De Gids. Jaargang 171(2008)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 206] [p. 206] Saskia de Jong aan het eind van een lange dag wagen heeft elk de nek tegen de bijl huisgoden, laren, manen en penaten zijn aan het muiten geslagen de rechter is wekker en trechter, heelmeesters betten het lemmet daar komt de mens de jachtige die doodt hij is niet boos doden is medelijden, hij slaat emotie direct terug waarom en hoe iemand een hoofd in een doos de waarheid is een dak boven een hoofd wie zijn naam uitleent is vreemdeling we proberen een touw aan de borstwering tot de morgen wanneer het uur onder voorwaarde is, zij die gaan scheren groeten je het is eb, daar gaat eb mensen worden contouren velen knielen niet, maar vallen om de weg is lek dat het weglekt, de zon is allang ondergegaan in het westen de overlevenden sterven langer zo de dood erop volgt rechtdoor bij de plek waar je bidt blijf liggen tot de volgende ochtend zonder hese schreeuwers wacht een klaagmuur zo gesloten als een steen die afleidt van de steen giechelend golft de grond onder ons bewustzijn dreigt tot in de insecten ze zijn wereldmacht [pagina 207] [p. 207] het is verdacht nacht als de boom valt antikloksgewijs waait wat materie beweegt wat haar richting dikwijls verandert er moet mee worden gestopt een vitaal deel kan niet meer de grond is week gemaakt, Dode Zee, diepste depressie ter aarde wiens leugen is het geheugen een stilte van niets? een uittrillen tot het uiterste rafels van jou kleven rafels van mij aan, litteken ster in je huid het hardst naar de afgrond roept een heraut het weer is eenmalig Dit gedicht werd geschreven op verzoek van internationaal literatuurfestival Winternachten, voor het programma Profetieën. Vorige Volgende