drukken van De loflycke Reyse van Jan van Cotwijc (1598). Zie Röhricht BGP 797; Voy. Belg. II, 37-55 en Bibl. Belg. V p. 893-897 alwaar een opsomming van alle reisgenoten, een lijst van de illustraties en de literatuur over het H. Land die Zuallart al vóór zijn bezoek raadpleegde. Wasser 1983 p. 162. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1587 Die Wegen van SionDie Wegen van Sion. Hs. Parijs, Bibl. Riant, XVIe eeuw. Röhricht BGP 805 vroeg indertijd vergeefs om inlichtingen. Ik ben bij schriftelijke | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 63]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
navraag op de Bibl. Nationale te Parijs ook niet wijzer geworden, maar een nieuwe poging ware te wagen. Het gaat hier overigens zeer waarschijnlijk eerder om een geestelijk traktaat in algemene zin dan om een geestelijke pelgrimage. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1598 CotwyckDe loflycke Reyse van Ierusalem ende Syrien ghedaen ende in het latijn beschreuen by Hr Jan Van Cotwyck doctoor in beyde de rechten ende Ridder van Iherusalem. T'Antwerpen Anno 1620. Ex. Amsterdam UB 438 F 7. Deze Antwerpse druk is een vertaling van de oorspr. Latijnse editie bij dezelfde drukker in 1619: Itinerarium Hierosolymitanum et Syriacum (etc.) auctore Ioanne Cotovico. Ex. Den Haag Museum Meermanno Westreenianum 109 E 4. In beide drukken zijn veel kaarten, aanzichten van steden en H. Plaatsen, plattegronden en ander plaatwerk opgenomen, ontleend aan de eveneens Antwerpse drukken van het boek van Jean Zuallart (1586). Röhricht BGP 839 maar onder een verkeerd jaartal (1596); Lampen 1928 p. 265-295 vond ‘Joannes Koolwyck Belga Ultraiectinus autore dell'Itinerarium hierosolymitanum’ in het Navis Peregrinorum vermeld op 29 october 1598; Wasser 1983 p. 155 en 162. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
XVI. 1. Robert van MaldeghemHs. Leuven UB, D (nog niet genummerd) volgens opgave in de BNM. Op mijn navraag te Leuven kreeg ik te horen dat dit hs. door het oorlogsgeweld in 1940 werd vernield. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
XVI. 2. Pieter van der BekeHs. Leuven UB, D 420, XVIe eeuw volgens opgave in de BNM. Dit hs. onderging eenzelfde lot als bovenstaande. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
XVI. 3. Reyse naer het helighe LantHs. Parijs, Bibl. Charles Schefer, XVIe eeuw. Röhricht BGP 872. Overigens geen gegevens. Verloren gegaan? | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1602 VerteickenisseVerteickenisse mijner reise so ick gedaen hebbe up hijerusalem in Judea Anno 1602. Hs. bevond zich indertijd in de particuliere collectie van Röhricht. Het bevatte ook 5 kaarten uit de atlas van C.J. Visser, A'dam 1659 (Röhricht BGP p. 615, nr. 179). Waar de verzameling Röhricht later is terecht gekomen heb ik nog niet kunnen achterhalen. Röhricht BGP 893 en corr. p. 694 met aantekening: Den 28 martii uyt Lewarden gefaren up Groningen etc. Dan volgt een dagboek van 102 bladz. in kwarto. Het itinerarium voert over Duitsland en Italië naar het H. Land. Wasser 1983 p. 161. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1614 Pietje IckxCopie naer copie van Jouffrauwe mari therese vanderstraten Van de Beschrivinghe van | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 64]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
de reyse van grooherr ickx naer jerusalem die hy selve beschreven heeft als volght tot meerder eere ende glorie gods. Hs. Kortrijk Stadbibl. 6 XIV, 18e eeuw, 36 folio's waarvan 16 beschreven, ed. (met uitzondering van de beschrijving van de Via Dolorosa, p. 16-21): P. van Ruymbeke in Handelingen van de Kon. Geschied- en Oudheidkunde Kring Kortrijk, XV, 1936, waarvan het enige ex. op de Stadsbibl. aldaar. Hierin ook een historische inleiding over de Jerusalemkapel te Kortrijk en de legende over Pietje Ickx evenals gegevens over de persoon en familie van Jan gheseyt Pietje Ickx, gest. 25 okt. 1640, schepen van Kortrijk, stichter van de Jerusalemkapel. Deze reisbeschr. staat niet vermeld in Röhricht BGP, wel in de BNM onder Reyse van grottheer Jeks. Van Ruymbeke ontleende de hierboven genoemde legende (ed. p. 297-300) aan een ander hs. Zie, ook voor de inhoud hiervan: Wasser 1983 p. 156. Marie-Thérèse vander Straeten was een dochter van Charles Alexander, directeur der Jerusalem-kapel te Kortrijk van 1721-1735. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1614 Simon PieterszVerslag van de bedevaart uit bravour in 1614 door Simon Pietersz. Poorter, Schepen van het Dorp Haringkarspel. In: Chronyk van Medemblik door Dirk Burger van Schoorl, Hoorn 1767. Vermelding bij Lampen 1928 p. 279-282. Daar staat een passage geciteerd over de tatouering van het Jerusalemkruis op de borst of de armen van pelgrims door de christenen van Bethlehem. Simon Pietersz. bracht ook een doek mee als aandenken aan het H. Graf, dat werd gebruikt als deken voor kraamvrouwen tijdens de bevalling en eveneens als sterfkleed. Hierover ook: Röhricht PR p. 73, noot 298. Het gaat bij dit verslag niet om een direct pelgrimsverslag, het relaas werd veel later in 1767 opgetekend. Wasser 1983 p. 156. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1619 Jan van der StraetenVoyagie ofte Reyse naer Jerusalem ende Sinte Catharine grave ende diversche landen. Gedaen ende beschreven door den E. Pater brueder Jan van der Straeten biechtvader vande Annunciaten. Dr. Brugge 1620, 4'. Röhricht BGP 959. De Biographie Nationale de Belgique vermeldt dat men van dit boek geen exemplaar heeft kunnen vinden en specificeert: Bruges, Guill. de Neve, 1620; Jan vander Straeten of Van der Strateef Platea of Plateanus. Het is opmerkelijk dat Van der Straeten blijkens de titel ook de Sinaï bezocht. Sedert de reis van Jan van Berchem in 1494 is de Sinaï zoal bezocht dan toch niet meer beschreven gedurende de hele zestiende en zeventiende eeuw, met uitzondering ook van Vincent van Stochove in 1630, eveneens uit Brugge. Wasser 1983 p. 156. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1619 en 1623 De VosJournael ofte Beschryvinge vande Jerusalemsche Reyse, gedaen by Adriaen de Vos. Met de Aenwysinge van de plaetsen by denselven met alle Neersticheyt geannoteert ende aangeteykent. Tot Delf, Gedruckt by Arnold Bon, Boeckverkoper woonende op 't | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 65]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Mart-veld Anno 1655. 4', 25 + 17 pag. Ex. UB te Leiden 1367 F 13. In deze druk staan de twee reizen van De Vos afzonderlijk beschreven met wisselende route, bezochte steden en streken en ook enigszins wisselend accent. Röhricht BGP 960. Lampen 1928 citeert uit het Navis peregrinorum op 9 april 1620: D. Fredericus Westghaline Euchusanus Hollandus et D. Adrianus de Vos Schoendovius Hollandus. Fr. Adriaan Westphalinck van Enkhuizen wordt door De Vos als reisgenoot genoemd. Wasser 1983 p. 156. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1619 WestphalinckMemorij van myn leste Reijs die ick gedaen hebbe in Duytslandt als in bohemen. In polen, ongeren, als oostenrijck, stijermarck, Weenen, corinten ende italien, cijsijlien, candia, sijperis, alexandrette, aleppo ende palesteyne, egypten sijrijen, cayro, alexsandrijn Jerusalem etc. Hs. Brussel, KB 7382 onder 5 (19220-21) Adriaen Westphalen: Seer korte en waerachtige aantekeningen etc. fol. 20-65, XVIIe eeuw. Vgl. Lampen 1928 hierboven onder De Vos. Frederick Adrijansz Westphalinck (van Enkhuizen) vertrok al in 1615 voor zijn omzwervingen door Europa. Blijkens zijn verslag sloot hij zich op 17 maart 1620 samen met Adr. de Vos te Aleppo aan bij een karavaan van Paaspelgrims naar Jerusalem. Wasser 1983 p. 157. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1625 SpaenBeschryvinge van een reijse gedaen van Herman Jansz. Spaen door dat lant van beloften. Hs. Den Haag, Algemeen Rijksarchief 1891 20c, 19 pag. met vooraf een Korte beschryvinge van het landt Canaan. Dit hs. dat is toegevoegd aan een Kort verhaal van de reis naar Venetië van Johan Berck, ordinaris ambassadeur van de Staten Generaal bij de Republiek Venetia, met latere aantekeningen tijdens het verblijf aldaar over de jaren 1622 tot 1627 staat vermeld onder nr. 454 in de Inventaris aanwinsten Eerste Afdeling van het Algemeen Rijksarchief te Den Haag. De Heer Dr. R. Dekker te Rotterdam was zo vriendelijk mij op het bestaan van dit hs. attent te maken. Het gaat hier om persoonlijke notities in dagboekvorm, zonder andere rubricering. Het verslag begint op 6 juli 1625 te Venetië en beschrijft de zeereis naar Sidon, vandaar met een internationaal gezelschap van 14 personen door Galilea (Nazareth) naar Jerusalem en vervolgens de reis door Galilea en de zeereis terug naar Venetië alwaar aankomst op 3 jan. 1626. Spaen zal daar nog tot 15 april 1627 verblijven ten huize van Johan Berck. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1631 Omer CalleHet Gouden Vlies, ghetrocken wt t'heylichlandt van HIERUSALEM: ghecroont met rosen van Calvarien, met lelien van Bethlehem, met iacinthen van 't Hof van Oliveten. Ende verciert met veele andere blommen van Rave, ende schoone Ghepeynsen, alle t'saemen wassende wt een Landouwe van d'Heylighe Aerde, waeronder ghemenghelt eenighe groenselen van diuersche discoursen, eenpaerlick ghedediciert, ende gheoffert (vignet) Van Veurne door syn ootmoedighen dienaere, ende onderdanighen vassael | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 66]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Andomarus calles, van Veurne. Anno M.DC.XXXV; Hs. Veurne, Stadsbibl. nr. 3168; 17e eeuw (1635) Röhricht BGP 1011 met uitsluitend verwijzing naar Voy. Belg. I, 66-67 waarin een korte analyse en historische aantekeningen over het moeizame verloop van deze reis die tien jaar in beslag nam van 1624 tot 1634. Vgl. Wasser 1983 p. 157. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1630 StochoveReyse van Ionker Vincent Stochove, Heere van Sinte Catharyne, Ieghenwoordigh Burghmeester Van Schepenen Der Stede van Brugghe: In het François beschreven door Hem, ende nu in het Nederduytsch vertaelt, en Met Dicht Is Verlight, Door Prosper De Vynck Religieus inde Abdye vanden Eechoutte; Te Brugghe, gedruct by Alexander Michiels, woonende inde Breydel-straet Anno M.DC.LVIII (1658) Met Gratie en privilegie. Exemplaar van deze druk 4o, 8 + 301 pp. te Gent UB evenals van 2. Het Bereysde Oosten Door Jor Vincent Stochove etc. Den tweeden Druck. By wijlent den Hr Autheur oversien, van een vierde vermeerdert, ende met 33 Kopere Plaeten versiert. Tot Brugghe, ghedruckt by Josse vander Meulen, inde Breydel-straete in St. Anthone 1681. 8o, 450 pp. en 114 pp. toevoeging: Otthoman, Ofte Kort Begryp Der levens van de Turckse keysers. 3. Eveneens te Gent UB exemplaren van de oorspr. Franse edities, verlucht met aanzichten van veel steden: Voyage du Sieur De Stochove Faict es années 1630, 1631, 1632, 1633 etc. Bruxelles Velpius 1643 en 4 en 5. Voyage du Levant du Sr De Stochove etc. Ibidem 1650 et 1662. Zie voor een en ander: Bibl. Belg. V p. 244-247; Röhricht BGP 1012; Voy. Belg. II, 107-126 voor analyse en biografische gegevens over de auteur-pelgrim Jonker Vincent van Stochove uit Brugge. Wasser 1983 p. 157. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1633 Van der LindenHeerlijke en gelukkige reys naer het Heylig land en Stadt van Jerusalem beschreven en bereyst door broeder Jan van de Linden, Pater van de Cellebroeders te Antwerpen in 't jaer onzes Heeren 1633 tot stigtinge en vermaek van de Jonkheyd, die geerne wat nieuws leezen. Leest, Begrijpt en Onthoud. Den lesten Druk van nieuws overzien, en merkelijk verbetert. T'antwerpen, by H. Verdussen. 1670. Naast deze druk Antwerpen 1670 waarvan nog een aantal ex. voorhanden zijn, bestaan er een groot aantal andere 17e en 18e eeuwse drukken. Vgl. Röhricht BGP 1020. Zie ook Voy. Belg. I, 66-67 en II, 137-133 voor een analyse. Wasser 1983 p. 157-158. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1640 MemoryMemory van myn Reijse van Nazareth. Hs. Leipzig UB 328, 14 april 1640 (datum reis of datering hs.?) volgens opgave in de BNM. Bij navraag op de Bibl. van de Karl Marx-Universiteit bleek dit hs. op grond van deze gegevens daar niet meer te vinden. Wasser 1983 p. 162. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 67]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1644 SuriusEen Godtvruchtighen Pelgrim ofte Ierusalemsche Reyse, etc. alles ooghelijck bemerckt, ende bij een vergadert door E.P. Bernardinus Surius Minderbroeder recollect. Eertijds Commissaris van het H. Landt, ende President van 't H. Graf ons Heeren binnen Jerusalem in de jaren 1644. 45. 46. ende 47. Tweeden druck, door den Auteur vermeerdert, Tot Brussel, by Ian Mommaert, in de Druckerij 1653. Naast deze tweede druk bestaat er een eerste druk Brussel 1650 en verschillende herdrukken in de 17e en 18e eeuw alsmede een drietal Franse edities, alle vermeld bij Röhricht BGP 1054. Over de uit Roermond afkomstige auteur: Biogr. Wdb. VdAa, XVII, 1080; een analyse in Voy. Belg. I 66-69, II 155-163 en p. 108; Wasser 1983 p. 158. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1644-47 PelgrimagiePelgrimagie naer het H. Land. Hs. Parijs, Bibl. Riant XVIIIe eeuw. Zie Röhricht BGP 1055 die indertijd tevergeefs om nadere inlichtingen vroeg. Op mijn informatie bij de Bibl. Nat. te Parijs kreeg ik te horen dat men niet begreep op welk hs. deze gegevens konden duiden. Vanwege de exacte overeenkomst in datering meen ik hier met een 18e eeuwse kopie van het boek van Surius te doen te hebben. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1657 SchimmelpenninckJournael gehouden bij mijn Assuer Schimmelpenninck van der Oye tot Holthuisen, in het Jaer 1657. Hs. Huize De Poll onder Voorst bij Zutphen, 17e eeuw. Ed: A. Baron Schimmelpenninck v.d. Oye in Kroniek van het Hist. Genootschap, 26, p. 537-588 en ook door A. Schimmelpennick v.d. Oye van Nijenbeek in een aparte uitgave van 1880. Eerstgenoemde geeft ook historische bijzonderheden over de pelgrim en diens familie. Röhricht BGP 1101; Wasser 1983 p. 158. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1664 GonzalesHierusalemsche Reyse van den eerw. pater P. Anthonius Gonzales minderbroeder recollect Voor desen Guardiaen tot Bethleem, President te Tripoly in Syrien, Pastoor in groot Cayro, Commissaris van het H. Landt, etc. verdeylt in ses boecken.
T'Antwerpen, By Michiel Cnobbaert, woonende by het Professen huys der Societeyt Jesu, in S. Peeter, 1673. 1320 pag. in twee delen met aanzichten en illustraties. Ex. o.a. Nijmegen UB 67 C 87 1 en 2, Röhricht BGP 1133; Analyse in Voy. Belg. II, 167-176 en in Vlaams België 14 (1844) door Ph. Blommaert; Wasser 1983 p. 158-159. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 68]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Lijst van literatuur en bronnen waarnaar herhaaldelijk wordt verwezen
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 69]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 70]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tiengeboden 8 NL-6576 JM OOIJ | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 71]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Sommaire
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 72]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
actère spécifique de tous les récits est pris en compte, aussi bien les differences relatives à l'époque de leur conception que la diversité provenant des goûts et des orientations de leurs auteurs: simple et dévote relation de pèlerinage, livre de méditation allégorique ou plutôt guide pratique; livre d'aventures ou traité scientifique biblique voire apologétique. On trouve les références des sources à la fin du traité selon l'ordre chronologique. |
|