Boekbesprekingen
Aloïs Gerlo, ‘Tekstkritische bijdrage tot de levensbeschrijving van Justus Lipsius’, Mededelingen van de Koninklijke Academie voor Wetenschappen, Letteren en Schone Kunsten van België, Klasse der Letteren, Jaargang XXXIX (1977), nr. 3, 13 p.; Prijs: 100 B.F.
Bij het persklaar maken van 100 Lipsiusbrieven voor deel I van het corpus I L E, deed Prof. Dr. A. Gerlo enige vaststellingen, die meer helderheid werpen op Lipsius' Leidse jaren en meer bepaald op de periode die onmiddellijk voorafgaat aan het cruciale jaar 1586, toen hij bij de Leidse Universiteit om ontslag vroeg en van het hiervoor in de plaats bekomen verlof gebruik maakte voor het ondernemen van een poging om het Noorden definitief vaarwel te zeggen. Deze ‘vlucht’ van 1586, die evenwel op een mislukking uitliep, bleef tot voor een 15-tal jaren een loutere hypothese van de Lipsiusbiografen. Sindsdien hebben Van Dorsten en Sué deze veronderstelling met de nodige bewijzen kunnen vestigen als een vaststaand feit. De bijdrage die Prof. Gerlo nu brengt met onderhavig artikel tot de Lipsiusbiografie is het feit dat Lipsius op het ogenblik van het persklaar maken van zijn brieven voor de beroemde Centuriae epistolarum Justi Lipsi, die te Leiden en te Antwerpen bij Plantin vanaf 1586 verschenen, nl. in 1585, reeds plannen had opgevat voor een terugkeer naar de Spaanse Nederlanden.
Prof. Gerlo kwam tot de bevinding van dit nieuwe gegeven door een tekstkritische studie van een aantal Lipsiusbrieven uit de jaren 1582-1583, waarvan de bewaarde originelen of kopieën konden vergeleken worden bij de uitgave van deze brieven door Lipsius bezorgd in de bovenvermelde Centuriën. Systematische vergelijking bracht menigvuldige correcties, aanpassingen en vervolledigingen van de hand van Lipsius aan het licht, die steeds bestonden in het wegschrabben of nuanceren van passages die een katholiek en Spaansgezind lezerspubliek een doorn in 't oog konden zijn.
Zijn aanvankelijke anti-Spaanse stellingname, zijn vriendelijkheid betoond t.o.v. fervente calvinistische predikanten als een Lambert Daneau onder meer, die nog duidelijk waarneembaar zijn in de originele versies van de brieven uit 1582-1583, heeft Lipsius behendig omfloerst bij de voorbereiding van zijn Centuriën in 1585. Ook zijn uitgesproken anti-Franse gezindheid van 1583 heeft hij bij de publikatie liefst verdoezeld, dit om redenen die de auteur later wenst te behandelen aan de hand van de Lipsiusbriefwisseling uit volgende jaren.
Van deze sprekende tekstaanpassingen heeft Prof. Gerlo enkele treffende en overtuigende voorbeelden naar voren gebracht, die inderdaad duidelijk aantonen dat Lipsius het anti-Spaanse masker, dat hij nog in 1582 droeg, en de calvinistische gezindheid, waarvoor hij nog in 1583 openlijk uitkwam, in 1585 weg wou werken