De Gids. Jaargang 132(1969)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende L.L. Coïni De meeuw Zoals hij daar nu vliegt zwalkend door het zwerk als een piepkleine maar volmaakte Concorde is alles als voorheen: een maagdelijke wereld: het platdak van een fabriek is keurig aangeharkt grind die ene Julianaboom uit 1900 zoveel een brokje puur natuur. Want hij ziet niet tussen de bladertooi het aan een joekel van een spijker opgehangen vuilnisvat het kippegazen hekje rond de stam die stinkt naar gas en stront. Hem doet de polyfonie van stadsgeluiden niets. Alleen de onvervalste wind zingt in z'n oren zo hij die heeft en niets kan hem verdommen: hem is de wereld een ansichtkaart en mooi. Evenals ik het kiekje vanuit de Apollo acht: d'aard' in donzig cumulus geweldig vind. Vorige Volgende