De Gulden Passer. Jaargang 24

Bericht aan de leden van de Vereeniging der Antwerpsche Bibliophielen.

Op 13 Januari 1946 werd een Buitengewone Algemeene Vergadering gehouden in de conferentiezaal van het Museum van de Vlaamsche Letterkunde te Antwerpen. Zij mag als bijzonder belangrijk beschouwd worden, niet alleen omdat zij voor de eerste maal na de lange oorlogsjaren opnieuw de mogelijkheid bood tot contact nemen van de leden onderling en met het Bestuur (het is alleen jammer dat te weinig leden daarvan gebruik maakten), maar ook omdat zij tot taak had nieuwe statuten goed te keuren (die intusschen in het Staatsblad van 16 Februari 1946 werden gepubliceerd), waardoor aan de Vereeniging het wettelijk statuut van Vereeniging zonder winstgevend oogmerk werd verleend. De bedoeling was, op deze wijze tal van moeilijkheden, in verband met de financieele maatregelen door de Regeering getroffen, te vermijden en alzoo gunstiger voorwaarden te scheppen voor de werking van de Vereeniging. Tevens werd een nieuw Huishoudelijk Reglement goedgekeurd en een nieuw Bestuur verkozen, dat als volgt werd samengesteld: Lode Baekelmans, Eere-Bestuurder der Stedelijke Bibliotheken, Antwerpen en R. De Bock, Bankbestuurder, Antwerpen, voorzitters; Prof. Dr. F. Lyna, Hoofdconservator der Koninklijke Bibliotheek, Brussel, en Prosper Verheyden, Eere-hoofdopsteller van het Gemeenteblad, Antwerpen, ondervoorzitters; Dr. H.F. Bouchery, Docent aan de Rijksuniversiteit te Gent, secretaris;

[p. 104]

Am. Dermul, Bestuurder b.k. van de Stadsbibliotheek, Antwerpen, penningmeester; Prof. Dr. F. Baur, Gent, J. Cools, Onderoverste bij het Stadsarchief, Antwerpen, J. Ernalsteen, Archivaris der Provincie Antwerpen, Prof. Dr. J. Gessler, Leuven, Dr. L. Indestege, leeraar aan het Kon. Athenaeum, Brussel, E.H. Prof. Dr. J. Van Mierlo S.J., Antwerpen, Dr. F. Schauwers, Conservator bij de Kon. Bibliotheek, Brussel, J. Stellfeld, Voorzitter van de rechtbank van eersten aanleg, Antwerpen en Prof. Dr. J. Vanderheyden, Leuven, leden. Tot Commissarissen werden verkozen: E. Bonnivert, wisselagent en J. de Gée, expert, beiden te Antwerpen.

In zijn verslag wierp de Secretaris een terugblik op de jaren 1940-1945. Hij wees er op hoe de Vereeniging, ondanks de moeilijke tijdsomstandigheden, zich in een waren opbloei mocht verheugen: het tijdschrift De Gulden Passer breidde zich uit, de kring der medewerkers werd breeder, het aantal rubrieken vermeerderd, de omvang van elke aflevering vergroot. Steun - materieele en moreele - van de Universitaire Stichting van België werd verkregen. Het ledenaantal nam flink toe: van 63 in 1940 tot 290 in 1945. Alle gewesten van het land waren in den schoot der Vereeniging vertegenwoordigd. Verschillende boekdeelen (in de eerste en de tweede reeks) kwamen van de pers: enkele daarvan mogen terecht beschouwd worden als ware bibliophielen-uitgaven.

Er waren ook sombere dagen: drie leden van het in 1941 aangestelde Bestuur werden ons door den dood ontrukt: Dr. J. Denucé in Februari 1944, Edmond Denie in December 1944, Prof. Dr. A.H. Cornette in Januari 1945. Gedurende de jaren 1944 en 1945 werd de Vereeniging zwaar beproefd: zij had het overlijden te betreuren van niet minder dan 15 leden. Er waren onder hen slachtoffers van het bommengeweld en, helaas, ook van de concentratiekampen. Behalve de reeds genoemde Bestuursleden vermelden wij: Z.E. Heer J. Schoofs, St. Truiden, L. Bleeckx, Mechelen, D. Bouchery, Mechelen, Lode Zielens, Antwerpen, Ch. Rausenberger, Antwerpen, Prof. Dr. A. Vermeylen, Brussel, C. Perier, Antwerpen, M. Van den Broucke, Knocke a/z, L. Van Boeckel, Lier, Dr. E. Hansen, Antwerpen, E. Beukeleers-Donche, Merksem, E. Van Aelst, Maastricht.

Van zijn kant wees de Penningmeester er in zijn verslag op dat, ondanks de sombere oorlogsjaren, de geldelijke toestand van de Vereeniging bevredigend mocht heeten, dank zij vooral den milden steun van talrijke leden die vrijwillig het bedrag van hun contributie verhoogden. Niettemin, gezien de heerschende levensduurte, bleek het noodzakelijk - en de Algemeene Vergadering was het daarmee eens - de jaarlijksche bijdrage voor 1946 vast te stellen op minimum 100.- fr., maximum 500.- fr.

In zijn slotwoord richtte Voorzitter L. Baekelmans een oproep tot de leden opdat zij actief zouden medewerken en een intense propaganda voor het werven van leden zouden voeren. Het oogenblik is - zei hij - daartoe gunstig: in alle kringen blijkt er een warme belangstelling voor het boek te bestaan. Indien de Vereeniging er in slaagt duizend bibliophielen in haar schoot te groepeeren - en daartoe bestaat in ons land zeker kans -, dan worden voor haar werking groote mogelijkheden geopend en gaat zij een schitterende toekomst te gemoet.

B.