Golfslag. Jaargang 2(1947-1948)– [tijdschrift] Golfslag– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 318] [p. 318] Kamerparadijzen Tout le malheur des hommes vient d'une seule chose qui est de ne savoir pas demeurer seul dans une chambre. Pascal. Het lijden der mensen belet mij soms te slapen. A. Roland Holst. 't Geluk is ook nog in de huizen niet, Want 's nachts in kamers houdt geen mens gevangen Wat overdag van kim tot kimme vliedt Vervluchtigd reeds voor wie het wil omprangen. In de avondkamer staat de stolp der rust. Maar zingt de ketel, 'k hoor er kinders karmen Of krolse katers lollen voor de lust En 't kwelt mij als een krijten om erbarmen. Dat uit het onbezielde nog bij nacht Een weedom welt, een naklank van het urmen Of blasfemeren waarmee 't mensdom tracht Om voos geluk de godheid te vermurmen. En wacht ons hier geen vreê, laat staan geluk, En valt maar onbewusten, vromen, wijzen, De rust ten deel, van 's levens angstenjuk Bevrijden ons geen kamerparadijzen. A.G. CHRISTIAENS. Vorige Volgende