3.
Een eerste aanklacht tegen den dichter Johannes R. Becher werd in Juli 1925 ingediend wegens voorbereiding tot hoogverraad en beleediging der republikeinsche staatsvorm. De uitingen, waartegen deze aanklacht zich richtte, zijn te vinden in ‘der Leichnam auf den Thron’; - ‘Arbeiter, Bauern und Soldaten’ en ‘Vorwärts du Rote Front’. De dichter werd aanvankelijk in hechtenis genomen, doch na de zoogenaamde Hindenburgamnestie in vrijheid gesteld. Ondertusschen was een nieuw werk verschenen, de roman (C.H.CI.CH)z As. (Levisite) oder der einzig gerechte Krieg’ - een werk dat zich vooral richt tegen een komenden gasoorlog. In Januari 1926 liet de politie te Berlijn het boek in beslag nemen en een aanklacht tegen den dichter indienen. Dit boek, dat door de rechters als een poging tot voorbereiding eener revolutie wordt beschouwd, is in wezen een dringende waarschuwing tegen een komenden gasoorlog. Uit de officieele aanfklacht citeer ik hier enkele der door de justitie uitgezochte gedeelten - citaten dus door deze rechters uitgezocht, om een veroordeeling van den dichter te bewerkstelligen.
Pagina 8. ‘Es geht um das, was ist.’
Pagina 9. ‘Gewidmet der kommenden Deutschen Revolution.’
Pagina 203. ‘Es lebe der Kamf, es lebe die Revolution.’
Pagina 283. ‘Und dies Kommandowort, das die Geschichte der Werktätigen aller Länder zuruft, heiszt: Klassenkrieg.’
Pagina 311. ‘Revolution bedeutet auch kleine, zermürbende Parteiarbeit.’
Pagina 358. ‘Schreit: Sovjet-Deutschland entgegen.’
De aanklacht wegens godslastering berust vooral op het volgende citaat:
Pagina 278. ‘und er, der Herz dieser aller blinzelt und schmunzelt und saugt, wohl ein wenig zu wollüstig schlürfend, die narkotischen Düfte des Weihrauchs ein und räkelt sich, dasz der ewigkeitsschwangere Leib beinahe aus dem Leim kracht, auf seinem himmlischen Plüschsofa ...’ (Daarbij dient te worden opgemerkt, dat vele dezer uitspraken citaten van anderen zijn, enkel door Becher in den roman verwerkt om den indruk te versterken).
Niet alleen dat de rechtbank dergelijke uitingen vervolgt is bedenkelijk voor het aanzien der Duitsche rechtspraak - bedenkelijk is ook, dat de werken van Johannes R. Becher reeds veroordeeld zijn in het bekende proces tegen Duitsche boekhandelaren, die er van beschuldigd werden in hun winkels revolutionaire werken te verkoopen. De groteske situatie doet zich dus voor dat men - inplaats van den Dichter gelegenheid te geven persoonlijk zijn werk te verdedigen -