Wij gaan kamperen
Wie zin heeft om te gaan
kamperen, moet maar vlug alle spullen bij elkaar zoeken voor het maken van deze tent. Je hebt nodig: een stukje stevig tekenpapier, wat lijm en een paar spelden. Tekening no. 1 trek je uit dit boek over op doorschijnend papier. Met behulp van carbonpapier druk je nu de tekening - door de lijnen met een niet te scherp gepunt potlood over te trekken - van het doorschijnend papier over op het tekenpapier. Daarna ga je de tekening kleuren. De vakjes 1 t/m 7 kleur je: geel, rood, groen, rood, groen, rood, geel; het gedeelte rondom vakje 4: geel; het grote, witte vlak: rood. Vervolgens knip je de tekening langs de buitenste lijnen uit en je knipt de lijnen, die bij C en D beginnen tot aan de stippellijn in. Nu vouw je het papier langs alle stippellijnen dubbel. De strookjes A plak je tegen de binnenzijde bij B. De voorkant van de tent vouw je langs de stippellijn naar buiten om. Door de stippen steek je een speld. Tevens komt er een speld door de beide hoeken boven in de tent. Aan deze spelden plak je een klein roodwit-blauw vlaggetje, dat je van dun papier knipt en daarna kleurt.