De Gids. Jaargang 160(1997)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 17] [p. 17] Gerrit Kouwenaar Twee gedichten terwijl de libel Terwijl de libel nog nat van de inkt zijn letters ontvouwt op de geheven hamer terwijl de hond zich ontkent onder het hemelse dak van de slachtbank, het ogenblik inzet terwijl bach het in de ijssalon af laat weten tussen de bange smeltende vruchtensmaken terwijl de eivolle lucht tussen lippen en oren in engelgras leegloopt, het interval uitbarst terwijl het licht in steenslag verkruimelt de stilte stikt in een niks tussen haakjes terwijl de toekomst in eindwit terugwijkt, de dood weer vanzelf spreekt, het avondvlees koud wordt terwijl het heden zijn stilstand herneemt, het verdriet nadrupt, de libel niet weet of hij leeft - [pagina 18] [p. 18] schrijf een dag Schrijf een dag zonder dood, een woord zonder mond smelt de sneeuw met een kind, de tijd met een klok die zich spiegelt in ijs het is ijskoud vandaag, dus vertaal wat men schrijft in een klok die niet loopt, in het vlees dat bestaat als sneeuw voor de zon en beschrijf hoe haar lichaam bestond en zich boog gelenigd in vlees en keek achterom in het oog van vandaag, en lees wat hier staat de zon op de sneeuw, het kind in de slee het onleesbare spoor, de onschrijfbare dood - Vorige Volgende