De Gids. Jaargang 133
(1970)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 322]
| |
Gesprek met het presidium (H.F. Herrenberg, voorzitter)
| |
[pagina 323]
| |
dat zal gewoon liggen aan de partijprogramma's die bij de aanstaande verkiezingen naar voren komen. De P.N.P. is de enige partij die zegt een beetje socialistisch te zijn.
In het programma van de S.S.U. staat dat u wilt strijden voor het verwezenlijken van uw doel door studies, scholing, publikaties, acties; wat verstaat u onder acties.
De acties zullen gebaseerd zijn op wat de unie gaat doen. Gesteld dat er in het parlement bij voorbeeld gepraat wordt over het invoeren van een Surinaams staatsburgerschap dan zullen wij zeker in actie komen als daarmee niet gelijk de souvereiniteit van Suriname wordt verkregen. Een van onze beginselen is dat de unie erkenning van de souvereiniteit noodzakelijk acht voor het invoeren van het Surinaams staatsburgerschap. Komt men dus in het parlement, komt de regering praten over het Surinaams staatsburgerschap, dan vinden wij dit een lapmiddel als de souvereiniteit niet direct het gevolg daarvan is. Dan zal de S.S.U. in actie komen, welke actie dat zal de tijd uitwijzen. Het kunnen acties zijn waarbij je gaat betogen, je kan gaan pamfletteren. Je kan met een paar mensen voor het parlementsgebouw gaan demonstreren, of op de publieke tribune, op allerlei manieren om de aandacht van de massa te trekken. Acties waarbij de massa moet weten dat er iets aan de hand is. Uiteraard ook door publiciteit etcetera. Acties om de massa te mobiliseren, om een bepaald standpunt in te nemen over een bepaalde zaak. Als bij voorbeeld mocht blijken dat een of andere partij racistisch is dan zal de S.S.U. zeker ageren door middel van acties.
U acht ontwikkelingshulp voor de derde wereld wel nodig. Is u niet van mening dat als u hulp ontvangt van het socialistische blok dat er dan ook allerlei politieke en andere voorwaarden aan verbonden zijn, die niet veel minder bindend zullen zijn dan die van de kapitalistische wereld.
Die voorwaarden zullen er sowieso altijd blijven. Als we het voorbeeld nemen van Cuba. Op Cuba lusten ze die Russen ook niet meer, maar Castro zit met het probleem dat hij het niet zonder die ontwikkelingshulp - en dat blijkt ongeveer drie miljoen Surinaamse guldens of anderhalf miljoen Amerikaanse dollars per dag te zijn - kan stellen, en de andere kant van de zaak is - het mes snijdt aan twee kanten - dat hij met die Russen opgescheept zit en dat daardoor de typische Cubaanse mentaliteit min of meer gedrukt wordt, maar dit zal een probleem blijven voor alle ontwikkelingslanden. Er zou naar nieuwe mogelijkheden gekeken moeten worden tussen de ontwikkelingslanden onderling om tot een soort van samenwerking te komen in dit verband.
Hoe ziet u de houding van het Surinaamse volk ten opzichte van de onafhankelijkheid.
De Socialistische Unie en ook het socialisme als zodanig, zien enorm veel in herscholing. Het is inderdaad zo dat de gemiddelde Surinamer niet weet wat onafhankelijkheid is, daar ben ik zeker van, maar ik geloof ook, en dat is de andere kant van de zaak, dat, wanneer we de kans zouden krijgen om ons volk te herscholen, zeker minstens vijfennegentig procent direct vóór die onafhankelijkheid zou zijn. Men weet namelijk niet precies wat pinarenGa naar voetnoot* is, iemand die in een krot woont, die weet niet eens dat hij in een krot woont. Sterker nog, op het moment dat Suriname onafhankelijk wordt, gaat pas de opbouw van Suriname beginnen. Het is te vaak zo geweest dat men hier de onafhankelijkheid voorstelt als een appel aan een boom die rijp moet zijn en dan afvalt. Het feit dat hier politieke leiders hun volgelingen voorhouden dat het land eerst economisch onafhankelijk moet zijn om daarna politiek onafhankelijk te kunnen zijn, is gewoon je reinste misleiding omdat je altijd eerst politiek onafhankelijk bent om daarna te gaan bouwen aan de economische zelfstandigheid; maar deze verdraaiing van feiten heeft de massa hier gefrustreerd op het punt van de onafhankelijkheid en ik geloof dat de S.S.U. ook hier een braak terrein heeft. | |
[pagina 324]
| |
Hoe denkt u de controversen tussen de verschillende Surinaamse bevolkingsgroepen op te heffen.
Ik geloof dat wij de taak hebben om datgene wat de vorige politieke leiders stelselmatig hebben gekweekt te gaan afbreken. Het is namelijk zo dat de politieke partijen zijn gebaseerd op een ras of op een persoon, ze hebben deze mensen dus gebundeld op een Hindoestaans en op een Creoolse basis om zo een bepaalde machtspositie te verwerven. Als men nu de sociale aanpak centraal stelt, de sociale problematiek uitlegt en analyseert dan zullen ook de Hindoestanen, de Javanen en de Creolen, die allemaal arbeiders zijn, elkaar gaan leren kennen als arbeider. Gaat men dit ook in de landbouwsector invoeren dan zullen de Creoolse boer, de Hindoestaanse boer en de Javaanse boer een andere noemer krijgen namelijk dat ze landbouwers zijn en zo zullen ze uiteindelijk allemaal Surinamers zijn en in dat Suriname, denk ik, zal het zuilensysteem van rassen niet meer bestaan.
Is het uw bedoeling om het Nederlands te blijven handhaven, omdat iedereen dat spreekt en het dus een soor lingua franca is, een cultureel uitdrukkingsmiddel enzovoort.
Ik geloof dat wij in de eerstkomende tien of twintig jaren zeker alles nog in het Nederlands zullen doen. We hebben het geleerd en wij kunnen het vrij goed spreken en de studiemogelijkheden die er in het Nederlands zijn hebben wij niet in het Surinaams, of in het Hindoestaans-Surinaams, of in het Hindoestaans-Javaans, of in het Surinaams-Javaans, omdat dat ook weer verschilt van het originele Hindoestaans en het originele Javaans. Maar gezien onze geografische ligging en de wereldproblematiek geloof ik dat wij naast het Nederlands, dat een vrij beperkt taalgebied heeft, ook op de scholen het Engels en het Spaans verplicht zullen moeten stellen. Uiteindelijk zitten wij in Zuid-Amerika.
U bent kenner en bewonderaar van Frantz Fanon, hij beschrijft het Afrika van begin 1960 en veel van wat hij vreesde is al uitgekomen, weinig van wat hij hoopte. Hij hoopte onder andere dat er een nieuwe elite gevormd zou worden die de plattelandsbevolking uit haar lethargie zou wekken om samen een gezonde nieuwe orde op te bouwen. Hoe brengt u deze gedachtengang in verband met Suriname.
Ik geloof dat als we de werken van Fanon bestuderen wij tot de conclusie komen dat Fanon die geboren werd op Martinique wel voor Afrika heeft geschreven maar ook voor dìt deel van de wereld hier in Zuid-Amerika. Er zijn veel overeenkomsten met de toestanden in Afrika die hij beschrijft. Ook op Martinique wonen mensen van Afrikaanse afkomst. De stellingen van Fanon zijn ook hier van toepassing en we zullen hier ook echt wel een elite moeten krijgen, die bereid zal zijn met de plattelandsbevolking te gaan werken aan het opbouwen van een nieuwe maatschappij. Helaas hebben de eliten van vandaag de boodschap van Fanon niet begrepen, ik hoop dat wij deze boodschap beter zullen begrijpen en gezien het feit dat wij van oordeel zijn dat Fanons stelling juist is, zullen wij dit propageren en alles in het werk stellen om er in te slagen dat er een elitegroep komt die inderdaad met de arbeiders en met de landbouwers samen zal moeten werken aan een nieuwe socialistische maatschappij. |
|