In memoriam Paul Faider
Op 25 October 1940 overleed, na een pijnlijke ziekte gevolgd door een heelkundige bewerking, de heer Paul Faider, geboren te Luik op 20 September 1886.
Paul Faider, professor in de klassieke philologie aan de Universiteit te Gent werd, bij het vervlaamschen dezer instelling, in beschikbaarheid gesteld. Oordeelend dat hij te jong was om werkeloos te blijven, en dat hij het met zijn geweten niet kon overeenbrengen een jaargeld van den Staat te ontvangen zonder hiervoor een tegenprestatie te leveren, verzocht hij de Regeering, die op zijn voorstel inging, hem aan te stellen tot conservator van het Museum Warocqué te Mariemont. Een tiental jaren ongeveer oefende hij deze functie uit, geheel belangloos, met een voorbeeldige toewijding, en met groote bevoegdheid en waardigheid.
Paul Faider was, sedert 1937, medewerker geworden aan De Gulden Passer en heeft voor dit tijdschrift de volgende twee bijdragen geleverd: Note sur deux éditions plantiniennes conservées au Château de Mariemont (1937, 37-48); L'exemplaire de présentation des Opera Omnia de Juste Lipse, de 1637 (1938-1939, deel I, 31-38), waarvan hij de drukproeven nog heeft gelezen, doch dat slechts na zijn dood werd afgedrukt. Nog andere bijdragen had hij ons beloofd, waarvoor hij ruimschoots stof vond in de zeer rijke bibliotheek van het Kasteel van Mariemont; helaas, het Noodlot verijdelde de verwezenlijking van al zijn plannen, en beroofde De Gulden Passer meteen van menige interessante studie.
Het hoofdwerk van Faider, waaraan hij zich met hart en ziel wijdde, was het tot stand brengen van catalogussen van de handschriften der openbare bibliotheken van België. Zijn eerste prestatie op dit gebied is geweest de Catalogus van de handschriften der Stadsbibliotheek te Mons (1931), verschenen in de reeks ‘Werken uitgegeven door de Faculteit der wijsbegeerte