2.
Den 29en Augustus 1926, des namiddags om 4 uur, ontmoette Roth op de Place de Madeleine te Parijs zijn vriend Franz Tunda. Hij heeft na deze ontmoeting diens levensgeschiedenis neergeschreven en in boekvorm bij Kurt Wolff te München laten verschijnen (‘Die Flucht ohne Ende’). Dit boek is geen roman, hetgeen de auteur ons in zijn voorwoord nog eens met nadruk verzekert: ‘Im Folgenden erzähle ich die Geschichte meines Freunden, Kameraden und Gesinnungsgenossen Franz Tunda. Es handelt sich nicht mehr darum zu ‘dichten’. Das Wichtigste ist das Beobachtete’. Roth is dus, wat wij zouden kunnen noemen, een ‘psychologisch reporter’.
Eerste luitenant Franz Tunda vlucht in het jaar 1916, met behulp van een Pool Baranowicz uit een kamp met Russische krijgsgevangenen en brengt in gezelschap van dezen Pool twee jaren door in de bosschen van Noord-Siberië. Hoewel hij met den Pool meer bevriend is dan met iemand anders ter wereld, verlaat hij hem terstond als hij hoort, dat er vrede gesloten is en de Russische Revolutie is uitgebroken. Hij verlaat Siberië, stuit onderweg op een afdeeling van het Roode Leger, heeft een liefdesverhouding met een communiste, die tot deze afdeeling behoort, schrikt echter na enkele maanden voor een blijvende deelneming aan de Revolutie terug (‘Die Revolution war ihm unsympathisch, sie hatte ihm die Karriere und das Leben verdorben’ - pag. 29 -); verlaat dus de vrouw, waarmee hij een paar maanden leefde en waarvan hij aanvankelijk meende te houden. Tunda gaat immers steeds weg, wanneer hij meent, dat zijn liefde op den duur niet sterk genoeg zal blijken. Die Flucht ohne Ende.
In de troostelooze petroleumvelden van Baku heeft hij een liaison met een Française. Parijs lokt - Frankrijk - West-Europa. Hij verlaat dus ook Baku en bezoekt eerst Weenen, waar hij geboren werd en jaren lang leefde. Alles is veranderd in deze jaren. Hij vindt nergens contact - begrijpt deze wereld niet meer. Roth beschrijft hier hetzelfde conflict, dat reeds een paar jaar vroeger Bert Brecht behandelde in ‘Trommeln in der Nacht’: de terugkeer van een verloren gewaand soldaat is een wereld, waarin voor hem geen plaats meer is. Bij Brecht vindt de doodgewaande soldaat tenslotte zijn vrouw en gaat hij met haar naar huis, waar een bed en misschien wat geluk hem wacht. Joseph Roth laat Franz Tunda verder leven, zooals hij leefde. Waar en hoe deelt hij ons niet mee.
De geschiedenis van Franz Tunda is de geschiedenis van een generatie (eveneens zouden wij willen zeggen van zijn auteur). De geschiedenis van een generatie, die hare idealen verloren heeft en geen contact meer kan krijgen met de idealen van het socialisme. Franz Tunda is na jarenlange afwezigheid in Europa teruggekeerd. Hij vindt dezelfde wereld, die hij verlaten heeft. Alles is gebleven, zooals het voor den oorlog was. Hij bemerkt, dat al deze millioenen soldaten een vergeefschen dood stierven. Dat deze verschrikkelijke episode 1914-1918 door velen reeds vergeten is, dat allen zich moeite geven haar te vergeten. Tunda is individualist en bang zich bij de socialistische of communistische partij aan te sluiten. Hij is sceptisch geworden en niet meer in staat een ideaal met overgave te dienen. Tunda haat deze wereld niet, hij verwondert zich er enkel over, ziet het corrupte karakter ervan en de voosheid dezer samenleving, doch ontmoet nergens eenig contact, slaagt er niet eens in een wettige pas te krijgen, voor de ‘wet’ te bestaan. ‘Gehen Sie in Ihr verehrungswürdiges Massengrab zürück, wie wir Sie verschollen wähnten - Sie stören doch mur unsere Geschäfte’. Franz Tunda heeft geen pas - geen levensdoel - geen ideaal - behoort bij geen enkele partij - bezit vrouw noch kind.
Zoo stond hij den 27 Augustus van het jaar 1926, des namiddags te 4 uur op de Place de Madeleine. ‘Er wusste nicht was er machen sollte. Er hatte keinen Beruf, keine Liebe, keine Lust, keine Hoffnung, keinen Ehrgeiz und nicht einmal Egoismus, So überflüssig wie er war, war niemand in der Welt’.