Suriname, Chili, Costa Rica en West-Afrika. Haar prozadebuut, de verhalenbundel Maalstroom, verscheen in 1992, gevolgd door Vrouwvreemd (1994) en het reisverslag Wie goed bedoelt (1996).
barber van de pol (1944) vertaalt, bespreekt boeken en schrijft. Dit jaar verscheen haar vertaling van Cervantes' Don Quichot, alsook Alles in de wind, een bundel essays en verhalen.
jos de putter (1959) was werkzaam als filmrecensent en als redacteur bij Skrien, en schreef voor de Volkskrant, NRC Handelsblad en Hard Gras. Hij maakte een aantal documentaires voor het Ikon-programma Kenmerk, en is thans programmamaker bij de vpro voor Diogenes.
max van rooy (1942) is kunstredacteur van NRC Handelsblad en publiceert vooral over architectuur. Recent verschenen van zijn hand De ongebouwde theaters van Amsterdam en Een circus van steen, over de geschiedenis van de theaterarchitectuur aan de hand van theater Carré.
frans w. saris (1942) is redacteur van De Gids en directeur van het Energieonderzoek Centrum Nederland (ecn), in Petten.
mirjam schöttelndreier (1959) studeerde wijsgerig-historische pedagogiek, schrijft voor de Volkskrant en publiceerde Monsters van kinderen, draken van ouders. De achterkant van huize Weltevree.
maria stahlie (1955) studeerde Frans en Nederlandse taal- en letterkunde. Zij debuteerde in 1987 met Unisono en publiceerde daarna twee verhalenbundels en drie romans. Haar laatste boek, Honderd deuren, werd bekroond met de Multatuliprijs en is genomineerd voor de eci-prijs 1998. Momenteel werkt zij aan een nieuwe bundel, waarin ‘Ochtendbries’ het openingsverhaal zal zijn.
hubert smeets (1956) is redacteur van NRC Handelsblad. Hij publiceerde Gekrenkte zielen. Vrijheid in Rusland (1993). In de jaren tachtig schreef hij regelmatig een politieke kroniek voor De Gids.
bert van heste (1937) doceert Nederlandse taal- en letterkunde aan de univeriteit van Nijmegen. Hij publiceerde onder meer over literatuursociologie, over Hugo Claus en over Louis Paul Boon (Want uw vijand wie is dat? Mijn kleine oorlog: Louis Paul Boon als dromer, 1989). Daarnaast schreef hij de roman Eeuwig en drie dagen (1988) en de verhalenbundel Weg van Brugge (1992).
tomas vanheste (1968) is redacteur bij De Bezige Bij. In 1996 publiceerde hij zijn proefschrift Copernicus is ziek. Een geschiedenis van het New-Agedenken over natuurwetenschap.
ed. van thijn (1934) studeerde politieke en sociale wetenschappen aan de UvA en het Institut d'Etudes Politiques in Parijs. In 1961 werd hij gemeenteraadslid voor de PvdA-fractie in Amsterdam, in 1967 werd hij gekozen tot lid van de Tweede Kamer. In 1981-82 en in 1994 was hij minister van Binnenlandse Zaken. Van 1983 tot 1994 was hij burgemeester van zijn geboortestad Amsterdam. Momenteel is Van Thijn bijzonder hoogleraar aan de UvA (politiek en bureaucratie) en aan de rul (tolerantie en multiculturele samenleving). Hij publiceerde diverse boeken, waaronder Dagboek van een onderhandelaar, Retour Den Haag en Stemmingen in Sarajevo.
thijs wöltgens (1943) studeerde rechten in Utrecht en was tien jaar leraar economie. In 1970 werd hij fractievoorzitter van de PvdA in de gemeenteraad van Kerkrade. Van 1977 tot 1994 was hij Tweede-Kamerlid voor de PvdA, daarna werd hij gekozen tot burgemeester van Kerkrade. Van de artikelen die hij schreef zijn de bekendste ‘Is links ombuigen rechtsom buigen?’ en ‘Om een werkbare toekomst’ (met Van Kemenade en Ritzen). In 1992 verscheen zijn boek Lof van de politiek en in 1996 De Nee-zeggers of De politieke gevolgen van het economisch liberalisme.
loek zonneveld (1948) is theaterverslaggever voor het weekblad De Groene Amsterdammer en het toneelvakblad Theatermaker.