Het Nederlandsche boek 1929
De grafische kunstenaar J. van Krimpen teekende het omslag en verdere versieringen van Het Nederlandsche Boek 1929, dat als Jaarboek van den Ned. Uitgeversbond verscheen en dat onmisbaar is voor allen, die op de hoogte wenschen te blijven van wat in Nederland werd uitgegeven.
De redacteur van De Boekverkooper, de heer C.J. Kelk schreef een uitvoerig artikel, waarin hij vertelt over het hedendaagsche bedrijf van den boekhandelaar en over de inrichting van den modernen boekwinkel, alsmede over de cultureele taak, die de boekhandel zich heeft gesteld.
De dichter P. Gasus stond ter inleiding een gedicht af, waarin met nadruk wordt gewezen op het ‘waardevol bezit’ dat een goed boek is, hetgeen men niet moet leenen, maar koopen.
In het voorbericht wordt vermeld, dat dit de zesde maal is, dat dit Jaarboek verschijnt en dat de heer P. Bausch, de redacteur van het Nieuwsblad voor den Boekhandel, de registers en lijsten verzorgde.
Vervolgens vindt men een in rubrieken verdeelde catalogus van tusschen Sept. '28 en Sept. '29 verschenen uitgaven, en daarna ‘Mededeelingen van Uitgevers’, die voor het meerendeel met korte aankondigingen een overzicht van hun uitgaven geven.
Tal van illustraties toonen met welk een zorg de banden en titels der uitgaven worden versierd.