Grappig liederen-album(ca. 1885)–Anoniem Grappig liederen-album– Auteursrecht onbekend48 der nieuwste en meest geliefkoosde coupletten en comique scènes Vorige Volgende XXI. 't Is mij te geleerd. Een domkop van hoo-ge ge-boor-te, Komt versch van de hoo-ge school. Ter-stond maakt hij nu car-ri - - è-re. A-vance-ment is nu het pa- Voor-uit-ko-men ech-ter is moei-lijk. Men wordt toch zoo vaak ge-pas-seerd. Maar hij brengt het dra tot mi-nis-ter, Zie, dat is mij nu te ge-leerd. Maar hij brengt het dra tot mi-nis- ter, Zie, dat is mij nu te ge-leerd. 2. ‘Wat beleven wij slechte tijden!’ Zoo wordt alle dagen geklaagd. Men gaat diep gebukt onder schulden, Door duizende zorgen geplaagd. En toch wordt het geld weggesmeten In pret en plezier verteerd. Niets verdienen en heel veel verteren - Zie - dat is mij al te geleerd. 3. Een geldman doet groote zaken, Voor duizenden is hij goed. Maar ziet, op een mooien morgen, Daar maakt hij een prachtig bankroet, Aan de arme crediteuren Heeft hij vijf percent uitgekeerd, En hij - blijft de rijkaard van vroeger - Zie, zoo iets is mij te geleerd. [pagina 46] [p. 46] 4. Napoleon, keizer der Franschen, Dat was me nog eerst een held; Hoeveel menschen hij heeft doen erepeeren, Dat heeft men maar nooit geteld. Die groote slachtingen aanricht Wordt door heel de wereld geëerd, Hij is een genie, men aanbidt hem; - Nu hoor, dat is mij te geleerd. 5. Men sticht een asyl voor beesten, Die stakkerts, zij hebben 't er goed: Ze krijgen er kost en bediening En leven op grooten voet. Maar de menschen, die laat men verhongren, Hen helpen is glad verkeerd. Zijn dieren dan meer waard dan menschen? Zie, dat is mij ook te geleerd. 6. Jeannet heeft een lief gezichtje En verdient als naaister haar brood; Maar 't schijnt, dat er op dat zaakje Een verdienste is, kolossaal groot. Zij draagt piek fijne costumes En heeft wat haar hartje begeert, Verzuimt geen concert of comedie - Zie, dat is mij wel wat geleerd. 7. Ik lees tegenwoordig veel kranten En houd veel van politiek. De speeches in onze kamer Die vind ik zoo hoogst komiek. Maar bij een begrooting, die cijfers, - Millioenen, zooveel gij begeert, Van waar zij komen en waar zij blijven!... Neen, dat is mij veel te geleerd. 8. Bis-couplet. Ik heb met mijn jammerklachten U zeker geweldig geplaagd; En met mijne jeremiaden Gewis u het land op gejaagd. En nu roept gij mij nog weder, Welnu, 'k ben er zeer mee vereerd... Maar toch moet ik eerlijk bekennen: Ook dat is mij te geleerd. Vorige Volgende