van de bruto opbrengst van een boek ten slotte in de zak komt van hem, zonder wien het boek er niet zijn zou.
Mij dunkt, dat dit deel in het gunstigste geval een achtste bedraagt. Hetgeen natuurlijk weinig is.
Ik zou zoo graag willen weten, wáárom de schrijver tegenwoordig zedelijk verplicht wordt geacht om deel te nemen in het risico van een uitgeversbedrijf? En waarom de schrijver alléén?
De auteur kan men, zuiver materieel gesproken, beschouwen als de leverancier van grondstoffen. Welnu, een leerhandelaar verkoopt een boekbinder toch ook geen huiden op conditie dat hij zooveel krijgt per boek, dat er in zijn leer gebonden wordt!
Er is maar één gezonde toestand. De uitgever koopt een manuscript, met het recht om een bepaald aantal exemplaren daarvan op te leggen en in een bepaalde termijn te verhandelen.
Hij koopt dus bijvoorbeeld voor duizend gulden het recht om twee duizend exemplaren van een bepaalde roman te drukken, welk recht hij vier jaar houdt. Na die vier jaar is de schrijver vrij om over zijn boek te beschikken, zonder rekening te houden met de eventueele voorraden des uitgevers.
Men versta mij goed. Wanneer een auteur een regeling wil treffen, welke hem nuttig voorkomt, dan is hij daarin geheel vrij. Ik kom alleen op tegen de voorstelling als zou de royalty-regeling de eenige goede en eerlijke zijn. De royalty-regeling is integendeel altijd een bittere onrechtvaardigheid tegenover de auteurs, die daardoor gedwongen worden zich te interesseeren in zaken, waarvan zij geen verstand en waarover zij geen contrôle hebben.
Helaas, hebben de schrijvers, gezien de onverschilligheid van het publiek, heel weinig in te brengen. Zij zijn meestal al blij, wanneer hun werken gedrukt worden, zonder zich te kunnen bekreunen om hun rechten en hun voordeel.
Van deze staat van zaken maken H.H. Uitgevers gebruik om hun een onwaardige en onrechtvaardige royalty-regeling op te dringen. Daar is nu eenmaal niets aan te doen. Maar daarom gaat het nog niet aan om dien misstand te verheerlijken en om te verkondigen, dat de schrijvers nog heel blij moeten zijn over de goedgunstige beschikkingen van H.H. Uitgevers.
Het royaltysysteem is tegenwoordig, helaas, in zwang gekomen en het is voor vele onzer (weer: helaas) onvermijdelijk. Maar daarom is en blijft het toch een grof misbruik, waaraan wij ons alleen maar noodgedwongen onderwerpen.
J. GRESHOFF