tegen alle comedie, terwijl toch de grootste geesten dit middel tot zedelijke verbetering en aangename onderhouding der menschheid hebben gewaardeerd en zelfs aangeprezen. Summa summarum: dat er geen enkele reden was juist tegen dit spel zoo te keer te gaan, indien het niet ware bekrompen en norsche afkeer van alle levensvreugde of zelfs persoonlijke haat....
En Molière had nog méér gedaan.
Hij had gezorgd voor een slot aan zijn comedie, dat in geen enkel opzicht op een natuurlijke of redelijke ontknooping geleek, doch den koning zoo brutaal vleide, als zelfs diens hovelingen het zeker niet dikwijls vermochten, op deze wijze een machtigen dam opwerpende tegen den wel vermoeden tegenstand van velen aan dat femelende hof.
Maar het mocht alles niet baten en de koning had zeker ‘om van het gezanik af te zijn’, zich laten overhalen de publieke opvoering van het stuk te verbieden. Dat was den 6en Augustus van het jaar 1667.
Hierop volgde een nieuw smeekschrift van Molière, aangeboden aan Zijn Majesteit, ‘dans son camp devant la ville de Lille en Flandre, par les sieurs de la Thorillière et de la Grange, Comédiens de Sa Majesté et compagnons du sieur Molière’, waarin de dichter eerbiediglijk dreigt met algeheele werkstaking, indien het speelverbod van de Tartufe niet wordt opgeheven.
‘...il est très-assuré, Sire, qu'il ne faut plus que je songe à faire des comédies, si les Tartufes ont l'avantage....’
Want hij heeft waarlijk alles, het uiterste, gedaan om de menschen tevreê te stellen, de titel gewijzigd, van Tartufe een edelman gemaakt, nog verdere verzachtingen van den tekst aangebracht en geschrapt ‘avec soin tout ce que j'ai jugé capable de fournir l'ombre d'un prétexte aux célèbres originaux du portrait que je voulois faire’.
Meer kan een mensch niet doen ‘pour contenter tout le monde et son père’.... en nog iets van zijn comedie over te houden ook.
Het smeekschrift eindigt met deze zeer kenschetsende peroratie:
‘Daignent vos bontés, Sire, me donner une protection contre leur rage envenimée; et puissai-je, au retour d'une campagne si glorieuse, délaisser votre Majesté des fatigues de ses conquêtes, lui donner d'innocens plaisirs après de si nobles travaux, et faire rire le Monarque qui fait trembler toute l'Europe.’
Toch duurde het nog tot 5 Februari 1669 eer het verbod werd opgeheven en de Parijzenaars, die naar 'sdichters beweren, van meet af aan tegen het stuk volstrekt niet gekant waren, het eindelijk te zien kregen.
Er is in dit verloop van zaken voor ons, later levenden, veel merkwaardigs.