Doch dan opeens komt de grijns weer rond zijn mond om dit belachelijk ten doode gedoemde zich hernieuwen van een stokoude aarde, en hij gevoelt zich bedrogen, weet het zijn eigen schuld, en daarom scheldt hij:
spring omnipotent goddess .....
from being brought to bed of crocuses.
When you sing in your whiskey voice
rises on the head of the earth.
Hij heeft al de facetten van een diamant, doch is aan den eenen kant nog pure steenkool. Hij is ongeschikt voor prettige bloemlezingen, niet omdat hij on-braaf zou wezen, o neen, al schrijft hij een verrukkelijk gedicht over zijn ontmoeting in een hittegolf met een-hem-van-vroeger-bekende-dame, nu liggend in een goot, die,
maar juist door deze bittere oprechtheid, die den bundel maakt tot een revue zijner vele stemmingen. Hij voert u door alle dimensie's van zijn wezen, en na den duizel der liefdesextasen, wanneer
darkness and beauty of stars
was on my mouth petals danced
ontwaakt gij met hem als sandwichman in de canyons der asphaltstraten, met een ziel platgedrukt tusschen twee planken. Doch als tegengift voor deze sombere oprechtheid eischt hij, dat gij ook zijn hebbelijkheden aanvaarden zult; zijn minachting voor elke interpunctie, het ronddobberen van losse woorden over de pagina, waardoor sommige verzen lijken op een uit het lood gezakte rij zwemmende eendjes. Verdenk hem echter niet van de truc der jonge dichters om met weinig woorden en veel wit een bundel te vormen, want hij opent, een jongere Spenser, met een Epithalamion, dat één-en-twintig hartstochtelijke stanza's telt.
Achter deze klassieke kohorte tirailleeren zijn overige verzen in een grillig gebroken linie, in los verband en felle kleur, als het ware een vreemdenlegioen, waarin elk de eigen taal spreekt. Zij ontmoeten weinig tegenstand, want de dreunende voortroepen hebben reeds korte metten gemaakt met de critici, die een keel kwamen opzetten over bandeloosheid-uit-onmacht en wat dies meer zij. Toch blijft hij voor alles de lyricus van het korte vers; lyricus echter zonder de associatie's van sentimentaliteit en ‘hik’-ziekte, doch in dien zin, dat hij de verhoudingen aller dingen, zichtbare en onzichtbare, herschept naar willekeur; een taalchemicus, die de vreemdsoortigste koppelingen van de oer-elementen substantief en adjectief aandurft. Zijn verbeelding, gelijk die der Kelten, is een sneeuwbal, die onder het rollen groeit, een vlam, die zichzelf aanstookt.
In den droom ontvlucht zijn lief hem driemaal; zij wordt waterlelie en hij jaagt haar na op een porfieren paard; dan hoort hij haar zingen in ‘a tree of tall marble’ en nu is de roode zonsondergang zijn strijdros; doch als zij ster wordt, en tusschen hen zwijgt de eeuwige ruimte, dan
upon a thousand years arched with agony,
en hij plukt haar uit de hand van God met het achteloos zelfverzekerd gebaar van een boerenjongen, die kersen plukt. Maar niet altijd is zijn scheppen hemelvaart; soms is de duistere kracht er:
i am going to utter a tree, nobody shall stop me,
en dadelijk daarop de terugslag, het besef van eigen tijdelijkheid tegenover zwijgend, zich zelf eeuwig vernieuwend natuurwonder:
it does not greatly matter to the sun
Dan, om met Nijhoff te spreken, ‘zingen de woorden zich los van hun beteekenissen’, en:
one by one are turned suddenly and softly into irresponsible toys ...
en alle leefwezens worden marionetten, waaraan de Dood touwtjetrekt, temidden der bedriegelijke natuurdecoratie's; en in zoo'n stemming verhaalt hij hoe een ster sabbelt aan het aas van den morgenstond, en, eindelijk gevangen, weggerukt wordt, de eeuwigheid in, en peinst:
a bit of tobacco and gladness
plus little derricks of gesture.
Tot opeens de liefde komt, en de verrukking terugkeert
night's speechless carnival
Doch de Dood, die hem overal als een nachtmerrie achternaspookt, verschijnt ook hier; hij had afscheid van hem genomen in het doodslied op Buffalo Bill, dat eindigt in de angstige vraag:
and what i want to know is
how do you like your blueeyed boy
Eén (again love I slowly gather of thy languorous mouth the thrilling flower) twée (love the breaking of your soul upon my lips) kussen, dan staat de Dood tusschen hen, en zijn hartstocht verdonkert zich tot deemoed, en hij weet dat in den Dood vergiffenis is voor haar zondige liefde:
...thou wilt come to her and brush the mischief from
her eyes and fold her mouth the new flower with thy
unimaginable Wings, where dwells the breath of all persisting stars ...
In den droom keert zij tot hem terug:
it is at moments after i have dreamed
of the rare entertainment of your eyes,
when (being fool to fancy) i have deemed
with your peculiar mouth my hearth made wise;
at moments when the glassy darkness holds
the genuine apparition of your smile
(it was through tears always) and silence moulds
such strangeness as was mine a little while;
moments when my once more illustrious arms
are filled with fascination, when my breast
wears the intolerant brightness of your charms:
one pierced moment whiter than the rest
turning from the tremendous lie of sleep
i watch the roses of the day grow deep.
Dit superbe sonnet, wel het beste uit den bundel, staat in de afdeeling ‘Unrealities’. Daarnaast staan de ‘Realities’, waarheen hij vlucht, wanneer de ziel de ijlheid der hemelstreken niet langer verdraagt; en moe van de marteling der ‘exquisite froms and whithers of existence’, zich haar tegendeel herinnert.
Dan schrijft hij kleine ijskoude drama's in één sonnetregel: ‘kitty’, sixteen, 5' 1", white, prostitute ...
Hij is psychisch onberekenbaar, en technisch onbetrapbaar. Een zéér aardsche hemeling.
Zie verder zijn zelfportret. De cirkel is voltooid. Ik groet u.
A. DEN DOOLAARD