De Gids. Jaargang 153

[p. 916]

Chitra Gajadin
Santiniketan

Dorpslandschap

Dichterbij het gerinkel
van schaarse armbanden
gekleurde lappen
golven in de wind.
Voortdurend
wedijveren de vogels
met de schelle tonen
van een transistor.
Naakte bamboe-armen
schril getekend in
de strakke lucht.
Gulzig drinkt de aarde
van een leeggegoten emmer
na enkele tellen
is die plek niet meer te zien.
Lakhi snijdt in de keuken
groenten voor het middagmaal
met een bot gekras
tergend langzaam
op een versleten plank
het dagelijks verhaal.

[p. 917]

Miniaturen

Langs de rand van deze dag
vliegen uren voorbij,
in onvergankelijke miniaturen.
Vlinders kloppen aan
bij pas ontloken bloemen
vogels fluiten het ritme
voor dansende bladeren.

De wereld wijd van zonlicht
wachten de wegen
onbedwongen bewegen.
Huiveringwekkend stil
is de kracht van dit leven.

Biharilog

Vaak valt het licht plots uit
Stemmen naderen in het donker
Een transistor wiegt in de hand
Huiswaarts kerende Biharis buiten
Wil ik niet verstaan zomaar opeens
Gecremeerde klanken
Kalkattiyans
Het ergste de ruzie
Uit het buitenland
Ben ik inheemser
Dan een dorpeling
Achteloos dwarrelt een biljet
In een opgehouden hand van steen
Na de rit rest nog een laatste schok
Het zijn dezelfde ruwe handen
Over mijn hoofd
Lang terug
Van mijn vader.