[Redactioneel]
Wat de Lente is in de Natuur, dat is het Kind-zijn in het Leven.
'n Begin is het en 'n Belofte; 'n Begin van groeikracht en bloesemrijkdom, 'n Belofte van bloemenpracht en vruchtbaarheid.
Evenals de eerste knoppen aan den boom ons voorspellen den bladertooi, zoo spreken de eerste uitingen van het kind tot ons van wat de mensch eens zijn zal. Want al wat bij de volwassenen in hoofd en hart leeft, 't is in kiem reeds bij het kind aanwezig.
Evenwel, wat de plant aan vruchten voortbrengt in 't najaar, wat zij aan bladerenrijkdom en bloementooi te aanschouwen geeft in den zomer, het is voor 'n groot deel afhankelijk van de zorgen des tuinmans in de Lente. Dat wij, tuinlieden dan onzen plicht vervullen! Dat wij wegrukken met naarstige hand al wat den vrijen opgroei kan belemmeren en verhinderen! Dat wij met warme geestdrift en rustig verstand zoeken en aanbrengen de beste voorwaarden voor een zegengevende Lente!
Dat wij vooral die Lente rijk maken aan Zonneschijn!
Is er iets, dat hoopvoller, opwekkender en meer krachtgevend is dan een mooie Lente? Zou er iets zijn, dat het Leven rijker en inniger maakt dan een gelukkige jeugd?
Daarom gij allen, ouders en onderwijzers, uw beste krachten gegeven, om den kinderen te schenken een zonnige jeugd van geluk, - uw beste krachten gegeven om van hen te maken menschen, die de taak, die leven heet, vervullen met blijden moed, met opgewekten zin, met hoog-heiligen ernst.
Want bedenkt te allen tijde:
Het kind is 'n Belofte. Hij, die opvoedt, vermag niet alles, maar groot is zijn invloed op datgene, wat die Belofte in vervulling wezen zal.
'n Krachtige bondgenoot van den opvoeder is het Boek.
Kiest dan met zorg uw Bondgenooten!