De Gids. Jaargang 174(2011)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 441] [p. 441] Lucas Hüsgen Het doorzichtige sjaaltje niet van jou over je rechterschouder marinella je elegante pasjes langs het zwembad marinella jij wilde rust die dag nee evangelica ik had er niet meer naartoe mogen gaan jij had mij dat verboden laatst zag ik jou evangelica in de winkelstraat te a. schreed jij met jouw geheimen niet alleen maar die van jou ik fluister ze met jou dag in dag uit jij zag dat - ik zag dat je het zag (hoopte ik dat die blik wat was) - wij hebben daar mooie momenten aan verbonden in herinnering voor ons beiden, zelfs nog die woedeaanval van je, op verkeerd moment, tussen de verkeerde mensen, om een volstrekt foute reden, maar: strelingen bij je ochtendlijke vermoeidheid, meer toenadering (zij duurde; constant maar weer) nergens in de straten (waar we elkaar vermijden, omdat we de namen enkel kunnen fluisteren, en de momenten met niemand zullen bespreken) ook van b. (rampspoed van het pompeuze, zo gemoedelijk) trof ik marinella die eens de blik toewierp (als die van jou, maar nee: dat guitige, dat lichte, dat kokette, die stapjes van haar, en later die ogen zoveel wilder, geloken en zo, verzaligde, [pagina 442] [p. 442] ik trof haar), niet te b. (niet ook in b. waar jij bent), andermaal slechts van de onherkenbaren deelgenoot van mij en hen van jou: tsura ook nog, vergeet ik bijna, jij kroop onder jouw naam uit en zei: wij gaan wandelen / verstoord gezicht van beschaafde dame te c. (nee nee: dat was d.) zij zag ons uit de deur treden (later wilde jij dat ene, om de hoek, veel - ) lijkt het jouwe waar ik achter je naam kroop jouw gezicht verstart zelfs daar omdat je nog langs straten loopt maar jij loopt daar allang niet meer, of omdat je jouw vader verwijt wat jij --- vader (de staat, begin daar maar, je landgenoten met het fatsoen van de huidskleur tegen die van jou) verwijten moet vertelde jij een prachtvol leugenverhaal (veel waarheid stak erin) voor een goede snik of meer dan dat, ik weet het wel, had misschien had dat ene ----- nee ----- moest je niet helpen, na het zwembad waar jij ook het doorzichtige sjaaltje --- gedragen door evangelica, marinella, ook (jij, zij: te lieve jouw lied dat ons lied werd dat ik tegenkwam op de cd wist het niet op voorhand) rond zwembad waar wij (1 plus wie, om wat) elkaar toereikten en verder reikten achter doorzichtige sjaaltjes over rechterschouders gedrapeerd als telkens waar zij dan niet lag [pagina 443] [p. 443] en wij willen er niet aan komen want het was allemaal van ons wij komen er elke keer aan want het is telkens weer iets van de lichaamsdelen - die ver buiten ons vallen - Vorige Volgende